Bezit van een ruïne ~ Gerrit Kouwenaar

► door: A.IJ. van den Berg

Een gelegenheidswerkje dit, de uitgave van tien niet eerder gebundelde gedichten ter gelegenheid van de Nationale Gedichtendag 2005. Maar het wel erg dunne boekje is overal serieus besproken, en daarbij steeds in de hoogte gestoken. Kouwenaar had zich weer eens overtroffen.

Ik weet het evenwel niet.

Kouwenaar probeert werelden op te roepen door verhalen samen te ballen in slechts enkele woorden:

men scheert zich zijn vader

uit: stilleven

In een gedicht dat eindigt in de dood, en dat godbetere stilleven heet, zal ieder woord ongetwijfeld op twee, nee op drie verschillende manieren zijn uit te leggen. Ziet de dichter steeds meer zijn vader in de spiegel verschijnen als hij zich scheert? Of is die vader dood en brengt iedere scheerbeurt de dichter een dag nader tot het einde? Scheert hij zich weg?

Maar, ben ik geïnteresseerd in deze cryptokronkels? Neen, want ze zeggen niets wat ik niet ook al eens bedacht had. Ook de schijnbaar verborgen mededeling is niet bijster interessant, noch memorabel verwoordt.

Het is zulk een zuinig woordgekeutel, dit. Maar zelfs nog harder persen op de taal zal op deze wijze nooit een diamantje geven.

Gerrit Kouwenaar, Het bezit van een ruïne
12 pagina’s
Em. Queridos Uitgeverij, 2005


[x]


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden