Mij bereikte een vraag. Of ik een mening had over boekenclubs, en of ik er eventueel iets voor voelde toe te treden tot…;
Nu zijn er boekenclubs en boekenclubs – nog afgezien van de bedrijven die het begrip misbruiken om hun waar te slijten middels abonnementen die nauwelijks meer zijn op te zeggen. Marjolijn Februari heeft nog heel aardig zo’n kring beschreven van mensen die het discussiëren over boeken als alibi hadden om hun zakelijke netwerk te vergroten;
Daar kan ik het nut overigens heel goed van inzien;
En o ja, ook ik heb een tijdje deel uitgemaakt van een gezelschap mensen dat intensief over boeken discussieerde. Misschien hoor ik daar nog wel toe. Maar onze gedachten werden online uitgewisseld. Ik hoefde er mijn huis niet voor uit, en kon in mijn eigen tijd iets meedelen;
Ergens begin deze eeuw bloedde dat initiatief wat dood, in de zin dat er geen nieuwe titels werden voorgesteld;
Boekenclubs draaien, zoals alle clubs, op het enthousiasme van enkele mensen. Meelopers zijn altijd overal te vinden. Maar het gaat erom of er voldoende mensen zijn die initiatieven nemen;
Ik ken mijzelf. Als initiatieven van anderen uitblijven, kom ik al gauw zelf met voorstellen. En dan ontbreekt me al snel het geduld om daarover compromissen te sluiten;
En ik lees al genoeg. Er zijn ook geen boeken die me zo afschrikken dat ik er niet toe zou komen ze te lezen, als er die collectieve dwang van de club niet was;
Zodra een club meer vraagt dan oplevert, is het plezier al gauw weg;
De boekenclub waar ik nog wel lid van zou willen worden, zou dus óf een gezelschap zijn waar ik zakelijk wat aan heb, óf een goed geregeld gezelschap met telkens wel heel verrassende boekenkeuzes;
Een elitair genootschap dus, of een elitair. Voor minder doe ik het niet meer;
Kan de pret nog bedorven worden als er iemand bij zit die meent literatuurtheorie gestudeerd te hebben;
En ja, het is wel degelijk interessant om andermans opinies over een boek te horen. Boeklog toont momentopnamen. Mijn mening kan wel degelijk verschuiven;