Eiwitten
week 07

Opmerkelijk aan het laatste voedselschandaal is niet dat het er is. Opvallend vond ik vooral dat tegenwoordig DNA-testen worden uitgevoerd op vlees. Want vroeger kon dat niet. Dat was tot voor kort veel te duur, en voordien ontbrak de kennis simpelweg om een stukje koe te onderscheiden van een korrel paard.

Waarmee mijn vraag eigenlijk is hoe lang er al paardenvlees onder andere naam verkocht wordt — handelaren hebben dure producten nu eenmaal altijd versneden met goedkopere waar.

Tegenwoordig gebeurt dat alleen slimmer dan vroeger. De tijden zijn voorbij dat de melk werd aangelengd met water en krijt, en er zaagsel in brood zat. Maar de inmiddels zo omstreden plofkip kan evengoed waterhoen heten, gezien de grote hoeveelheid vocht in dat vlees om het gewicht te geven.

Bioloog Midas Dekkers stelde ooit dat het jammer was dat fabrieken wel snoep kunnen maken, en nog geen vlees. Terwijl dat nochtans simpel te doen zou moeten zijn.

Veel populaire vleesgerechten zijn immers niet meer dan een standaard vormpje. Een hamburger is een plat schijfje van gehakt vlees. En omdat de kruiderij toch de smaak overheerst, zou van alles als vlees kunnen gebruikt.

Zelfs ik doe paneermeel en ei in mijn gehaktballen.

Veel verschil lijkt mij niet te zitten tussen de eiwitten en aminozuren van bijvoorbeeld een made en die in een lapje koeienvlees. Toch zullen weinig mensen die made als een delicatesse zien, en hamburgers van madeneiwit willen kopen; zelfs niet al die de helft goedkoper zijn dan alle andere aanbod. Terwijl zo’n koe toch een oneindig omslachtiger manier is om vlees te produceren.

Hoe kleiner het dier, des te groter het aandeel levende stof ook.

Eten heeft dan ook alles met gewoonten te maken — persoonlijke tradities doorgaans aangeleerd tijdens de kindertijd, en daarmee al gauw eens verheiligd.


[x]#10821 fan donderdag 28 februari 2013 @ 15:17:33