Man Who Cycled the World ~ Mark Beaumont

► door: A.IJ. van den Berg

De nieuwsgierigheid naar het verhaal van Mark Beaumont bleef. Zelfs al kende ik daar de hoofdlijnen van. Die waren al eens op de TV getoond, bij de BBC, in een vierdelige documentaire.

Schot van 24 jaar oud, bijna 25, stapt op een augustusochtend in 2007 te Parijs op de fiets, om vervolgens in recordtijd de wereld rond te rijden. Daarvoor had hij uiteindelijk 194 dagen en 17 uren nodig; waarmee het oude record met een kleine drie maanden werd aangescherpt.

Inmiddels hebben anderen alweer dit record verbetert. Mooi aan die recordpogingen is dat de mededingers hun wereldreis net als Beaumont in hun eentje ondernamen. Maar het wachten is nu ongetwijfeld op iemand die het niet alleen doet, op elke meter begeleid wordt met meefietsers, windbrekers, en gevolgd wordt door een camper met een massagetafel daarin, en twee fysiotherapeuten, plus een vrachtwagen met krachtvoedsel daarachter.

Het record interesseert me dan ook niet. Aan extreme duurprestaties kleeft altijd iets willekeurigs. Staat het record op de fiets te scherp? Is er altijd nog de autoped, om iets een poging te wagen. Of anders fietsen we wel achteruit.

Het zegt iets als vrijwel niemand geïnteresseerd is om zo’n record te bezitten.

Ik wilde daarom liever weten hoe de fiets het gehouden had onderweg — die Koga Miyata met zijn Rohloff hubnaaf.

En ik wilde weten hoe vervelend het was geweest — en daarmee hoe eenzaam. Want, 100 mijl fietsen op een dag, met een kleine dertig kilo bagage, zoals Beaumont’s ideaal was, dat heb ook ik wel eens gedaan. Meerdere dagen achter elkaar zelfs, op vakantie, om uit een slecht-weerzône te ontsnappen.

Weinig is vervelender dan een werkdag lang met bagage te moeten fietsen om een bepaalde afstand af te leggen. Omdat de geest er zo klein van wordt.

Bovendien leek het me vrijwel onmogelijk die uren te beschrijven; de tijd dat het vooruitging, de meters werden gemaakt, terwijl de auteur eerder een halfmechanisch verlengstuk van zijn fiets was dan een zelfstandig denkend wezen.

En dan moet gezegd, dat ook Beaumont vooral het uitzonderlijke beschrijft, en het normale zelden heel belangrijk vindt.

Bovendien krijgt bij een recordpoging alles wat tegenzit ineens nadruk. Kleine tegenslagen zijn niet alleen vervelend, maar ze staan ook de prestatie in de weg. Drama’s worden het, als vanzelf.

Zo krijgt Beaumont al snel zadelpijn. Wat eenmaal in Australië aangekomen snel verergert, vanwege het ontbreken van de juiste crème voor de zeem in de wielerbroek. De beschrijvingen van de pijn die dit oplevert, hoe onderkoeld ook, horen tot de meest authentieke uit het boek. Omdat geen mens gaat fietsen met zo’n zere kont, op de beroepsrenner, en de recordjager na.

Na een paar uur hielden de zenuwen op met pijnsignalen door te geven, staat er dan.

Ook aan zijn fiets ging eigenlijk opvallend veel stuk, zelfs al wil 29.446 km onderweg zijn, wel met slijtage komen. Dat zal vast door de belading komen, en dus het overgewicht, en omdat de gemiddelde fietsenmaker niet goed weet hoe ze een wiel moeten spaken dat zulke extreme belastingen aan kan.

De Rohloff hub werkte dan weer slecht in de VS, waar het winterde, omdat het telkens een tijd duurde voor de olie in het mechaniek ontdooid was.

Mark Beaumont is door deze recordjacht inmiddels avonturier van beroep geworden. De recordrace die in dit boek beschreven werd, kan iedereen wat leren over het plannen van reizen. Zelfs al krijgt de gemiddelde toerist geen motorescorte om door madrid te fietsen, of snel het centrum van Parijs te bereiken. Maar Beaumont heeft toch vrij veel onderschat. Zo kon hij in de Oekraïne ineens geen verkeersborden meer lezen. Zo was het niet heel slim om juist in de winter de VS te doorkruisen.

The Man Who Cycled the World pakte voor mij daarom nog het meest uit als een verrassend eerlijke beschrijving van het narcisme dat iedere sportman bedreigt die een topprestatie wil leveren.

Mark Beaumont, The Man Who Cycled the World
575 pagina’s
Corgi Books 2010, oorspronkelijk 2009

[x]opgenomen in het dossier:

nauw gerelateerd op boeklog:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden