dit is het dossier:

Ariel Dorfman

© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden

 

Mascara ~ Ariel Dorfman

Het gebeurt dus dezer dagen dat ik fictie kan lezen zonder ook maar een moment geboeid te raken door de vertelling, en er toch mee doorworstel omdat de vorm ervan me interesseert.

In deze novelle doet Dorfman het verhaal van drie mensen, die allen iets schematisch houden; en daarmee variaties worden op schijnbaar bekende personages uit de populaire cultuur. Het verhaal speelt zich ergens in Zuid-Amerika af, in de jaren zeventig, tijdens een onduidelijke dictatuur.

Het belangrijkste personage lijkt de mooie Oriane, die in haar jeugd iets zo traumatisch heeft meegemaakt dat haar ontwikkeling daarna stokte, op bepaalde terreinen.

De man die de capaciteit heeft om de waarheid over deze barrières uit haar te krijgen, fotografeert bijna dwangmatig. Zelf kan hij daarentegen niet op beeld worden vastgelegd, zo lijkt het.

En dan is er nog een chirurg, die de kunst ontwikkeld heeft om niet alleen gezichten van het ene mens op het andere te transplanteren.

Dorfman speelt met mij als lezer, door me steeds weg te houden bij verhaalelementen die me tot de vertelling zouden toelaten. J.M. Coetzee noemt dit boek in een essay achterin daarom ‘een labyrinth’. Hij moedigt de lezers ook aan om in een schema bij te houden wat er nu eigenlijk verteld wordt.

Ik weet dat niet. Dit is een enorm talig boek, terwijl een uitvoering als strip of film me toch ook niet meer informatie over het verhaal had gegeven. Dorfman lijkt steeds alleen aan te dragen wat het raadsel vergroot.

Ariel Dorfman, Mascara
A Novel

137 pagina’s
Seven Stories Press 2004, oorspronkelijk 1988

My House is on Fire ~ Ariel Dorfman

Dorfman schrijft op een manier die de analytische lezer in mij erg blij maakt. De verhalen in een bundel als deze kloppen. Bovendien zijn ze behoorlijk geladen, meestal door de indirecte verwijzingen dat de personages in een totalitaire staat leven.

Dit maakte het lezen van My House is on Fire een genoegen, al is dat genoegen vooral intellectueel. Om éen of andere reden blijft er afstand tussen mij en de personages die Dorfman opvoert. Juist omdat hij óver hen schrijft, en niet dóor hen schrijft.

Meest geslaagd in deze bundel was voor mij daarom het verhaal ‘The Reader’. Omdat ik voor de verandering wel de ontwikkeling in het belangrijkste personage mee mocht maken.

‘The Reader’ gaat over een adviseur van een uitgeverij.

Weliswaar is in het land van die uitgeverij de censuur vooraf inmiddels afgeschaft, censuur achteraf is wel degelijk mogelijk. Dit maakt het publiceren van elk boek een halszaak. Iedere verwijzing of metafoor die kritiek op het regime kan inhouden, leidt tot een verbod, en arrestaties, en meer. Maar de hoofdpersoon van dit verhaal is goed in zijn werk; hij weet doorgaans met pauselijke onfeilbaarheid te oordelen over wat kan, en wat niet. Toch is hij niet blind een dienaar van het regime.

Dan moet hij een roman goedkeuren voor uitgave die over hemzelf lijkt te gaan.

Ariel Dorfman, My House is on Fire
167 pagina’s
Penguin Books 1991, oorspronkelijk 1990