Imperial Ambitions ~ Noam Chomsky

Noam Chomsky vind ik een bewonderenswaardig denker over politiek, maar vaak ook een verschrikkelijke schrijver. Hij heeft iemand anders nodig om hem tot helderheid te dwingen. Blijkbaar is hij zo gewend dat zijn publiek van niets weet, dat zijn bewijsvoering zich vaak tot de pietluttigste details uitstrekt. Dit maakt Chomsky’s boeken altijd dik, en zelden prettig leesbaar.

Tegelijk zijn er weinig boeken over politiek zijn waaraan ik zo veel gehad heb als die van Chomsky. Deze zijn een training in het leren kijken, en het denken. Omdat zelfs een universitaire scholing in de geschiedenis, of een werkkring in de journalistiek, iemand er bijvoorbeeld niet op voorbereiden dat machthebbers stelselmatig liegen. Terwijl dit aantoonbaar gebeurt.

Dat liegen is trouwens nooit omdat ze de waarheid niet zouden kennen. Integendeel, als iemand de waarheid begrijpt, zijn het de autoriteiten en machthebbers wel. Zij zullen er alleen meestal belang bij hebben dat iets niet breed bekend wordt.

Deze interviewbundel bevestigt me in de overtuiging dat politici slechts te begrijpen zijn door er vanuit te gaan dat hun beslissingen vanuit een diep cynisme worden genomen. En afgezien van die niet heel prettige boodschap is dit éen van de betere boeken van Chomsky die ik ooit las.

Het interview dwingt hem door de vorm zich tot de hoofdlijnen te beperken. En dan nog weet hij me altijd weer nieuwe dingen te vertellen. Het is ook zoals met de ‘History of Oil’ van Robert Newman, waar ik op mijn andere weblog naar verwees. Door de geschiedenis met een bepaalde belichting te onderzoeken, vallen ineens heel nieuwe oneffenheden op.

Dit boek leerde me onder meer:

  1. Dat de VS de Marshall-hulp misbruikte om de Europese economie van kolen naar olie over te laten gaan. Dit, terwijl er kolen genoeg zijn in Europa, en olie er toen juist ontbrak;
  2. Dat Israël wil dat de VS voor hen Iran uitschakelt. Waarbij Israëlische vliegtuigen al jaren vanaf Amerikaanse bases in Oost-Turkije meehelpen aan verkenningsvluchten langs de grens daar;
  3. Dat het gegeven dat de Amerikaanse bezetting van Irak faalt, nogal opmerkelijk is in de geschiedenis van landveroveringen en bezettingsmachten;

Enfin. Wie zei ook weer dat na het lezen van een goed boek de wereld er anders uitziet?

wordt vervolgd

Noam Chomsky, Imperial Ambitions
Conversations on the Post-9/11 World
Interviews with David Barsamian

228 pagina’s
Metropolitan Books, 2005


Propaganda and the Public Mind ~ Noam Chomsky

De vraaggesprekken in het boek Imperial Ambitions bevielen me zeer. Maar het was een vergissing om te denken dat een eerder uitgebrachte interviewbundel met Noam Chomsky me net zo veel zou geven. De gesprekken die David Barsamian entameert, zijn meestal gericht op de actualiteit van dat moment. En 1998 of 1999 zijn al te ver weg om er in detail nog zo veel over te willen weten.

Goed, het had nut om eraan herinnerd te worden dat de regering Clinton er evenzeer een merkwaardig Irak-beleid op nahield, door de bombardementen toen. Maar meer ook niet.

Wat Chomsky’s boeken over politiek normaal zo uniek maakt, is dat er altijd informatie in staat die niemand anders heeft. Maar kijk zes � zeven jaar later nog eens, en veel van de meest controversiële zaken zijn dan al breder bekend geworden. Dus verouderen sommige aspecten van zijn boeken snel, op wat kernwaarden na dan, die iedere lezer van Chomsky na een titel of wat wel kent.

Het meeste nut had deze uitgave nu om de uitgebreide toelichting van Chomsky van het zo belangrijke begrip ‘concisie’, dat ik ook hier al eens signaleerde. Er is een reden dat echte intellectuelen nooit in de nieuws- en actualiteitenprogramma’s op TV gehoord worden. Dit komt omdat zij vanuit een achtergrondkennis redeneren die het brede publiek niet bezit, waardoor hun geluid nogal vijandig kan overkomen. Maar de ruimte voor de noodzakelijke toelichting krijgen zij daarbij niet.

Ik geef toe, misschien was het beter geweest nooit geschiedenis te hebben gestudeerd, en nimmer Chomsky te hebben gelezen. Dan had ik bijvoorbeeld nog geloof gehecht aan het nut van verkiezingen hier, en me niet zo dodelijk geërgerd aan de grote media-aandacht voor politiek geneuzel elke dag.

Bijvoorbeeld.

Misschien moet ik maar eens antwoorden op de vraag waarop ik toch zo veel lees, dat het me enorm veel tijd bespaart. Wat een uren scheelt het niet om geen kranten te hoeven inkijken of TV te hoeven zien elke dag, omdat die toch altijd een te zeer versimpelde werkelijkheid tonen. Onze politieke elite schiet op vele fronten tekort, maar onze journalisten zijn te braaf om het daar over te durven hebben.

Noam Chomsky, Propaganda and the Public Mind
Conversations with Noam Chomsky
Interviews by David Barsamian

252 pagina’s
South End Press, 2001

What We Say Goes ~ Noam Chomsky

Hoe ging het ondertussen met de wereld? Weinigen die daar beter geïnformeerd over oordelen dan Noam Chomsky. Al is het ook weer zo dat de pure Chomsky, onverdund, niet zo vreselijk boeiend schrijft. Beter is het om hem geïnterviewd te zien worden, zoals in deze bundel gebeurt.

Dit is de derde keer dat ik op boeklog verslag doe over een verzamelbundel met gesprekken die David Barsamian met Noam Chomsky voerde. Vergeleken met de andere twee valt op dat het wat minder gesprekken bevat. Daar tegenover staat dat het bijzonder actueel is, voor zover boeken ooit actueel kunnen zijn.

Toch viel dit boek me niet mee. De gesprekken met Chomsky lees ik zo graag omdat hij altijd informatie heeft die niemand anders, in de massamedia, ooit naar voren brengt. Ditmaal ontbraken die unieke feitjes wat.

Deels komt dit omdat Chomsky inmiddels niet meer alleen staat. Dit boek, What We Says Goes, werd ook uitgegeven in een reeks met tal van andere kritische denkers. Die serie is een initiatief van Tom Engelhardt en Steve Fraser. En Tom Dispatch, de website van Engelhardt, lees ik nu net al jaren om de vele beschouwingen die daarop worden gepubliceerd.

Waren het ditmaal niet de feiten, had Chomsky toch nog wel een paar interessante meningen. Zo was ik verbaasd over zijn vermoedens dat de Joodse lobby in de VS toch wel heel erg machtig is; wat dan weer enorme invloed heeft op het Israël-beleid; en daarmee de toestand in het gehele Midden-Oosten.

Ook vond ik opvallend dat Noam Chomsky zo optimistisch verbetering ziet, in de mogelijkheden om kritiek te hebben op bijvoorbeeld de Amerikaanse regering. Daarbij spreekt hij vanuit een dissidentschap dat nu al decennia duurt. Maar volgens hem er kan nu wel degelijk meer gezegd worden dan ooit, en heel soms heeft dat dan nog invloed ook.

Verder was er nog wel eens een quote, hier en daar, die mijn aandacht trok:

Surfing the internet makes about as much sense as for, say, a biologist to read all the biology journals. You will never learn anything that way. No serious scientist does that. The literature is massive. You get flooded by it. A good scientist is one who knows what to look for, so you disregard tons of stuff and you see a little something somewhere else. The same is true of a good newspaper reader. Whether it’s in print or on the Internet, you have to know what to look for. That requires a knowledge of history , an understanding of the backgrounds, a conception of the way the media functions as filters and interpreters of the world. Then you know what to look for. And the same is true on the Internet.

Noam Chomsky, in: What We Say Goes 152-153.

Noam Chomsky, What We Say Goes
Conversations on U.S. Power in A Changing World
Interviews with David Barsamian

223 pagina’s
Metropolitan Books, 2007