dit is het dossier:

Louise O. Fresco

© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden

 

Hamburgers in het paradijs ~ Louise O. Fresco

Om de inhoud zou ik iedereen aanraden dit boek te lezen. Maar Hamburgers in het paradijs lag mij toch zwaar op de maag.

Misschien komt dit omdat bijvoorbeeld Mary Frances Fisher en Mark Kurlansky zo veel smakelijker schreven over eten.

Zeker is dat Louise Fresco van alles wilde met dit boek, en wellicht daarom niet gericht voor éen aanpak heeft gekozen. Hamburgers in het paradijs is opgebouwd uit hoofdstukken die ook op zichzelf kunnen staan; en daarom wordt dezelfde informatie nogal eens herhaald.

Storender nog was dat Fresco essays lijkt te hebben willen schrijven. Zichzelf ook weleens opvoert in de tekst. En dan toch telkens verviel tot de leerboekjesstijl van de academicus, die zij ook is. Een stijl die op zich helder is, en niet snel tot misverstanden zal leiden, maar waar weinig aan te beleven valt. Feiten presenteren, is éen ding. Feiten zo presenteren dat ze ook onthouden worden, al een aanzienlijk grotere schrijfprestatie.

En dan ligt er het gegeven dat zij in dit boek over eten kortweg ook de hele wereldgeschiedenis beschrijven wilde. Van het moment dat mensen zich als landbouwers vestigden, en met de plantenveredeling en het temmen van beesten begonnen. Tot het huidige tijdsgewricht, waarin het voedsel op ons bord van over de hele wereld is ingevoerd. En waarin overheden overwegen om belasting te heffen op suiker, vet, en zout.

Overigens laat Fresco zien dat een dergelijke vettax niet helpt in de strijd tegen het overgewicht van de bevolking. Ervaringen in onder meer Denemarken toonden dit al aan.

Met de inhoud van dit boek was er dan ook geen probleem bij het lezen. Louise Fresco ziet de trends, en weet de voors en tegens netjes tegen elkaar af te wegen. En het is zelfs verfrissend dat zij daarbij een wetenschappelijke distantie betracht. Omdat er door de bio-industrie en genetische modificatie van gewassen zo veel vervelende polemiek is van anderen over voedsel ook.

Terecht verwijt Fresco dat veel protest over intensieve landbouw en veeteelt aan cognitieve dissonantie lijdt. De productiemethoden worden fel bekritiseerd. Maar dat de producten daardoor erg betaalbaar zijn voor het gemak gauw vergeten.

Ik werd te weinig verrast door dit boek. Misschien is dat het hele probleem simpelweg.

Laat me dit boeklogje daarom maar beperken tot enkele feiten die Fresco aandroeg, waarvan ik toch aantekening maakte.

Landbouw kunnen we definiëren als het systematisch gebruik van zonlicht […]

stond er bijvoorbeeld. En dat vond ik een aardig inzicht. Alleen is Fresco’s definitie langer, wat de kracht van bovenstaand statement nogal verzwakt. En haar woorden worden vervelend door de drang alles in enkele zinnen te willen omvatten.

Landbouw kunnen we definiëren als het systematisch gebruik van zonlicht en andere hulpbronnen zoals water en voedingsstoffen voor en door mensen, voor dierlijk en plantaardig voedsel, vezels zoals wol en vlas, voor dranken, grondstoffen voor farmaceutische producten en bouw- en verpakkingsmateriaal. In dat proces gebruiken wij andere soorten, die daardoor andere eigenschappen krijgen. De oeros wordt rund, de wilde aardappel wordt eetbaar. […][70]

Dus waren het vooral de terzijdes die me aardigheid gaven aan dit boek. Zoals dat Fresco met haar eerstejaars studenten op safari gaat naar de supermarkt, om van de aangeboden waren na te gaan welke reis die hebben afgelegd tot de schappen daar.

Doen deze zaken bovendien extra hun best hun klanten zich goed te laten voelen over hun keuzepatronen.

