Ynhâld fan ’e Rudy Kousbroek-side

  1. Tegengas04/2004
  2. Memoires van toen ik leerde schrijven.06/2004
  3. Boeklog: terugkijkend op een gedocumenteerd jaar lezen12/2005
  4. Logologische ruimte  Rudy Kousbroek06/2006
  5. Nederland: een bewoond gordijn  Rudy Kousbroek06/2006
  6. Archeologie van de auto  Rudy Kousbroek07/2006
  7. Avondrood der magiërs  Rudy Kousbroek07/2006
  8. Boeklog xx08/2006
  9. Stemadvies09/2006
  10. Keizer Admiraal?10/2006
  11. Mijn favoriete Nederlandstalige roman01/2007
  12. Vincent en het geheim van zijn vaders lichaam  Rudy Kousbroek02/2007
  13. Archeologie van de auto | versie 2006  Rudy Kousbroek03/2007
  14. Fotosyntheses  Rudy Kousbroek04/2007
  15. In de tijdmachine door Japan  Rudy Kousbroek06/2007
  16. Digitale TV-tips09/2007
  17. In Ierland  Sarah Hart02/2008
  18. Lezen voor de lijst | 203/2008
  19. Ethologie en cultuurfilosofie  Rudy Kousbroek06/2008
  20. Het Oostindisch kampsyndroom  Rudy Kousbroek09/2008
  21. Exercises de style  Rudy Kousbroek11/2008
  22. Overwegingen | 022102/2009
  23. Wat bibliofielen aan een boek kunnen haten03/2009
  24. Overwegingen | 040404/2009
  25. Medereizigers  Rudy Kousbroek04/2009
  26. De aaibaarheidsfactor  Rudy Kousbroek04/2009
  27. Wat vind ik nu een mooi boek? | 0706/2009
  28. De onmogelijke liefde  Rudy Kousbroek08/2009
  29. Lieve kinderen hoor mijn lied  Rudy Kousbroek en Peter de Vos08/2009
  30. Over zin en onzin in filosofie, religie en wetenschap  Frits Staal01/2010
  31. Machines en emoties  Willem Frederik Hermans  Rudy Kousbroek  Ethel Portnoy01/2010
  32. Terug naar Negri Pan Erkoms  Rudy Kousbroek03/2010
  33. Rudy Kousbroek [1929 – 2010]  Jaap van Heerden04/2010
  34. Trendkijken | 204/2010
  35. Overwegingen | 040604/2010
  36. Rudy Kousbroek [1929 – 2010] ii04/2010
  37. Citaat van de dag | 041504/2010
  38. Rudy Kousbroek [1928 – 2010] iii  Jaap van Heerden04/2010
  39. Dode dichters almanak | 11e televisienacht09/2010
  40. Restjes  Rudy Kousbroek10/2010
  41. Einsteins poppenhuis  Rudy Kousbroek04/2013
  42. Een zuivere schim in een vervuilde schepping  Rudy Kousbroek04/2013
  43. Seks, natuurlijk, maar vooral orde  Rudy Kousbroek11/2018

© eamelje.net 2001-2019. Alle rechten voorbehouden. All rights reserved

 

Tegengas

Dus, wat houd ik over aan de uitzending van VPRO’s Tegenlicht van gisteravond?

Dat Kees Fens het erg vindt dat er zo veel kennis over het geloof verdwijnt; een sentiment dat ik in het geheel niet deel. Dat H.J.A. Hofland de bezetting van Irak het belangrijkste vindt dat op dit moment in de wereld gebeurt; wat al evenmin een idee is dat ik omarmen kan. Veel erger dan Irak is de eeuwige oorlog die de VS voert voor de vrede. Het symptoom kan niet erger zijn dan de kwaal. Rudy Kousbroek stelde ondertussen dat het nooit meer goed komt, terwijl ik niet denk dat het ooit goed geweest is. En Bas Heijne deed zijn best om de cultuurkritiek van de oude bazen te weerleggen, maar slaagde daar niet in bij gebrek aan inhoud.

Conclusie derhalve: dat het mannen die aardig schrijven kunnen niet automatisch gegeven is ook sprankelend te converseren. En dat ik liever geen televisie kijk om me te ergeren. Een debat tegen het leuk hoeft niet perse zelf ook zo vervelend te zijn.


Memoires van toen ik leerde schrijven.

Ik herinner mij heel goed op welke kapstok ik mijn jasje altijd hing, in de eerste klas van de lagere school. Er was tegenover het lokaal een nis met veertig genummerde haakjes – en de mijne was altijd dat eerste van twee om de hoek rechts. Haakje 36. Maar waar ik een jaar lang gezeten heb, toch net zo’n vaste plek, toch net diezelfde zekerheid iedere dag weer, weet ik niet zeker. Ergens in het midden, een beetje achteraan zo schat ik. Alle tafeltjes stonden los van elkaar, of is dat ook maar weer constructie? Ik weet nog wel hoe raar het was dat in andere klassen de tafeltjes wel tegen elkaar aan geschoven waren.

Ik herinner me ook met zonder jas.

Ik herinner mij juf Oosterhuis, maar meer nog de oude witte Saab waarin juf Oosterhuis vanuit Oudega iedere dag naar school reed. Wat ik niet zo goed begreep, want elk van de kinderen die in een andere straat iets verder weg woonde, hoorde ineens bij een andere school. Dat de meesters en juffen niet in dezelfde wijk woonden als hun leerlingen was nogal verbazingwekkend, vond ik. En het ging ook geheel in tegen mijn zin voor orde.

