Human Web ~ J.R. McNeill & William H. McNeill

Als Stephen Hawking de complete geschiedenis van het universum in tweehonderd pagina’s kan beschrijven, moet het ook mogelijk zijn een historie van de mensheid te vatten in dat beperkte tal bladzijden. Dit dacht de historicus J.R. McNeill. Maar dat plan bedenken was aanzienlijk makkelijker dan het uit te voeren. Dus riep hij de hulp in van zijn vader. William H. McNeill.

Die hield zich al zo veel langer bezig met geschiedenis in het groot.

Hun gezamenlijke inspanning leverde een boek op van toch nog 328 pagina’s, waarin zij vooral proberen te laten zien dat de mensheid altijd veel gemeen heeft gehad. Kennis stroomde altijd al. En elementaire zaken als de landbouw zijn op meerdere plaatsen uitgevonden; wat daarmee ook iets zegt. McNeill & McNeill laten de totale mondialisering van de mensheid beginnen zo rond 1450, in The Human Web. Als de verbindingspatronen in Europa en Azië zo’n beetje vastliggen, en dan alleen nog de Amerika’s en Australië bij dat geheel moeten worden gevoegd.

Toen werd het eerste wereldwijde web geweven, waarin naast die kennis, ook ziekten, religie, en voedsel werd uitgewisseld.

Het mooie van zo’n totaaloverzicht is dat het altijd doorkijkjes biedt, die je nog niet kende. Ik wist bijvoorbeeld wel hoe de aardappel Noordwest-Europa veroverde, of de maïs, maar weer niet hoe de cassave vanuit Brazilië de wereld inging, om overal in Afrika tot volksvoedsel te worden. Of dat het Europese graan zo veel beter op de prairies en pampa’s groeide als de daar inheemse gewassen.

Maar ook door het totaaloverzicht krijgt de geschiedenis soms ineens accenten. Regelmatig maken McNeill & McNeill opvallende keuzen als ze ontwikkelingen van decennia moeten samenvatten tot éen zin. Dan staat er over de slavenhandel bijvoorbeeld dat die niet zo veel invloed had op de demografie van het land van afkomst. Daar stierven per jaar al gauw vijf tot tien maal zo veel inwoners door ziekten, als er door handelaren werden weggevoerd.

Goed van het boek vond ik vooral de pogingen om te verklaren waarom een bepaalde regio tijdelijk een voorsprong kon nemen op de rest van wereld. Goed is ook dat er daarbij geen simpele antwoorden gegeven worden. Bovendien bestaat nogal wat in de loop van de geschiedenis uit toevalligheden.

Want, er ligt nu eenmaal het gegeven dat de pogingen van Columbus, of Vasco da Gama om nieuwe werelden te ontdekken met een paar schepen, behoorlijk schamel afsteken tegenover de enorme expeditievloten en -legers waarmee de Chinese admiraal Zheng He de hele Indische Oceaan verkende, van 1405 tot 1433.

Alleen stopte het Chinese bewind daarna met de ontdekkingsreizen.

Ook zag ik voor het eerst de verklaring opduiken dat het Latijnse schrift dat wij gebruiken, zo’n machtige voorsprong gaf — al ken ik het argument wel van veel later, uit de computertijd. Latijns schrift was al gauw beter te drukken is dan Arabische letters, of de Chinese tekentaal; waardoor die culturen lang bleven vertrouwen op de vaardigheid van kalligraferende klerken. Terwijl door de boekdrukkunst de uitwisseling van kennis juist zo sterk werd bevorderd.

Enfin, net zo als het schijnbaar onmogelijk is om de geschiedenis van de hele mensheid in kort bestek samen te vatten, stranden alle pogingen om dit boek helemaal recht te doen.

Maar als het bij lezen om de ervaring gaat, dan bood dit een tamelijk overdonderde ervaring. Zelfs al eindigde het boek op bekend terrein, met de vraag die William H. McNeill al eerder stelde, over hoe de mens eenmaal in die stad gekomen daar ook in kan leren te leven.

J.R. McNeill & William H. McNeill, The Human Web
A Bird’s-Eye View of World History

368 pagina’s
W.W. Norton & Company, 2003