Zij en ik | Is dat wat?

 

zij:Is dat nog wat, dat boek van A.F.Th. dat gisteren die grote prijs won? Of laat ik het anders formuleren, zegt het iets dat jij hem niet leest? Volgens je boeklog tenminste.
ik:O ja.
zij:Jij bent vast ook zo iemand die nu juist een boek niet gaat lezen omdat het een prijs heeft gewonnen.
ik:Prijzen interesseren me niet, dat klopt wel. Maar ik had al meteen besloten dat Schervengericht niet te gaan lezen. Die vreselijke Charles Manson-zaak naverteld met de holle galm van een Adri van der Heijden? Bespaar me. Dat zijn meteen al twee redenen om er geen bek op te zetten. Dan heeft hij er ook nog eens duizend pagina’s voor nodig, wat wel een heel goede derde reden geeft om dat boek te mijden. Moet ik doorgaan?
zij:Maar is hij een terechte winnaar?
ik:Geen idee. Is dat interessant? Terecht of onterecht, dat weten we pas over twintig jaar, lijkt me. Dertig jaar. En dan is iedereen allang vergeten wie er ooit iets won.
zij:Ik had het Grunberg wel gegund.
ik:Grunberg heeft al zo vaak gewonnen.
zij:Van der Heijden ook.
ik:Dus had je het eigenlijk Willem G. van Maanen moeten gunnen.
zij:Is dat dan wat?
ik:Hij wordt de laatste tien jaar overal ineens hogelijk geprezen, maar dat is nog altijd geen reden geweest iets van hem te gaan lezen.
zij:Zwagerman’s boek had je als enige van de nominaties wel gelezen, zag ik.
ik:O, ja. Maar daar is me werkelijk niets van bijgebleven. Toch mooi dat er boeklog is.
zij:En Verhulst, daar was je ook al zo lekker positief over. Je hebt zeker niet gekeken gisteren, naar de prijsuitreiking op televisie?
ik:Ik las een boek, dat leek me heel wat zinvoller. Maar een half uur later heb ik nog wel gekeken naar de Huw Wheldon Lecture op de BBC. Over de toekomst van de televisie ging die.
zij:En wat is de toekomst van de televisie?
ik:Dat weet niemand. Maar televisie moet vooral op inhoud gaan concurreren met alle andere media. TV-bazen moeten daarom niet zo onnozel blijven als nu, en niet alleen kijken naar wat hun collega TV-bazen doen.
zij:Op inhoud concurreren, hè. Waar heb ik dat toch vaker gehoord.

[x]#3156 fan dinsdag 6 november 2007 @ 15:23:18

besibbe op eamelje.net [de nijste 10, maksimaal]:

  • De stilte van het licht  Joost Zwagerman10/2017
  • Door eigen hand  Joost Zwagerman12/2013
  • Liefde is een zwaar beroep  Rogi Wieg03/2013
  • Citaat van de dag | 110211/2012
  • Citaat van de dag | 100410/2012
  • Citaat van de dag | 082708/2012
  • Duel  Joost Zwagerman03/2010
  • Duel03/2010
  • Boeklog: vooraf aan het eerste lustrum11/2009
  • Zwagerman was een stuk minder dom toen hij nog alleen anderen napraatte | 050205/2009

  • © eamelje.net 2001-2019. Alle rechten voorbehouden

    4 kommentaren

    Eric  op 6 november 2007 @ 17:14:13

    Het mooiste vond ik nog dat Heijtje de hele week de volwassene liep uit te hangen in het publiciteitsrelletje met Grunberg, terwijl hij degene was die niet eens in dezelfde ruimte wilde eten. Als ik de organisatie was geweest had ik het erop aan laten komen. Iets zegt me dat ie toch gekomen zou zijn.

    Hij is de enige schrijver die in arrogantie en hoogmoed Mulisch benadert…

    Achille van den Branden  op 6 november 2007 @ 19:22:02

    En toen kwam Zwagerman aan de beurt. Zeggen jullie werkelijk ‘esseeej’ tegen een essay? Verschrikkelijk.

    By the way, op basis van welke titel(s) moet Verhulst het in uw oordeel ontgelden?

    eamelje.net  op 6 november 2007 @ 21:06:04

    Ik heb niets tegen Verhulst; niet alle uitspraken hierboven kunnen op mijn conto geschreven worden. Anders was ik wel in gesprek geweest met ik.

    En ja, esseej schijnt de gebruikelijke uitspraak te zijn hier ter lande.

    Maar werden de woorden ‘essay’ en ‘Zwagerman’ werkelijk in éen zin gebruikt? Geweldig dat ook analfabeten een literaire prijs kunnen uitreiken, gehandicapten mogen niet gediscrimineerd worden, maar Zwagerman schrijft geen essays.

    Hoogstens ontleent hij thema’s of gedachten aan de essayvorm. Maar dat zijn dan essays van anderen.

    Achille van den Branden  op 7 november 2007 @ 01:01:31

    Zelfs die euh… remixes van andermans essays — laten we Z’s boeken dan zo noemen — hebben hun waarde. Ik heb er jaren geleden enkele met veel plezier gelezen. Hij heeft me ingevoerd in bepaalde segmenten van de Amerikaanse literatuur, en dat deed-ie helder, enthousiasmerend en vlot.

    Ach, de wonderjaren.

    Maar ik had toen nog niet het overzicht van waartoe werkelijk oorspronkelijke geesten in staat zijn. Dat overzicht kan trouwens nog altijd stukken beter. Maar we doen ons best.