dit is het dossier:

Jeanette Winterson

© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden

 

Why Be Happy When You Could Be Normal? ~ Jeanette Winterson

Doorgaans verwijt ik het allereerst mijzelf als boek na een veelbelovend begin me toch moeite kost om uit te lezen.

Al blijft ook het vooroordeel staan dat het meeste van wat wordt uitgegeven te veel pagina’s telt.

Bij Jeanette Winterson’s memoires, in Why Be Happy When You Could Be Normal?, is alleen duidelijk aantoonbaar dat de schrijver op een gegeven moment van aanpak switcht. Waardoor het laatste deel van het boek nogal anders uitviel dan het eerste.

Winterson [1959] stopte met het min-of-meer chronologische verhaal van haar leven op het punt dat ze gedebuteerd is met een autobiografische roman, Oranges Are Not the Only Fruit, en dat verhaal, maar meer nog haar bewerking tot een TV-script voor de BBC daarna, een succes wordt. Ze is dan nog geen dertig. Vanaf dan ineens gaat dit boek over de moeizame en emotionele zoektocht decennia later om haar echte moeder te vinden.

En aan dat deel ontbrak duidelijk de afstand in tijd; en daarmee waarschijnlijk de relativering; of de uitgekristalliseerde taal.

Dus kleeft er de vreemde paradox aan Why Be Happy When You Could Be Normal? dat de werkelijk gruwelijke gedeelten over haar jeugd met humor beschreven zijn. Terwijl het deel over de eerste ontmoetingen met haar biologische moeder, die bovendien een leuk en levendig mens blijkt, vervelend gekleurd zijn.

Blijft staan dat de eerste helft van dit boek het beste proza bevat dat ik dit jaar las tot nu toe.

Why Be Happy When You Could Be Normal? kan dan gelezen worden als een paralleluitgave aan die debuutroman Oranges Are Not the Only Fruit. Waarbij de werkelijkheid nog wreder uitpakt dan de fictie.

Beide boeken gaan dan over een bokkig meisje dat geadopteerd werd door een kinderloos paar op leeftijd uit de Pinkstergemeente. Haar vader was goedig, de moeder een forse en dominante vrouw met uitgesproken opvattingen over wat hoorde en wat niet.

In haar memoires moet Jeanette Winterson alleen afwegen of deze monsterlijke vrouw, die ze consequent Mrs. Winterson noemt, niet toch ook iets wakker heeft gemaakt in haar. Ze vond de taal en de boeken ooit; en dat kon best zijn juist omdat Mrs. Winterson alleen de Bijbel zag als literatuur. Verboden vruchten smaken des te zoeter, enzovoorts.

Ze mag ook blij zijn dat ze met haar karakter iets gevonden heeft waarin ze haar frustraties en problemen kan verwerken.

Samenvattingen liegen alleen altijd. Zoals ik het beschrijf lijkt de auteur een soort boek te hebben geschreven over een levenslang worstelen met zichzelf. Zij, die als kind nooit geknuffeld werd. Terwijl deze schrijver het wonder verricht heeft om licht en boeiend te schrijven over een jeugd met Dickensiaanse wreedheden — waarvan het zo merkwaardig blijft dat deze zich afspeelde in de jaren zestig en zeventig van de twintigste eeuw; en niet in de negentiende.

Jeanette Winterson, Why Be Happy When You Could Be Normal?
230 pagina’s
Vintage 2012, oorspronkelijk 2011

Written on the Body ~ Jeanette Winterson

Een goede roman levert een leesroes op. Tenminste, voor mij is dat een belangrijk criterium om zo’n boek dan goed te noemen. Even is er dan niets dan de tekst. Voor zo lang het duurt.

Waardoor zo’n leesroes er komen kan, lijkt me een vraag die nog niet zo simpel te beantwoorden is. Zoiets onnozels als het toeval kan een nogal grote rol spelen namelijk. Toevallig was ik op die avond net in de stemming om over een moeilijk huwelijk te lezen en daardoor niet meteen al verveeld te raken, zoiets. Werd dat verhaal nog slim gebracht ook.

Daarom heeft boeklog nut. Omdat ik me nu na afloop van een fictieboek ook afvraag of het boek echt wat was, of dat de omstandigheden tijdens het lezen misschien mee zaten. Of tegen. Directe oordelen zijn lang niet altijd de ware oordelen. Boeklogjes worden op zijn vroegst de volgende ochtend pas geschreven.

In de roman Written on the Body probeert de schrijver een roes over te brengen; dat is nog weer iets anders. Dit boek vertelt over de liefde die een naamloze hoofdpersoon opvat voor de vrouw van een ander. Louise. Onbekend blijft daarbij ook of de hoofdpersoon een man is of vrouw. Noch weet de lezer hoe oud hij of zij is. Of hoe betrouwbaar.

Want het gaat allereerst om wat die liefde zoal tot liefde maakt, en al helemaal wat het gemis daarvan voor uitwerkingen heeft.

Voor Jeanette Winterson was Written on the Body deels een experiment om te kijken hoeveel informatie ze kon weglaten uit het boek. En dat blijkt dan heel veel te zijn. De lezer, mits die eens een liefde of wat doorleeft heeft waarschijnlijk, vult zelf al een hoop gegevens in.

Wat ook moest. Zo ging mij op den duur opvallen dat je dus een broeierige en sexueel geladen roman kunt krijgen zonder ooit éen woord te wijden aan welke directe sexuele handeling ook.

Mij lukte het alleen niet om helemaal mee te gaan in de roes die Winterson probeerde op te roepen; haar poging om tot een verliefde blikvernauwing te komen waarin het enkel nog om die ene gaat, en enkel zij.

Ik struikelde een paar keer over de logica van het vertelde verhaal — waardoor ik de hoofdpersoon al vrij vlot niet meer vertrouwde. Ook werd me nooit duidelijk wat die Louise dan zo bijzonder maakte. Behalve dan dat ze het lichaam van de hoofdpersoon bijzonder goed kon lezen.

Winterson beschrijft alles indirect, en daarmee impliciet.

Tegelijk lukt het me wel om te zien waarom voor anderen, zoals boeklogger John Self, Written on the Body een favoriet boek is. Want als de magie van de tekst je raakt, en je de drive voelt, dan maakt het vast niet uit dat er zo weinig concreets staat in het boek. Mij had dat ook kunnen overkomen.

Jeanette Winterson, Written on the Body
192 pagina’s
Vintage 2014, oorspronkelijk 1993