Ik herinner mij Boom, Roos, Vis, Vuur. Maar niet dat ik ooit dacht: nu kan ik schrijven. Ik herinner me vooral de boekjes waarin je al voorgedrukte zinnetjes na moest tekenen, en later de oefeningen waarin met potlood letters moesten worden aangevuld. lees verder »»


Boeklog: terugkijkend op een gedocumenteerd jaar lezen

Heb ik in 2005 werkelijk zo veel boeken gelezen als er besproken zijn op mijn boeklog?

Nee, het waren er meer. Nogal wat meer. Maar dat komt mede door een probleem dat ik over mijzelf heb afgeroepen.

Misschien ware het beter geweest om me te beperken tot de romans die ik las, of juist niet de romans maar alleen de zakelijke teksten. Alleen was het juist zo leuk de ene keer over een dichtbundel te schrijven, en de volgende dag over een stripalbum, of een woordenboek, of de krant van zaterdag.

Daarnaast las ik voor mijn werk tal van rapporten die vaak een ISB-nummer hadden. Technisch beschouwd zijn dat ook boeken. Maar ik las ze meestal niet voor mijn plezier, en daarom telden ze niet mee.

Verder ben ik in heel wat meer boeken begonnen dan ik heb uitgelezen. Nogal veel romans vielen me zo tegen dat ik ze al snel weglegde, om nodeloos lijden te voorkomen. Die boeken zijn ook gewoon niet besproken; als het lezen een straf is, kan het schrijven van het recensietje te makkelijk een wraakactie worden.

Want, terugkijkend op een gedocumenteerd jaar aan lezen, valt me vooral op hoe weinig vreugde ik beleefde aan het lezen van nieuwe romans. Als fictieschrijvers me al eens blij maakten, boeiden, of wisten te verrassen, dan was het door hun kortverhalen. Of omdat ik de romans al kende.

Ik blijk een veel grotere herlezer te zijn dan ik vooraf het bijhouden van het boeklog nog vermoedde. Misschien zelfs wel zo dat ik nu stellen moet dat herlezen het ware lezen is.

En ook beleefde ik in 2005 opvallend veel vreugde aan iets heel triviaals: het inscannen van de boekenvoorkanten, om een toepasselijke illustratie bij mijn persoonlijke besprekinkje te hebben. Vooral de beide scans van Kousbroek’s boeken vond ik geslaagd. Omdat ze behalve een idee van vormgeving en uiterlijk tegelijk ook iets van hun geschiedenis toonden; lieten zien dat ze gelezen zijn.

Boeklog.info gaat daarom voorlopig op dezelfde voet door als de laatste maanden gebruikelijk was. Met een paar boekbesprekingen per week. Waarbij ik zo af en toe best een pas verschenen boek bespreken wil, maar meestal liever niet.


Logologische ruimte
Rudy Kousbroek

[…] Ik las grote delen van dit boek met nostalgie; in het idee dat ik de inhoud twintig jaar geleden aanmerkelijk leuker had gevonden. Toen het Opperlands nog werkelijk voor me leefde, en niet begraven was in dat veel te dikke naslagwerk van een paar jaar geleden. Die nostalgie was niet onprettig trouwens. […]

boeklog 379


Nederland: een bewoond gordijn
Rudy Kousbroek

[…] Dit is een boekenweekgeschenk dat ik blijkbaar indertijd gemist heb. Het heeft met alle boekenweekgeschenken gemeen dat het maar een mager beeld geeft van wat de schrijver eigenlijk kan.
[…]
 

boeklog 402


Archeologie van de auto
Rudy Kousbroek

[…] Dit is overigens geen onaardig boekje. Kousbroek mijmert wat over de relatie tussen vorm en functie. Klaagt zoals gewoonlijk dat auto’s vroeger meer karakter hadden. En verhaalt over een gouden tijdperkje even na de oorlog toen auto’s voor bijna niets werden weggegeven die tegenwoordig onbetaalbare klassiekers zijn geworden.

Wel is het wat dun. […]

boeklog 404


Avondrood der magiërs
Rudy Kousbroek

[…] Neemt niet weg dat de kern van veel stukken nog altijd geldig is. Mensen hebben liever een magisch wereldbeeld dan zich te moeten verdiepen in wetenschappelijke verklaringen. Dat is van alle tijden. Pas sinds de Franse Revolutie wordt God door wetenschappers als verklaring geweerd.

Nee, dit is nu typisch een boek dat eens in de tien jaar bijgewerkt zou moeten worden, om de onzin van dat moment te tonen. […]

boeklog 431


Boeklog xx

Door een tip van Ronald over tag-software is het me eindelijk gelukt een alfabetische lijst met de auteurs op mijn boeklog aan te maken.

Daardoor weet ik nu 283 schrijvers behandeld te hebben. Gerrit Komrij [16] het vaakst, gevolgd door Ethel Portnoy [9] en Rudy Kousbroek [9].

Omdat ik software van Engelstaligen gebruik, is er nu wel weer de ergernis dat die klinkers met accenten behandelt als vreemde tekens. Britta Böhler komt in de lijst na F.J.J. Buytendijk. Maar goed, perfect wordt het toch nooit. En ergernis alleen helpt niet.

En waar ik ook de pest over in heb, is dat ik altijd al velden aan de berichten toevoegde met de voornaam en achternaam van de schrijver. Dat is nu te zien in de titels van de berichten op archief– en categorie-pagina’s. Maar om éen of andere reden wilde die data buiten dat soort pagina’s niet netjes met me meespelen. Dus was gisteravond nogal wat dom typwerk van mij gevraagd.

Enfin. Dit moet het de komende 20 maanden dan maar weer doen, lijkt me.


