Voorjaar
Te fietsen | week 11

Na de warmste 8 maart ooit, op sommige plaatsen, zou een makkelijke conclusie kunnen zijn dat het nu toch echt voorjaar is geworden.

Maar ik twijfel.

Het voorjaar is voor mij pas aangebroken als ik op de fiets meer lichaamsdelen bloot durf te stellen aan de zon dan enkel mijn hoofd en mijn handen. En zo ver kwam het gisteren niet. Al zag ik er wel rijden met bleke blote benen. De warmte kwam ook nog niet overal, zoals op bovenstaand kaartje te zien is. Bovendien stond er een erg schrale wind, van zeker 4 Beaufort.

Weliswaar noemen meteorologen een kracht van 7 Beaufort pas harde wind. Voor het fietsen is 4 Beaufort toch ook al weinig aangenaam. Helemaal in de winter. De lucht lijkt domweg een grotere dichtheid te hebben. Bovendien bieden bomen noch struiken enige beschutting dan.

Elke winter weer merk ik dat 8º C overdag een grenswaarde vormt. Is het kouder, dan voelt alle wind onaangenaam. Ligt de temperatuur hoger dan is in elk geval een tegenwind tot en met 3 Beaufort redelijk te negeren.

Het snelheidsverschil op de fiets, bij dezelfde inspanning, is dan makkelijk 10% of meer.

Later in het jaar komt daar dan het moment bij dat ik echt in korte broek en shirt kan fietsen; als mijn kleding niet meer klappert; en daarmee als remparachute functioneert; en ik opnieuw gratis heel wat snelheidswinst kan boeken.

Nee, het voornaamste teken dat het voorjaar werd op 8 maart was dat ik de weg ineens weer delen moest met andere fietsers. En gisteren viel me vooral op hoeveel mensen het leuk vinden om in een groepje te gaan toeren. Niet dat daar op zich wat mis mee is. Alleen vallen zulke groepjes extra op omdat elk van de leden hetzelfde shirt draagt — om ook de wereld te laten zien dat ze bij elkaar horen.

En vrijwillig een uniform aantrekken, daar zal ik nooit wat van begrijpen.


[x]#11735 fan maandag 9 maart 2015 @ 10:48:10