Een nieuwe blik verfrist het denken | 2
Ineens lijkt het mogelijk om over een paar jaar al normaler te zijn. Waarmee nu dus een vraag is of ik dat wel wil.
Als kleurenblindheid is weg te nemen met gentherapie, zou ik die therapie dan laten toepassen? Door me eens flink in mijn ogen te laten prikken?
Of is de vraag al anders. Is de vraag misschien al: wat is er zo prettig aan mijn kleurenblindheid dat ik daar per se mee doorleven wil?
Ontwikkelingen in de geneeskunde en tandartsenij hebben als niet onbelangrijk neveneffect dat er almaar meer cosmetische ingrepen mogelijk zijn, en mede daardoor de standaarden voor uiterlijk en functioneren steeds hoger worden.
Maar wat kan ik door mijn kleurenblindheid niet? Behalve zelfstandig kleding kopen? Al zullen sommigen zeggen dat daarbij niet alleen mijn kleurenvoorkeur het probleem is.
Ik heb nooit piloot kunnen worden, of luchtverkeersleider. Stuurman op de wilde vaart.
Tja.
Ik heb nooit de kleurcoderingen kunnen lezen op weerstandjes, zoals shunts. Maar de tijd dat de enige goede geluidsinstallatie een zelfgebouwde geluidsinstallatie was, is voorbij.
Het enige grote nadeel aan mijn kleurenblindheid treedt voor mij op bij het autorijden in het donker. Omdat ik van afstand niet kan inschatten of een verkeerslicht op rood staat of groen. Maar is het wel een nadeel om ’s avonds voorzichtig op kruisingen af te rijden?
Bovendien vind ik autorijden vreselijk saai.
Interessanter is daarmee of gentherapie zou helpen voor al de halfblinde stakkers die Oliver Sacks beschrijft in zijn boek.
[x]#6217 fan donderdag 17 september 2009 @ 09:58:14