Stemadvies

Staat er al weer een stemwijzer online ergens?

Niet dat partijprogramma’s me ook maar iets interesseren trouwens, die worden toch nooit uitgevoerd. Onderhandelingen over een regeringscoalitie beginnen met een schone lei.

Maar ik ben zo bang dat als ik de politieke partijen zelf ga beoordelen op wat me niet aan ze bevalt, er zo weinig overblijft. De Natuurwetpartij misschien, omdat het in elk geval weinig kwaad kan als overal centra komen waarin mensen mediteren voor wereldvrede. Of de Dierenpartij. Niet omdat ik me nu zo voor hun standpunten interesseer. Maar gewoon, om eens op een bewonderd schrijver als Rudy Kousbroek te kunnen stemmen, in plaats van zo’n inwisselbare net-te-blij-domme beroepspoliticus.


Keizer Admiraal?

Wat vind ik nu de beste Nederlandse schrijver? Dat is een rijkelijk onnozele vraag, al was het maar omdat ik geen auteur ken van wie ik alles, zonder voorbehoud, waardeer. Maar bij de bespreking van een boek van Bert Keizer viel me op dat hij wel erg hoog scoort op mijn persoonlijke ranglijst.

Waarom is dat dan? En waar mankeert het anderen dan aan?

Laat ik eerst wat tegenvoorbeelden geven. De meest besproken auteurs op mijn boeklog zijn Gerrit Komrij, Rudy Kousbroek en Ethel Portnoy. Bijvoorbeeld van Komrij waardeer ik zijn zakelijke teksten en columns enorm, terwijl het me niet eens lukt om zijn romans zelfs maar uit te lezen. En nog geldt bij het werk dat ik wel hogelijk waardeer dat het vooral de stijl is waar ik voor val. Zelden de inhoud. Omdat die meestal inhoud mist.

Kousbroek is wat hors concours, moest ik hem beoordelen. Bijna alles van hem waardeer ik hoog, maar zijn boeken hebben hun werk twintig jaar geleden al gedaan. De opwinding die er toen was bij het lezen, zal me nu niet meer overkomen.

In de categorie Kousbroek kan ik overigens meer schrijvers noemen, die me ooit veel brachten, maar nu eerder bevestiging bieden bij het lezen dan heel nieuwe inzichten tonen. Karel van het Reve onder meer, W.F. Hermans, Bob den Uyl.

Renate Rubinstein.

Ethel Portnoy, waarvan ik dit jaar veel heb gelezen, is dan weer geen Nederlandse schrijver, op de keper beschouwd. Ook al verschenen haar boeken alleen in het Nederlands, altijd waren ze vertaald uit haar moedertaal Engels. Maar met dit voorbehoud geldt wel dat ik haar enorm bewonder; al was het maar omdat ze enige intelligentie veronderstelt in mij als lezer. Veel ongezegd laat, en dan toch aanbiedt door erover te zwijgen.

De afgelopen anderhalf jaar las ik twee romans van Bert Keizer, een boekenweekessaytje, en een bundel columns. Die boden mij veel. Heel veel.

Maar een vraag moet toch zijn of dat zo is omdat hij éen vast onderwerp heeft waar ik misschien wel te weinig vanaf weet.

Een Vincent Icke, of bijvoorbeeld een Karel Knip, waardeer ik mede zo hoog omdat ze met een getrainder wetenschappelijk oog naar de werkelijkheid kijken dan ik kan.

Maar behalve over leven en dood, schrijft Bert Keizer ook erg goed over geneeskunst. Heeft hij humor, en weet hij uit de filosofie ook net die vragen te pikken die mij interesseren. En zijn romans zijn ook als boek heel erg rijk.

Toch maar de beste schrijver dan?

Ik heb alleen niet zo’n zin die opera over Alzheimer te gaan bezoeken, waarvan hij het libretto schreef.

En een Jaap van Heerden scoort ook erg hoog, bij mij.

boeklog 500: Alles wordt niets
boeklog 134: Het refrein is Hein
boeklog 071: Koud liggen
boeklog 070: Tijdelijk feest


Mijn favoriete Nederlandstalige roman

Vandaag is blijkbaar de verkiezing van ‘het beste boek‘ gestart; georganiseerd door de NPS en NRC-Handelsblad. Die titel is nogal slordig geformuleerd. Zo dingen alleen boeken van Nederlandstalige schrijvers mee. En dat ‘boek’ klopt al evenmin. Ik ken de titels niet waarmee Simon Carmiggelt of Marten Toonder zijn vertegenwoordigd. Op de longlist ontbreken verder nogal wat schrijvers die voornamelijk bekend zijn door hun dichtwerk, essays of monografieën.

Ik noem een Gerrit Komrij, een Rudy Kousbroek, een Karel van het Reve. Of van wat langer terug een Johan Huizinga, of een E.J Dijksterhuis; om me tot de 20e eeuw te beperken.

Het gaat dus om een wedstrijdje wat de beste Nederlandstalige fictie voor volwassenen is. Kinderboeken worden uitgesloten, terwijl die waarschijnlijk bijzonderder zijn dan de romans.

Nu heb ik hier vaker mijn verbazing uitgesproken dat het promoten voor cultuur tegenwoordig altijd in de vorm van een wat onnozel wedstrijdje appels tegen peren moet gaan. Juist omdat bij dit soort strijd het breed gekende altijd van het werkelijk bijzondere zal winnen. [Tenzij er een actiegroep opstaat, en een boek van mijnheer Fortuyn alsnog de prijs wint. Elk mag een eigen titel opgeven, in tegenstelling tot wat soms al wordt gedacht.]

