We vertalen de bijbel, geen spreekwoordenboek
In Trouw een overzicht van veranderingen aan staande uitdrukkingen in de nieuwe bijbelvertaling:
In onderstaand [ingekort] overzicht staat het bekende gezegde voorop. Daarop volgt het broncitaat uit de Nieuwe Bijbelvertaling:
Tot een aanfluiting maken – Ik breng alle inwoners om; ze zullen afschuw en ontzetting wekken (Jer. 23: 9).
Met bezemen keren – Wanneer hij terugkeert, merkt hij dat het (huis) leegstaat, schoongemaakt en op orde gebracht (Mt. 12: 44).
Uit den boze – Laat jullie ja ja zijn, en jullie nee nee; wat je daaraan toevoegt komt voort uit het kwaad (Mt. 5: 37).
De inwendige mens – Innerlijk stem ik vol vreugde in met de wet van God (Rom. 7: 22).De fiolen van toorn over iemand uitgieten – Een offerschaal vol met de woede van God (Opb. 15: 7).
Wie heeft zal gegeven worden – Wie heeft zal nog meer krijgen (Mt. 13: 12).
Hij is niet van gisteren – Wij zijn hier pas sinds gisteren en wij weten niets (Job 8: 9).
De hand in eigen boezem steken – Steek je hand eens in je kleed (Ex. 4: 6).
Iemands hart stelen – Op die manier palmde hij het volk van Israël in (II Sam. 15: 6).
Mijn hart draait om in mijn lijf – Mijn hart wordt verscheurd (Klaagl. 1: 20).
Zijn licht onder de korenmaat zetten – Men steekt geen lamp aan om hem vervolgens onder een korenmaat weg te zetten (Mt. 5: 15).
Tot in lengte van dagen – Mijn richtlijnen vermeerderen de dagen van je leven (Spr. 3: 1, 2).
Met de mantel der liefde bedekken – Sem en Jafet namen een mantel, liepen achteruit de tent binnen en bedekten het naakte lichaam van hun vader, met afgewend gelaat (Gen. 9: 23).
Door merg en been – Het woord van God dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken (Hebr. 4: 12).
Muggenziften – Blinde leiders zijn jullie, die uit hun drank de muggen ziften, maar een kameel wegslikken (Mt. 23: 24).
Bij de pakken neerzitten – Issachar is een sterke ezel, liggend tussen de manden (Gen. 49: 14).
Een steen des aanstoots – Het is een steen waarover men struikelt, een rotsblok waaraan men zich stoot (I Petr. 2: 8).
In tongen spreken – De kracht om in klanktaal te spreken (I Cor. 12: 10).
De verzenen tegen de prikkels slaan – Je kwelt jezelf door je zinloze halsstarrigheid (Hand. 26: 14).
Alle vlees is als gras – De mens is als gras (Jes. 40: 6).
In iemands voetstappen treden – Treed in de voetsporen van hem (I Pt.2: 21).
Wie niet werkt zal ook niet eten – Wie niet wil werken, zal niet eten (II Tess. 3: 10).
Nieuwe wijn in oude zakken – Evenmin giet men jonge wijn in oude leren zakken (Mt. 9: 17).
In zak en as zitten – De koning van Nineve legde zijn staatsiegewaad af en ging, gehuld in een boetekleed, op de grond zitten (Jona 3: 6).>
[x]#788 fan zaterdag 25 september 2004 @ 00:01:37