Far from the Madding Crowd
Thomas Hardy

Eigenlijk is het idée om een jaar lang vooral klassiekers te lezen nogal onzinnig. Als er iets is dat een boek uniek maakt, wordt dat daarna al gauw door andere schrijver geplagieerd, geïmiteerd, of zelfs verbeterd. Daardoor valt weg wat het origineel zo sterk maakte.

Bovendien is een leesdieet met alleen maar erkende hoogtepunten zeldzaam vervelend, als dat niet wordt afgewisseld met ordinaire boeken, waar niemand pretenties aan ontleent.

Maar Far From the Madding Crowd wilde ik altijd nog eens lezen om de titel. Verder heb ik geen idee van de inhoud — al vertelt de titel wel iets — en las ik van Hardy [1840 – 1928] ook niet zo veel. Slechts van Tess of the d’Urbervilles en Jude the Obscure ben ik zeker.

Dus kan het best zijn dat ik een streekroman ga lezen.

Lees hier al mijn gedachten over Far from the Madding Crowd


Far from the Madding Crowd | ch. 1 t/m 19
Thomas Hardy

De negentiende eeuw is de eeuw van de wijdlopigheid. Misschien dat daarom weinig auteurs uit die tijd nog heel fris lijken voor een hedendaagse lezer. Hun omhaal van woorden voegt voor ons weinig toe aan de verhalen.

Komt daar nog bij dat romans vaak eerst ergens als feuilleton verschenen. En de auteur daardoor dan heel vermoeiend telkens cliffhangers inbrengt, of soms nog eens samenvat wat er zoal aan het lopende verhaal voorafging.

Heel makkelijk lazen de eerste hoofdstukken ook niet, van Far from the Madding Crowd. En de enige gebeurtenis die me werkelijk terzake leek te doen, werd wel opvallend terloops afgedaan.

Held van de roman is Gabriel Oak. En zeker lijkt meteen al dat hij iets gaat krijgen met de schone Bathsheba Everdene. Daarvoor beschrijft de auteur iets te nadrukkelijk hoe fraai zij is. Alleen heeft deze liefde nog vele moeilijkheden te overwinnen – en daarover zal het boek waarschijnlijk gaan.

In het begin van het boek is er een enorm standsverschil tussen de personages. Gabriel Oak is jonge boer, en Bathsheba heeft helemaal niets. Maar plots draait het fortuin van beiden geheel om.

Oak’s schaapskudde wordt van een klif gejaagd door een onervaren herdershond, en hij blijkt dan niet verzekerd te zijn. Dat ruïneert hem.

Zij erft.

Waarop hij dan weer een tijd later bij haar in dienst treedt, als schaapsherder.

Lees hier al mijn gedachten over Far from the Madding Crowd


Far from the Madding Crowd | ch. 20 t/m 41
Thomas Hardy

Dit is al het tweede projectboek op rij waarbij ik me afvraag wat de zin is om door te lezen. De roman biedt niets van wat ik in een boek zoek.

Dat ik moeite met lezen heb, is overigens enkel omdat de schrijver zo verschrikkelijk veel woorden nodig heeft, en de inhoud daarvan zo goed voorspelbaar is.

Far from the Madding Crowd toont dat de romankunst ooit hetzelfde deed als televisieseries nu. Een ontwikkeling wordt in scènes verteld, die zich allemaal in de reële tijd afspelen. Daartussen geeft Hardy dan nog commentaar op de gebeurtenissen ook. En dat houdt al evenzeer het tempo op.

Voordat Gabriel Oak kan trouwen met de schone Bathsheba Everdene zijn er vast vele moeilijkheden te overwinnen, zo schreef ik een vorige keer. Welnu, éen zo’n moeilijkheid is dat ze eerst nog met een ander trouwt. Een soldaat. Waarschijnlijk met gokschulden.

Bovendien is er nog een ander dan Oak die een oogje op Batshsheba heeft.

En toch staat het einde allang vast. Dat ken ik al zonder het te kunnen kennen.

Lees hier al mijn gedachten over Far from the Madding Crowd


Far from the Madding Crowd | ch. 42 t/m 57
Thomas Hardy

Sergeant Troy schudt de roman aardig op, na zijn komst. De sterkste stukken in het boek zijn waarschijnlijk van hem. Het is alleen al opvallend hoe weinig moeite het kostte om met de schone Bethsheba te trouwen — zelfs al was er al een andere vrouw in zijn leven.

En behalve die andere echtgenote heeft Troy meer skeletten in de kast. Dus zelfs als het probleem van die vrouw is opgelost, meent hij alsnog te moeten verdwijnen.

Typerend genoeg voor het boek kan ook dat niet gewoon, maar moet het dramatisch. Troy wil getuigen hebben dat hij dood is, en fingeert een verdrinkingsdood in een rivier.

Daarna gaat hij als stuntman in een circus werken. Waar hij weigert zijn mond open te doen als het optreden dat van hem verlangt; uit angst toch nog herkend te worden.

Desalniettemin wordt hij uiteindelijk dood geschoten, door een andere bewonderaar van Bethsheba — die zijn kansen bij haar op deze wijze ook met éen schot ruïneert.

Dus was het verhaal uiteindelijk misschien niet vervelend, maar subtiel was het al evenmin. En ik ben inmiddels te verwend als lezer om echt mee te leven met nogal karikaturale verwikkelingen. Overstatement boeit niet zo.

Boeklogje volgt ergens volgende week.

Lees hier al mijn gedachten over Far from the Madding Crowd


Far from the Madding Crowd | uiteindelijk
Thomas Hardy

[…] ik kan door een boek als dit niet anders constateren dan dat de romankunst uiteindelijk toch gewoon helemaal voortkomt uit de poppenkast. […]
 
 

boeklog 6 vi 2012
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 


Caesarion
Tommy Wieringa

[…] Thomas Hardy zette even openlijk en opzichtig het niet zo geloofwaardige schokeffect in als Tommy Wieringa deed. Beiden zoeken hun verhaal in nogal groteske veranderingen. Daardoor wordt telkens de hand van de schrijver te goed zichtbaar, en daarmee de touwtjes waarmee hij zijn personages aanstuurt — voor zo ver die er dan zijn. […]

boeklog 7 vi 2012