Poëzie is dat wat verloren gaat in lijstjes ii

Eerste nominatie voor mijn ranglijst. Iets van Gorter over de liefde, al blijft de vraag nog wat. En kies ik daarbij ongegeneerd voor een gedicht dat door vele anderen als gestamel is afgedaan?

Waarom niet. Poëzie mag gaan over het onvermogen van taal, of dat van de dichter. Of dat woorden door de ontroering die ze brengen de strot stevig kunnen toeknijpen

Maar, ga ik dan voor het onverbloemde sentiment, of lijd ik toch liever mee in het schrijnend verlangen naar? Wordt het:

ZIE je ik hou van je,
ik vin je zoo lief en zoo licht —
je oogen zijn zoo vol licht,
ik hou van je, ik hou van je.

En je neus en je mond en je haar
en je oogen en je hals waar
je kraagje zit en je oor
met je haar er voor.

Zie je ik wou graag zijn
jou, maar het kan niet zijn,
het licht is om je, je bent
nu toch wat je eenmaal bent.

O ja, ik hou van je,
ik hou zoo vrees’lijk van je,
ik wou het helemaal zeggen —
Maar ik kan het toch niet zeggen.

Of toch:

ERGENS moeten toch zijn de lichte watren van haar oogen —
Mijn handen zijn zoo heete en drooge —
en het lichte water van haar stem —
mijn keel is in dorre klem.

Het kan toch zoo altijd niet duren
met de brandende uren —
mijn stem is schor,
mijn oogen dor.

Herman Gorter, Verzen 1890


[x]#1073 fan dinsdag 15 februari 2005 @ 00:00:05


© eamelje.net 2001-2019. Alle rechten voorbehouden