Enfin, ik lees ook weleens wat. Toch wel 93 titels van de 250 voorgeselecteerde meesterwerken, zo leerde mij een snelle telling. Maar heel veel zijn daar de laatste tien jaar niet bijgekomen, ik ben een beetje uitgekeken op de Nederlandse prozabreiers. Het is me allemaal wat te mager; te vaak draaiend om het ergerlijke eigen ikje.

Zadie Smith schreef dan misschien wel dezer dagen dat alle romans in een canon mislukkingen zijn. Maar ik heb meer gelezen dan alleen Nederlandstalig werk; sommige mislukkingen zijn toch echt erger mis dan anderen.

Als ik dan toch éen Nederlandstalig boek moest nomineren, dan Bert Keizer’s debuut Het Refrein is Hein. Dit is zo’n goede roman, dat ik ooit vergeten was dat het boek geen fictie is.

Vanzelfsprekend ontbreekt zo’n boek dan op de longlist.


Vincent en het geheim van zijn vaders lichaam
Rudy Kousbroek

[…] Rudy Kousbroek moest in de jaren vijftig zijn dochtertje vertellen wat het verhaal was bij de gravures in een verzamelband met oude tijdschriften. Probleem daarbij was dat er steeds verschillende feuilletons achter elkaar stonden in die tijdschriften, waardoor er geen logisch verband tussen opeenvolgende illustraties was. Dit is iets waar volwassen lezers aan gewend zijn geraakt, maar dat kinderen niet per se accepteren. […]

boeklog 609


Archeologie van de auto | versie 2006
Rudy Kousbroek

[…] wie de versie van dit boek uit 1989 al bezit, en Verborgen verwantschappen heeft, kan deze nieuwe uitgave rustig negeren.

Ik wou dat iemand mij daarvoor gewaarschuwd had. […]

boeklog 631


Fotosyntheses
Rudy Kousbroek

Rudy Kousbroek heeft het derde deel van zijn Fotosyntheses uitgebracht, en hij praat daar vanavond over in het radioprogramma ‘De Avonden’.

Mijn waardering voor deze reeks boeken is gestegen, in de loop der jaren. Het zijn geen sterk opiniërende stukken die Kousbroek erin schrijft, zoals ik van hem gewoon was. Deze boeken dienen de verwondering. Al gaat Het raadsel der herkenning voor een groot deel over dieren; en over de manier waarop dieren behandeld worden heeft Kousbroek vanzelfsprekend wel een duidelijke mening.

boeklog 658: Het raadsel der herkenning
boeklog 267: Verborgen verwantschappen
boeklog 269: Opgespoorde wonderen


In de tijdmachine door Japan
Rudy Kousbroek

[…] was het boek minder dan de documentaire? Volgens mij kleurt toch ook nogal erg wat je het eerst onder ogen kwam.

Bij mij waren dat de TV-uitzendingen. Ik herinner me daar opmerkingen uit die in het boek niet terugkwamen. […]

boeklog 719


Digitale TV-tips

Deze week bijna elke dag wel een keer op /Geschiedenis TV Kanaal: Rudy Kousbroek’s en Hans Keller’s documentaire ‘In de tijdmachine door Japan’. Recent heb ik het boek naar de film nog gelezen. En de bewegende beelden hebben in dit geval echt meer.

Verder op HollandDoc veel televisie over onderwijs, waaronder Schmidt & Doebele’s klassieke reeks ‘4Havo’.


In Ierland
Sarah Hart

[…] Rudy Kousbroek schreef ooit: ‘Het treurigste gevoel dat ik ken, is de weg weten in een huis dat niet meer bestaat’. [Het meer der herinnering; anathema’s 5].

En ik las deze roman als wat een plagend antwoord op deze stellige uitspraak. […]

boeklog 899


Lezen voor de lijst | 2

Ik geef toe weleens met de gedachte te hebben gespeeld om een boeklogcanon op te stellen. Om de boeken waarvan ik vind dat werkelijk iedereen die gelezen zou moeten hebben, in een aparte lijst te verzamelen.

Maar wat een hoogmoed spreekt uit dat idee.

En wat is de gedachte niet in tegenspraak met mijn weerzin tegen al die andere verplichte lijsten, zoals bijvoorbeeld de geschiedeniscanon.

Eén op éen met iemand pratend, zal het misschien nog mogelijk zijn. Dan kan ik best, vanuit mijn beperkte overzicht, aanbevelingen doen voor wat zo iemand zou kunnen lezen. Waarbij het leesplezier voorop zou moeten staan.

Maar een universele lijst opstellen? Geldend voor iedereen, van tien tot honderdtwaalf?

Ik heb te veel ervaring in het lesgeven om niet te weten dat het me eigenlijk stoort als mensen iets klakkeloos overnemen. Mijn streven is altijd om mijn pupillen te leren om zelf na te denken, en daarmee dus uiteindelijk mijn aanwezigheid overbodig te maken. Om éen of andere reden wordt dat zelden begrepen. Misschien is het typisch Nederlands. Maar de studenten hier zijn me toch te vaak piepende babyvogeltjes. Te vaak moet ik alles eerst voorkauwen en al half verteren, opdat zij de kots uit mijn krop gemakkelijk naar binnen slobberen.

Veel mensen zullen ook meer hebben aan documentaires of speelfilms dan boeken. Lezen wordt toch te vaak als inspanning gezien.

Een ander aspect dat tegen een boeklogcanon spreekt, is mijn idee over literatuur. Helemaal uitgekristalliseerd is de gedachte nog niet, behalve dan dat die ligt in het verlengde van het besef dat het veel makkelijker is om iemand non-fictie aan te bevelen dan fictie, laat staan poëzie. Zakelijke teksten brengen kennis over, al dan niet gekleurd. Maar wat brengt literatuur dan over? Ervaringen? Emoties? De wetenschap van hoe het is om mens te zijn?

Nogal wat literatuur is een eindpunt in tekst, zo niet een doodlopende steeg. Kan de roman, het verhaal, of het gedicht nog zo’n meesterwerk zijn, en de lezer nog zo veel te geven hebben, de ervaring die het biedt, blijft uniek en eenmalig. Daar is verder niet veel meer mee te doen. Moet de lezer ook het geluk hebben die ervaring op het juiste moment in zijn of haar leven te ondergaan.

Ik weet dat ik me met deze weerzin om anderen iets voor te schrijven keer tegen de idealen van het Bildungsbürgertum, tegen de ideeën achter de gymnasia in Nederland, of tegen Rudy Kousbroek. Maar ik ben uw vader niet, en wens die rol evenmin.


Ethologie en cultuurfilosofie
Rudy Kousbroek

[…] Het gaat niet aan om de bioloog Dick Hillenius alleen maar te bejubelen op boeklog, zoals ik eerder dit jaar deed. Er is goede kritiek op hem mogelijk. […]
 
 

boeklog 1016


Het Oostindisch kampsyndroom
Rudy Kousbroek

[…] daarmee werd het lezen van de tweede helft van dit boek inderdaad iets van een corvee. […]
 
 
 
 

boeklog 1091


Exercises de style
Rudy Kousbroek

[…] Andere oefeningen bewijzen op zijn best een principe. Dat is in het Franse origineel niet anders dan in de vertaling. Zo is het mogelijk alle zelfstandige naamwoorden in de tekst te vervangen door eentje dat er in het woordenboek op een paar plaatsen naast prijkt. En ja, die twee scènes zijn ook in éen telegramtekst te stoppen. Dat zegt me allemaal niet veel. […]

boeklog 1177


Overwegingen | 0221

De Boekenweek nadert, en daarom verschijnt er nogal wat werk dat met het boekenweekthema verband houdt;
Boekies over beessies;
Zo besprak NRC-Handelsblad een nieuwe Kousbroek, waarin ik verdacht veel oude Kousbroek herkende;
En nu zou ik een snerende opmerking kunnen plaatsen dat uitgeven soms wel erg lijkt op het triomfantelijk presenteren van opgewarmde lijken. Maar ook Dick Hillenius wordt herdrukt, naar verluid, en dat vind ik toevallig goed nieuws;

Christopher Nolan is dood;
Alles wat ik van Christopher Nolan gelezen heb, ben ik vergeten. Maar wat me altijd bij zal blijven, is de manier waarop hij schreef. Nolan was een eenhoorn, die met een stok aan een band om zijn hoofd letter voor letter moest intypen. Anders kon niet, door zijn handicaps;
En dat beeld komt nogal eens terug, als ik opzie tegen het schrijven;

Ik gaf iemand als raad Elias’ boek Über den Prozeß der Zivilisation te lezen, met enig voorbehoud, maar twijfelde toch meteen na dit advies. Het boek was voor mij een belangrijke reden geschiedenis te gaan studeren. Schatte ik de kwaliteit daarom nog wel goed in?
Dus toch maar deel 1 uit de kast gepakt, waarbij ik de inleiding van 86 pagina’s oversloeg, om binnen de kortste keren het eerste hoofdstuk uit te hebben;
Het was er nog. De humoristische eruditie, en tegelijk de aarzelingen bij Elias, die toont bezig te zijn om iets te beschrijven dat niemand nog zo gezien heeft, en daar een vorm voor probeert te vinden;

Tegelijk moet ik beter over de vraag nadenken wat iemand zou moeten lezen om meer begrip van ‘de geschiedenis’ te krijgen;
Al was het maar omdat te veel historici mij geheel niet boeien, met hun feitjesfetisjisme;

Maar het is al vaker gezegd hier, wie de geschiedenis gaat bestuderen, verveelt zich de rest van zijn leven niet meer;

En slimme mensen worden ouder;


Wat bibliofielen aan een boek kunnen haten

In een Guardian-logje werd al even terug geïnventariseerd wat boekenliefhebbers onverdedigbaar vinden aan sommige boeken. Voor sommigen waren dat de oninformatieve coverteksten, of de overdreven loftuitingen op het kaft. En schrijfster Alison Flood vond niets ergerlijkers dan een boek te lezen dat niet meer dan een herverpakking was van een al eerder uitgegeven boek.

In de vier jaar dat boeklog nu publiek is, zijn al mijn ‘pet peeves’ wel een keer langsgekomen, denk ik.

Samengevat. Dat blurbs niet altijd even eerlijk of informatief zijn, maakt me niet zo veel uit. Ik bedoel, boeklog is ooit mede begonnen omdat de kritieken in de kranten altijd veel lovender over boeken waren dan ik zijn kon; en iets van die verbijstering moest toch maar eens vastgelegd worden. Anderen mogen een boek nog zo prijzen, om er over te kunnen oordelen moet ik die titel toch eerst zelf gelezen hebben.

Ik erger me vooral aan factoren die het lezen bemoeilijken. Zoals een bladopmaak die ook iets wil zijn, en niet onopvallend de tekst ten dienste staat.

Net zo moet de broodletter van de tekst bij het papier passen. Vooral boeken waarin ook afbeeldingen in kleur staan, hebben vaak een te iel lettertje. Omgekeerd, herdrukken van een boek op net wat goedkoper papier krijgen daardoor snel een te vette leesletter.

