Leugenaars & vervalsers ~ Roelf Bolt

Het is dat ik al een favoriet boek heb over charlatans, leugenaars, en ander bedriegend volk. Rogues, Villains and Eccentrics heet dat. Anders had Leugenaars & vervalsers die plaats kunnen krijgen. Het boek is prettig vol, en roept telkens weer verbazing op.

Toch vallen me verschillende dingen op doordat de twee titels zo goed te vergelijken zijn. Rogues, Villains and Eccentrics is humoristischer geschreven, en in de lemma’s vaak nog compacter. En dat boek gaat niet alleen over ‘losers’; die uiteindelijk betrapt werden; de beperking die Bolt’s verzameling net wat naargeestiger maakt.

Ondertussen is vrijwel elk van de honderden lemma’s in beide uitgaven op zich al een eigen boek waard, of een film. Wat simpel te bewijzen is ook. In Roelf Bolt’s boek waren sommige lemma’s over te slaan, omdat de inhoud al eens langskwam op boeklog. Leven en werk van Boudewijn Büch bijvoorbeeld, of de eerste schaakmachine: ‘de Turk’. Net als de ongeschoolde psychiater Postel, die volgens de professionals in het vak zo leuk rapporten over misdadigers schreef. Het Oera Linda boek had ik kunnen behandelen, zonder dat te doen, net als dat ik bij het beschrijven van Ben Goldacre’s werk over leugenpraktijken in de medische wereld net wat andere accenten koos dan Bolt dat deed.

Dankbaar was ik vooral voor de Nederlandse lemma’s in Leugenaars & vervalsers. Van sommige daarvan was de aanwezigheid te voorspellen — zoals dat Han van Meegeren even zijn schilderijen kon laten doorgaan voor echte Vermeers. Andere lemma’s zouden mijn kennis nogal verrijken.

Zo is lokaal bij mij een religieuze sekte actief, die een paar keer per jaar overal in de buurt enveloppen in de brievenbus stopt, met de uitnodiging om ons te komen laven aan de Bron van Christus. De ‘sekte van Sonja’ heet die in de volksmond. Wat ik daarvan wist, nodigde niet erg uit om me er in te verdiepen. Want daarbij ging het al om gedoe met zwarte en witte engelen. Maar Roelf Bolt schetst in twee pagina’s al helemaal een portret van ernstig verdwaalde mensen rond een huisvrouw-goeroe, die gelukkig verder niet veel schade aanrichten; behalve dan aan zichzelf. Sonja houdt er zelfs een eigen wetenschapsleer op na, en daarbij een alternatieve scheppingstheorie. [We komen van Mars].

Een probleem dat dus wel kleeft aan Leugenaars & vervalsers, of Rogues, Villains and Eccentrics is dat het bij veel van het bedrog gaat om fraude die uiteindelijk ontdekt is. Terwijl er dus interessanter vormen van bedrog te bedenken zijn; die pas zo veel later uitkwam, dat er eerder bewondering over de fraudeur is dan verbazing.

Maar over onontdekte fraude is niets te schrijven, dat snap ik ook.

Bolt stelt bovendien zelf al in het lemma over een kunstvervalser de vraag wat het zegt dat zo veel musea werk van hem in collecties hadden opgenomen. Hoeveel van die collecties bestaat verder nog uit nog niet herkende vervalsingen?

Het boek biedt verder wel met regelmaat aandacht aan handelsfraude; zoals dat Chinezen die hun melk aanlengden met plastic, of dat Basmati-rijst zelden basmati-rijst is, de herkomst van kazen vervalst wordt, net als die van aardappels [de echte ronde Opperdoes], of dure parfums.

In de handel van vervalste merkartikelen gaat dan ook meer geld om dan in de drugswereld, zou ik daar aan toevoegen.

Mocht Leugenaars & vervalsers nog eens een vervolg krijgen, of een nieuwe druk, zou Roelf Bolt éen ding toch eens voor mij moeten uitzoeken, zo hij wil. Dit boek biedt nu wel een lemma over de merkwaardige collectie aan vervalste relieken. Daarin ontbreekt alleen de voor mij meest curieuze.

Jezus’ voorhuid.

Niet alleen claimde men op heel verschillende plaatsen deze voorhuid te bezitten; de heilige Theresia van Ávila droeg die zelfs als trouwring. Al schijnt deze daarbij onzichtbaar te zijn geweest.

Het curieuze aan deze voorhuid is verder dat de Katholieke kerk ruim honderd jaar geleden alle discussie verbood over dit afgesneden lichaamsdeel; op straffe zelfs van excommunicatie. En dat kon weleens zijn omdat de hostie tot in de negentiende eeuw niet stond voor heel het lichaam van Christus, maar enkel voor diens voorhuid. Tot bij sommigen het besef doordrong dat dit wel een erg raar beeld gaf van de religie.

Dat die voorhuid gegeten werd, verwees dan weer naar de Joodse traditie, waarbij de voorhuid na de besnijdenis ook werkelijk opgegeten werd — wat het des te merkwaardiger maakt dat dit lot Jezus’ deel aanvankelijk bespaard bleef.

Enfin, Leugenaars & vervalsers heet ook een ‘kleine encyclopedie van misleiding’ te zijn. Aan uitspraken over structureel bedrog waagde Bolt zich niet. Politici werd zelfs de toegang ontzegd tot de verzameling — omdat liegen zo zeer onderdeel van hun beroep is.

Daardoor biedt dit boek eerder verstrooiing dan verontrusting. En daar is op zich ook helemaal niets mee mis.

Roelf Bolt, Leugenaars & vervalsers
Een kleine encyclopedie van misleiding

464 pagina’s
Em. Querido’s Uitgeverij, 2011