Uitvindingen van Leonardo da Vinci ~ Charles Gibbs-Smith

Het is misschien overdreven om te stellen dat ik alleen geïnteresseerd was in het voorwoord van dit boek. En toch. Wat had Rudy Kousbroek te zeggen over Leonardo da Vinci [1452 — 1519]? Ik wist het niet.

Terwijl van de werken van dat genie me wel éen en ander bekend was.

En toen was Kousbroek enkel ongeremd enthousiast over de vondsten van Leonardo — die hij daarom een tijdreiziger noemde. Zo ver leek de man in zijn denken tijdgenoten vooruit.

Het moest daarom wel haast of Leonardo had kennis die hij niet hebben kón.

En ik ben zo vrij daar dan wat kritischer over te zijn. Natuurlijk, Leonardo da Vinci bedacht het éen en ander op papier dat later, door anderen, onafhankelijk van zijn ideeën, ook echt is waargemaakt. En toen zelfs bleek te werken. Noem de parachute, of de tank. De helicopter.

Was hij verder nog architect, filosoof, natuurkundige, scheikundige, anatomist, beeldhouwer, schrijver, schilder en componist.

Dit boek gaat vooral in op zijn werk als ingenieur in de oudste zin van dat woord; als bedenker en maker van oorlogstuig.

De schaal klopte alleen bij Leonardo doorgaans nog niet. Dus hadden zijn veel van vondsten nooit gewerkt op de manier die hij had bedacht — leefden zijn ideeën alleen op papier.

Bovendien, de basisvondst achter zijn helicopter bijvoorbeeld bestond al veel langer. Lang daarvoor was er al kinderspeelgoed dat volgens dezelfde principes werkte. En zo zal er meer zijn geweest.

Veel vondsten uit de werktuigbouw waren al eeuwen, zo niet millennia bekend. De oude Egyptenaren hadden al batterijen, automaten, en andere machines. Alleen zagen ze die zaken als speelgoed, of hoogstens goed voor een leuk effectje tijdens een eredienst. In tijden waarin arbeid niets kost, heeft technologie die het werk makkelijker maakt ook weinig doel.

Mij ergert gauw dat in de behandeling van Leonardo da Vinci — maar ook bij Gerolamo Cardano — veel van de vondsten zo kritiekloos getoond worden. Van alle context ontdaan. Alsof de mannen niet verder hadden gedacht op wat er al was, maar alles spontaan hun vondst geweest is. En hun werk alleen.

Terwijl er bij Leonardo’s anatomische tekeningen wel gauw eens verwijzingen gegeven worden naar voorganger of navolgers.

Bij de werktuigen die hij bedacht ontbreekt zo’n afweging doorgaans. En het kan best omdat er totaal geen zicht is op hoe de techniek zich ontwikkeld heeft. Of onbekend is welke kennis er weliswaar was, en waarschijnlijk eeuwen verloren ging. Maar meldt dat dan, geachte auteurs.

Charles Gibbs-Smith was expert op het gebied van vliegtuigen. Dus krijgen Leonardo’s schetsen van vliegmachines de prominenste aandacht in dit plaatjesboek. En is hij er vrij duidelijk in waarom zulke tuigen met bewegende vleugels nooit luchtwaardig konden zijn.

Toch blijkt voor mij het genie er niet uit door dat zo te isoleren.

Charles Gibbs-Smith, De uitvindingen van Leonardo da Vinci
Met een voorwoord van Rudy Kousbroek

110 pagina’s
De Haan, 1978
vertaling door Wiard Smit van The Inventions of Leonardo da Vinci, 1978