Over dit soort problemen hoor ik nu nooit eens iemand als het over het verschil gaat tussen het lezen van een scherm, of het lezen van papier.

Ergerlijk is verder dat Nederlandse uitgevers vaak vertalingen uitbrengen die de inhoud niet alleen omzetten, maar ook bijtrimmen. Weinig ergert me meer dan te ontdekken een bloemlezing te hebben gekoesterd, en niet het oorspronkelijke boek. De zo prestigieuze serie Privé-domein scoort heel matig, in dit opzicht.

Slechte vertalingen zijn ook ergerlijk. Maar ik lees wat te snel om me daar heel erg aan te storen. Slechte vertalingen vallen me meer op bij het TV kijken dan bij het boekenlezen.

Een titel lezen waarin onverwacht een ouder boek is herverpakt, kan storen. Maar dat is al een ergernis van een andere aard. Ik maak toch verschil tussen wat speelt bij boeken kopen, en het boeken lezen. Helemaal nu de boekhandel zich zo naar internet verplaatst heeft, en het altijd maar afwachten is wat je krijgt. Dus was het de recente weken bijvoorbeeld vervelend een boek te kopen dat een ander kaft had dan beloofd. Tegelijk was het boek goed genoeg om die ergernis al snel te compenseren.


Overwegingen | 0404

Rudy Kousbroek is op sterven na dood, zo verkondigde hij vandaag monter in een interview met NRC-Handelsblad;
En om éen of andere reden wist ik dit al;
Zodat de schrik mee viel;

Blijkbaar kan het werk van een auteur, tussen de regels door, genoeg vertellen over hoe hij er voorstaat;
Hij schrijft niet meer voor de krant. En dat laatste boek van Kousbroek, Medereizigers, wordt momenteel erg goed verkocht, maar is tegelijk een bijzonder futloze verzameling;

Volgt er wel nog een brievenboek in mei, van de correspondentie tussen Kousbroek en W.F. Hermans;
Want ja, die erfenis van Hermans, hè

Aardigste nieuws deze week: Obama schendt andermans auteursrechten, door de Britse koningin een iPod te schenken met liedjes d’rop;
Vervolgt hem dus;

Raadsel waar wel nooit een antwoord op komen zal: waarom heet de TV-serie ‘The Avengers’, in Nederland uitgezonden als ‘De wrekers’, op Arte: ‘Schirm, Charme und Melone’?

O, meloen betekent ook bolhoed bij de Pruus;

Nieuwskop van de week: ‘Plasterk wil jongeren seksueel weerbaar maken’;
Omdat kindermisbruikers merkwaardig genoeg altijd als standaardexcuus hebben dat ze hun slachtoffers weerbaarder wilden maken — zo bleek me tijdens mijn tijd als rechtbankverslaggever;

Sex en school gaat niet samen. Nu ja, bij de leerlingen onderling misschien nog wel, maar geen lespakket zal werken, zoals ik elders al eens beschreef;
Sexuele weerbaarheidstraining bestond er in mijn tijd uit dat zo’n onbespoten lerares biologie op d’r antiek ruikende Birckenstocks uren over het follikelstimulerend hormoon zaagde;
Met fijne tekeningen erbij op het bord, van lichaamsdelen in doorsnee;

De Juliette van Romeo was dertien;
Maria was dertien toen ze zwanger raakte van de Heilige Geest;
En onze cultuur is sommige opzichten achterlijk;
Maar de media hebben het ondertussen gedaan…


Medereizigers
Rudy Kousbroek

[…] Kousbroek werd dus in sommige opzichten milder, terwijl hij tegelijk nog altijd wel spijkerhard blijft voor iedereen die niets in het bijzonder met dieren heeft. Zulke mensen deugen niet, en kunnen ook niet deugen.

Dat fanatisme verbaast me. Ik vind het zelfs op een verkeerde manier doctrinair. Het is alsof Kousbroek de lezer meedeelt: pas wie is zoals ik die kan deugen. […]

boeklog 26 iv 2009


De aaibaarheidsfactor
Rudy Kousbroek

[…] Als iets opvalt aan het lezen van twee Kousbroeken na elkaar, is dit dat hij tegenwoordig minder woorden nodig heeft. Of misschien ligt het niet aan hem, en is de hele cultuur veranderd; met vrij duidelijke wijzigingen in de manier waarop Nederlanders zich schriftelijk uitdrukken tot gevolg. […]
 

boeklog 27 iv 2009


Wat vind ik nu een mooi boek? | 07

Lang was mijn plan iets te doen met het hierboven afgebeelde boekenkaft, en ook een postje te wijden aan lelijke vormgeving. Vooral in de jaren zeventig, en in het begin van het desktop design, zijn er behoorlijk verschrikkelijke omslagen gemaakt.

Tegelijk ook begreep ik dat het weinig zin heeft. Kaften doen er niet meer toe als een boek eenmaal gelezen wordt. Bovendien vind ik lelijke omslagen eerder grappig dan storend. Terwijl een slecht vormgegeven inhoud me wel zeer kan storen.

Heel ergerlijk is het bijvoorbeeld om een boek op glimmend papier te drukken, terwijl de tekst daarin belangrijker is dan de illustraties, zoals de uitgever van Alberto Manguel een paar keer presteerde.

Maar nog ergerlijker is wat Augustus deed met de fotosyntheses van Rudy Kousbroek. Terwijl het in de boeken telkens gaat om wat er op een foto te zien is, zijn die foto’s met een zo grof raster afgedrukt dat Kousbroek regelmatig details beschrijft die er helemaal niet lijken te zijn.

Zulks stoort, en zet zich vast in vooroordelen over de uitgever.


