Lezen, man! ~ Anthony Mertens

Anthony Mertens kreeg in 2003 een herseninfarct, waarvan hij nog altijd bezig is te herstellen. Normaal schuw ik dit soort biografische gegevens hier, maar deze bundel verscheen in 2006. En ik vroeg me daardoor af of de uitgave therapeutisch bedoeld was, als steun in de rug, of eerder het postume werk van een nog levende is; als om het lezend publiek in te wrijven wat het voortaan misschien wel missen moet.

Mertens was universiteitsdocent Nederlandse letterkunde en criticus, en later redacteur bij uitgeverij Querido. Maar belangrijker voor mij dan deze beroepen, is dat hij een lezer was. Een echte. Die de leeskoorts kent, en weet wat boeken hebben te bieden.

Het eerste deel van de essays in deze bundel gaat over dit soort processen, en welke schrijvers hem daarbij hebben gevormd.

Het tweede en derde deel bestaat uit kritieken. Hierin waren de stukken waarin hij meerdere boeken van een schrijver met elkaar vergeleek me liever dan de recensie van éen enkel boek.

Toch fascineerden mij het meest van al Mertens’ herhaalde gedachten over Der Mann ohne Eigenschaften van Robert Musil. Omdat hij soms een wel heel ander boek lijkt te hebben gelezen dan ik.

Het is nog lang geen tijd om Musil’s meesterwerk te herlezen voor mij, zoals eerder al eens gemeld. Dat kan hoogstens éen keer in de vijftien à twintig jaar. Als het boek met een heel andere eruditie dan voorheen kan worden bekeken. Dus zal ik boeklog nog een tijd moeten volhouden, wil die titel hier ooit uitgebreid aan bod komen.

Mertens geeft trouwens duidelijk aan dat het een boek is om te herlezen. Natuurlijk. Net als dat hij in zijn verdere feitelijke beschrijvingen vele ware dingen zegt. Zoals dat Musil’s proza geconcentreerd is, en het boek lezen even alle aandacht neemt.

Hij noemt het boek zelfs een lakmoesproef, om de ware lezers te onderscheiden van de boekenconsumenten.

Alleen staat er dan bijvoorbeeld:

Musils magnum opus zou men kunnen lezen als een poging de voortgeschreden kennis uit verschillende gebieden van de wetenschap in het medium van de roman te verwerken en te overdenken. [359]

Waarbij ik dan meteen denk: is dat nu wel zo? Was Musil niet juist veel satirischer bezig? Was het hem niet ook om te doen om te tonen hoe weinig al die nieuwe kennis er toe doet, bij praktische problemen? Nog afgezien van zijn kritiek op al wat de mensen in Kakanië wel omarmden?

Enfin, essays waardoor ik ga twijfelen aan mijn ideeën over mijn lievelingsboeken, zijn me lief. Lezen kan prachtig zijn als een auteur een geweldige alleenspraak houdt. Lezen is ook heel mooi als het verdieping aanbrengt in het eigen begrip, en daardoor juist tegenwerpingen oproept.

Anthony Mertens, Lezen, man!
Essays en kritieken
Met een inleiding van Kees Fens

398 pagina’s
De Bezige Bij, 2006