Er bestaan winkels waar groenten regelmatig beregend worden, met begeleidende geluiden van onweer, om consumenten het gevoel te geven dat ze echt midden in de natuur staan. [250]

En Fresco stelt wezenlijke vragen aan de orde:

Hoe riskant is het dan dat het grootste deel van de calorieën voor de wereldbevolking afkomstig is van twaalf soorten planten en veertien soorten dieren? [277]

Maar dat het eten van insecten geen slecht idee zou zijn voor ons, gezien de kosten om éen kilo beef te produceren, is zo’n idee dat ik me allang eigen had gemaakt. Om zelfs op boeklog al te formuleren dat het altijd zeker een generatie duurt voor mensen voor mensen overstappen op een radicaal andere basis aan eten, en dit zelden vrijwillig doen. Er zit zoveel routine in ons gedrag.

Als een boek duidelijk kwaliteiten heeft, wil ik graag dat het ook in alles voortreffelijk is. En dat was met Hamburgers in het paradijs gewoon niet zo.

Louise O. Fresco, Hamburgers in het paradijs
Voedsel in tijden van schaarste en overvloed

539 pagina’s
Bert Bakker, 2013

Utopisten ~ Louise O. Fresco

Ze wilde geen actuele politieke roman schrijven, zo meldt Louise Fresco achterin dit boek. Maar enkele ontwikkelingen in Nederland en Europa achterhaalden haar, tot eigen verbazing.

Dit schreef ze in 2007. En een jaar later kwam daar nog de affaire Duyvendak overheen. Toen moest een progressief Kamerlid aftreden om onthullingen die hij zelf had gedaan over zijn tijd als activist.

In de roman De utopisten is de hoofdpersoon weliswaar geen Kamerlid, maar staatssecretaris namens een progressieve partij. En de onthullingen over zijn activistenverleden kwamen van een ander; wat minder grappig is. Maar de parallellen tussen de verzonnen affaire en de echte van het jaar daarop zijn opvallend.

En eerlijk gezegd had ik op zulke toevalligheden gehoopt. Louise Fresco is een landbouwwetenschapper, die onder meer voor de VN heeft gewerkt. Zo ze niet weet hoe de politiek werkt, dan heeft ze toch tal van politici en politiek gekleurde werkgroepen van dichtbij meegemaakt. Dus zelfs door een boek over een denkbeeldig Nederland te schrijven, ontkwam ze er niet aan om iets van haar ideeën te laten doorschemeren over hoe de politiek hier bezig is.

Waarheden zijn ook te liegen; zelfs al door enkel onderliggende patronen te beschrijven.

Toch heeft Fresco gelijk, en is dit geen boek over actuele politiek, maar een roman over een generatie die ooit idealen had, en toen ouder werd. En daarover had het ook een boeiend boek kunnen zijn. Al de ingrediënten ervoor zijn aanwezig. Ik vond alleen een aantal keuzes van de auteur nogal merkwaardig. En vraag ik me nu af of die een gebrek aan eindredactie laten zien, of gewoon puur uit onhandigheid voortkomen. Louise Fresco heeft nochtans meerdere romans gepubliceerd.

Zo begint het boek voor mij logisch gezien op pagina 153, wat rijkelijk laat is. De oud-activist, die zo onverwachts benoemd werd tot staatssecretaris, bezoekt dan voor het eerst zijn nieuwe werkplek op het ministerie.

Fresco laat het verhaal juist een avond daarvoor beginnen, als er een feestje thuis is over de benoeming. En ze propt daarbij veel te veel informatie over haar personages in de eerste tientallen pagina’s. Dat wringt, omdat het verhaal dan telkens stokt voor het begonnen is. En dit werkt niet omdat ik de personages dan nog niet heb zelfstandig heb zien bewegen, en dus geen enkele nieuwsgierigheid naar hen voel.

Na deze valse start kwam het eigenlijk niet meer goed, voor mij. Show, don’t tell, is toch een vrij elementaire vertelwet.

Louise O. Fresco, De utopisten
351 pagina’s
Prometheus, 2007