De onmogelijke liefde
Rudy Kousbroek

[…] Verder bevat De onmogelijke liefde een aantal stukken over pornografie. Die getuigen vooral van Kousbroek’s spijt dat de porno, gezien het zo illegale verleden, alleen gemaakt wordt door oplichters, snelle jongens, en ander kunstarm volk, waardoor vrijwel niets in het aanbod enige kwaliteit heeft. Tegelijk moest hij ook ingaan op het merkwaardige idee van feministen dat het bestaan van porno meteen maar alle vrouwen tot slaaf zou maken. […]

boeklog 4 viii 2009


Lieve kinderen hoor mijn lied
Rudy Kousbroek en Peter de Vos

[…] hoe las ik dit boek? Ik keek op metaniveau naar de gedichten. Bij welke voorbeelden was Kousbroek uit winkelen geweest? En was hij van plan geweest Jules Renard’s Natuurlijke historietjes in kwaliteit te evenaren? […]

boeklog 9 viii 2009


Over zin en onzin in filosofie, religie en wetenschap
Frits Staal

[…] Frits Staal was de eerste die me op de beperkingen wees van zo vele filosofen, en, erger nog, de navolgers daarvan. Rudy Kousbroek deed dat later ook nog eens, maar dan al veel minder beargumenteerd. Beiden hebben me behoed voor grote verveling. En ergernis. Maar ik ben verder nu. […]

boeklog 17 i 2010


Machines en emoties
Willem Frederik Hermans  Rudy Kousbroek  Ethel Portnoy

It would have been nice to hear your voice on the phone, but on the other hand telephone conversations are so full of banalities that they could be cancelled altogether, or else reduced to their function which is the making of friendly noises, ahhh, mmm, prr etc.

Ethel Portnoy, 28 oktober 1966

boeklog 23 i 2010


Terug naar Negri Pan Erkoms
Rudy Kousbroek

[…] De enige opmerking van Kousbroek die me wat dit betreft zal bijblijven, is dat het voor hem soms voelde om in een Pompeï rond te lopen. Alleen had hij dat ook al gedaan toen alles nog heel was, en werkte. […]
 

boeklog 26 iii 2010


Rudy Kousbroek [1929 – 2010]
Jaap van Heerden

Eén van de meest besproken auteurs op boeklog is hij, Rudy Kousbroek. Een man wiens dood vandaag niet als een verrassing komt, hij had al een tijd kanker, en toch onverwacht was.

Ik knor nogal eens op Kousbroek, in mijn boeklogjes. Hij was vaak wat lui. Hij maakte nogal eens iets niet af. Zijn beste boeken bestaan uit verzamelingen van losse stukken; waarin wel een rode lijn te ontwaren valt; maar geen zo tijdloos groots is gebleven als een monografie had kunnen zijn.

Kousbroek was vooral voor mij als jonge nerd een belangrijk auteur, omdat in de letteren verder zo weinigen belang hechten aan wat ik zeer belangrijk acht. Technologie. Exactheid. Wetenschap. Onder Nederlandstalige auteurs vullen verder alleen biologen die niche, en nu ja, Hermans nog een enkele maal.

En toch ben ik hem op een gegeven moment ontgroeid. Verlangde ik misschien wel meer van zijn boeken dan hij me te geven had. Wat me dan weer te hard deed oordelen over zijn eerste fotosyntheses.

Enfin.

Boeklog over Kousbroek | Eamelje.net op 4 april 2009

necrologieën: NRC boeken, De Volkskrant, Vrij Nederland, Jaap van Heerden,


Trendkijken | 2

Als ik nog niet over Rudy Kousbroek’s dood had gehoord, was me wel duidelijk geworden dat er iets over hem het nieuws had gehaald. Gezien alleen de statistieken van boeklog deze ochtend al…

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 


Overwegingen | 0406

Opvallend hoe veel mensen het schandelijk vonden dat de dood van schnabbelartieste Sugar Lee Hooper vijf keer zo veel zendtijd kreeg in het NOS Journaal als het verscheiden van Rudy Kousbroek;
Alleen al opvallend doordat dit laat zien dat zij én Kousbroek én het NOS Journaal als een instituut beschouwen;
Volgens mij kan zo’n overtuiging niet samen bestaan;

Het NOS Journaal is een dagelijkse schoffering voor de intelligentie van elk denkend mens;
Wie daar nog steeds iets van verwacht, verdient ook niet meer dan beledigd te worden;

Terwijl Brown in het Verenigd Koninkrijk vandaag de verkiezingsdatum op 6 mei vaststelt, bij mij de gedachte: waarom kon dat hier nu niet?
Waarom konden al die ellendige verkiezingscampagnes niet gewoon beperkt worden tot éen enkele maand?

Een maand is kort genoeg om snel de grens over te gaan, op vakantie;

Opmerkelijk dat in Nederland de naam ‘universiteit’ niet beschermd blijkt te zijn;
Ik krijg toch zeker minstens tien jaar spam waarin mij diploma’s van vele ‘universiteiten’ worden aangeboden;
Het probleem had bekend mogen zijn, zo lijkt me;

En ja, mocht het e-boek toch nog onverwacht snel populair worden, dan zou ik het goed ontworpen boekkaft zeker missen;


Rudy Kousbroek [1929 – 2010] ii

De VPRO besteedde gisteravond 13 minuten zendtijd aan de dood van Rudy Kousbroek, met een compilatie van oude beelden uit programma’s van Hans Keller. Wat mij betreft had de integrale herhaling van de Zomergasten-avond met hem nog niet eens volstaan als tribuut, maar enfin.

