Overwegingen | WikiLeaks iii

Mijn voornaamste problem met WikLeaks is dat de kleine groepering daarachter ineens een wat overspannen speler werd in een koude oorlog die al zeker vijftien jaar woedt. De strijd die gaat om de openheid en onafhankelijkheid van internet.

Het internet is namelijk open en voor iedereen, en trekt zich niets van landsgrenzen aan. Nationale overheden kunnen daar tot nu toe maar moeilijk mee omgaan; zulke vrijheid verdraagt zich slecht met de regel- en bedilzucht die aan overheden kleeft; mede omdat beknotting en handhaving hun bestaan zo prettig rechtvaardigt.

Als burgers makkelijk in het buitenland kunnen kopen, of liever daar hun diensten afnemen, ondermijnt dit bovendien de nationale economie. Maar gelukkig is de bevolking vrijwel overal nogal inert, en blijft e-commerce vooral een nationale zaak. Verder helpt de entertainmentindustrie daar weer flink aan mee, door slechts licenties voor hun producten per land af te willen geven; zodat legaal downloaden nog altijd nauwelijks ontwikkeld is als industrie.

Dus ligt al erg lang, te lang, bij politici een nadruk op de illegale activiteiten die online mogelijk zijn. Onder het mom ‘het terrorisme’ moet bestreden worden — of anders is het de ‘kinderporno’ wel — zijn de afgelopen tien jaar de meest draconische maatregelen genomen om onze vrijheden te beknotten. Zo betalen wij onze telefoonmaatschappij en internetaanbieder onder meer om voor de overheid bij te houden met wie en wat we allemaal contact leggen. Het nut van deze verzameling data is overigens nooit bewezen.

Staatssecretaris Teeven van Veiligheid, die ik een zeldzaam foute man acht, bestond het vorige week om te opperen totale screening van ieders internetverkeer in te voeren. Alles natuurlijk weer tegen de kinderporno.

En natuurlijk, kindermisbruik is vreselijk. Alleen zal iedereen het daar mee eens zijn. Het probleem lijkt me absoluut veel te klein om de hele rechtstaat maar meteen voor af te schaffen.

Trouwens, als de overheid echt de kindermisbruik wilde bestrijden, was de Katholieke kerk toch allang tot misdadige organisatie uitgeroepen?

Het principiële probleem bij de discussie over wat er mag of kan op internet, is dat daar te veel mensen aan meedoen die geen idee hebben waarover ze praten, en dit niet beseffen. Zoals die Teeven. En dat tegenwicht slechts kan komen van mensen die doorgaans wel wat beters te doen hebben dan op kleuterniveau uitleggen wat internet is. Omdat zij allereerst mogelijkheden zien.

Dus is het nu slechts wachten op politici die WikiLeaks of vergelijkbare initiatieven willen verbieden. En omdat zo’n supranationale organisatie zich overal ter wereld kan verstoppen, zal alleen de plaatselijke actiegroep, die protesteert tegen de aanleg van een weg door een bos ergens, onder dat soort maatregelen lijden; omdat ze toevallig een trajectkaart online hebben staan die ze niet horen te hebben.

Terechte vragen die online gesteld worden zijn overigens: waarom wordt WikiLeaks zo hard aangepakt dan, en kranten als The Guardian, Der Spiegel, El País, en The New York Times niet?

En waarom zijn bedrijven als PayPal, Amazon.com, Visa, MasterCard, en die Zwitserse postbank maar al te bereid de dienstverlening aan WikiLeaks te staken, terwijl nog geen rechter waar dan ook die organisatie ergens voor veroordeeld heeft?

Mij gaat het dan te ver om deze conflicten een strijd om de informatievrijheid te noemen, die sommigen erin willen zien. Die strijd om de vrijheid van internet is namelijk al veel langer bezig. Dit is hoogstens éen van de veldslagen; éen die toevallig een keer zichtbaar is; omdat andere media er voor de verandering eens wel oog voor hebben. [wordt vervolgd]


[x]#8044 fan woensdag 8 december 2010 @ 12:31:08