Grootspraak
week 21

Je kunt van de politicus Geert Wilders zeggen wat je wilt, maar hij zal niet gauw claimen de volgende premier van Nederland te willen worden. Anders dan al die andere lijsttrekkers. En deze lui ergeren me.

Toen een PvdA-bons verklaarde graag met het CDA te gaan regeren, was mijn onmiddellijke reactie: maar beide partijen staan zo laag in de peilingen dat zo’n uitspraak aan de grootheidswaanzin raakt. Waarom benoemt niemand dan die waanzin?

Wilders blies het kabinet op waarin zijn partij zat, op het moment dat hij echt verantwoordelijkheid diende te gaan nemen. Die last was hem te zwaar. Verantwoordelijkheid dragen kost namelijk veel te veel stemmen. Het is een stuk makkelijker om alle onderhuidse ontevredenheid te exploiteren dan om ineens zelf het mikpunt te worden van ontevredenheid.

Maar hoe graag ik ook het gedrochtelijke kabinet Rutte verdwijnen zag, een nieuwe regering is er nooit al direct. En tot de nieuwe verkiezingen worden gehouden, in september pas, voert iedereen campagne.

En de media doen daaraan veel te domvrolijk mee. Terwijl Den Haag amper nog betekenis heeft, en door de kredietcrisis nog amper nationaal beleid te maken is, doet iedereen even net of de wereld buiten Nederland niet bestaat.

Verkiezingscampagnes zijn ook zo dodelijk vervelend, en een belediging voor ieders intelligentie, omdat elke politicus aantoonbaar liegt. Geen verkiezingsbelofte zal heilig blijken te zijn, als een partij eenmaal plaats neemt in een volgens kabinet. Want zo’n kabinet bestaat uit een coalitie van meerdere partijen — die elkaar even eerder nog allemaal voor rotte vis uitmaakten. En die dan ineens over alles compromissen moeten zien te bereiken.

Maar over de samenstelling van het volgende kabinet, en dus de compromissen, mogen wij nu nooit eens stemmen. Daar houdt de democratie meteen al op. Stemmers mogen slechts de leugens belonen.


[x]#10101 fan zondag 27 mei 2012 @ 23:58:00