Prachtig in die Keller-beelden was het moment dat Kousbroek weigerde iets voor te lezen uit een vroege bundel met gedichten. Alleen al omdat zo weinig mensen op televisie ooit iets weigeren te doen.

Schoolkrantjespoëzie vond hij dat werk.

Kousbroek was iemand die lang niet meer wilde dichten omdat hij vond dat anderen het beter konden. Dat gebrek aan zelfvertrouwen is onbegrijpelijk voor wie weet heeft van de felheid waarmee hij polemiseerde.

Maar in een week waarin ik op boeklog mijn ideeën over schrijvers weeg aan die van hun biografen, komt het ook weer niet als verrassing dat mensen tegenstrijdige karaktertrekken kunnen hebben — en biografieën het daar moeilijk mee hebben.

Boeklog over Kousbroek

kijk verder »»


Citaat van de dag | 0415

Wat is filosofie? Voor mij is het ’t streven om geen onjuistheden toe te laten in redeneringen en beschouwingen. Dat is niet een esthetisch beginsel: mooi is niet hetzelfde als waar. Dat is meteen al een fundamenteel onderscheid.

Wat is filosofie? Rudy Kousbroek antwoordt


Rudy Kousbroek [1928 – 2010] iii
Jaap van Heerden

Bij Holland Doc staan de documentaires Het meer der herinnering en Liever leuk dan lastig online.

Kousbroek’s laatste uitgeverij heeft verschillende hommages aan Kousbroek van collega-auteurs online gezet.

Daar ook, de toespraak bij de uitvaart van Jaap van Heerden, en het gedicht van Frans Koenegracht aldaar.’

Rudy Kousbroek in het radio-archief van de VPRO.

Ewoud Sanders, over Kousbroek en de taal.


Dode dichters almanak | 11e televisienacht


click image to play. 1.11 minutes

Elk jaar, begin september, herhaalt de VPRO in éen ruk alle afleveringen van de Dode Dichters Almanak van het afgelopen televisieseizoen. Ditmaal gebeurde dat in de afgelopen nacht, van zondag op maandag, wat me nog bijna verrast had. Andere televisienachten van de poëzie waren altijd ín het weekend, niet als de komende werkdag al wenkte.

Nu werden de losse Dode Dichters Almanakken de eerste jaren altijd op zondagavond laat uitgezonden, toen de VPRO nog een duidelijk stempel op die avond zetten kon. Misschien moet ik daarom niet mopperen, maar de lange uitzending van gisteravond als een terugkeer zien, naar vroeger tijden.

Enfin, voordeel van zo’n marathonuitzending — die overigens nog geen anderhalf uur duurde — is dat die duidelijk maakt of er het afgelopen jaar nog ineens dichters overleden zijn zonder dat me dit was opgevallen.

Dat was niet zo. Terecht trad Simon Vinkenoog ineens op. Terecht besloot de reeks met Rudy Kousbroek.

Was ik ondertussen blij opnieuw een gedicht van Hendrik de Vries aan de collectie te kunnen toevoegen. [En kan ik zijn stem wel papegaaien, maar nog altijd niet imiteren].

Valt toch ook elk jaar op dat het ene opgenomen optreden van Paul Celan nu al voor de elfde keer een uitgezonden gedicht opleverde. Verraste me eigenlijk alleen dat van Johnny van Doorn blijkbaar nieuwe opnamen zijn opgedoken.


Restjes
Rudy Kousbroek

[…] Maar bedacht Kousbroek zijn argumenten zelf, of ontleende hij die ook maar weer voor een deel uit wat hij gelezen had? Of liggen zulke ideeën zo voor de hand dat iedereen ze zou kunnen verzinnen? Dit soort zaken maakt voor mij uit. […]
 
 

boeklog 26 x 2010


Einsteins poppenhuis
Rudy Kousbroek

[…] Ruim twintig jaar terug las ik natuurlijk om éen reden anders dan nu. Toen aanvaardde ik Rudy Kousbroek nog stilzwijgend als autoriteit, omdat hij verder had gekeken en meer had gezien.

Dus werden zijn oordelen vrijwel automatisch mijn oordelen. Mulisch was vullis. Altijd had ik het al vermoed, bij het klassikaal behandelen van De aanslag op school, nu schreef eindelijk iemand beargumenteerd wat er op de schrijver was aan te merken.

Eerbied voor Heidegger? […]

boeklog 12 iv 2013


Een zuivere schim in een vervuilde schepping
Rudy Kousbroek

[…] Het tweede essay is ietwat polemisch. Voor Rudy Kousbroek stond buiten kijf dat Kavafis’ homosexualiteit, en zijn kwetsbare positie daardoor, meeweegt in de poëzie. Literatuurwetenschappers en ook vertalers willen daar niet echt aan.

In het derde essay wordt op deze kwestie voortgeborduurd. Want, doe het gedachtenexperiment eens, en vervang de ‘hij’ die de vertalers in de liefdesgedichten introduceren nu eens overal een door ‘zij’. Vertoont het object van de begeerte, of eerder de herinnering, dan mannelijk of vrouwelijk gedrag? […]

boeklog 21 iv 2013


Seks, natuurlijk, maar vooral orde
Rudy Kousbroek

[…] En dan stond er eens een aardige formulering in de brieven van Rudy Kousbroek. En dat telkens blijkt dat hij zo veel moeite had met het schrijven van al die columns en essays in opdracht was misschien ook nieuw. Al geldt omgekeerd dat Kousbroek nooit verder is gekomen dan al die relatief korte stukjes. Een grote overkoepelende monografie of roman schreef hij nooit; wat toch ook naar schrijfangst wijst. […]

boeklog 3 xi 2018