dit is het dossier:

Hugo Claus

© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden

 

Groepsportret ~ Hugo Claus

Een beetje schrijver heeft hoofdboeken, en bijboeken. En onder die bijboeken zitten soms merkwaardige exemplaren. Eerder is op boeklog al de interviewbundel Scheppend Nihilisme besproken, waarin tal van interviews met W.F. Hermans zijn gebundeld. Ook kwam hier al eens De buitenkant langs, waarin Gerrit Komrij de meest pregnante uitspraken uit zijn interviews op trefwoord had verzameld.

Deze bundel lijkt op een mix van deze twee voorbeelden. Voor Groepsportret zijn honderden uitspraken verzameld die de auteur, schilder, en filmmaker Hugo Claus in de loop van vier decennia tijdens interviews deed. Zo aforistisch als Komrij wordt hij daarbij evenwel niet, en vergeleken met Hermans is het zowel een voordeel als een nadeel dat de uitspraken niet in het verband van het hele gesprek worden getoond. Soms kan een gesprek niet beter worden dan die ene gelukte uitspraak, maar evenzogoed kan een citaat doodslaan zonder de context.

Wel vond ik aardig dat Claus’ ideeën en voorkeuren in de loop der tijden weleens verschuiven. En ook dat hij zichzelf regelmatig tegenspreekt.

Zo zou hij nooit kritieken over boeken van anderen durven schrijven. Want het maken van een slecht boek kost evenveel moeite als het schrijven van een meesterwerk. Bovendien vindt Claus het onbeleefd, en daarmee Hollands, om iemand onverbloemd met al te principiële oordelen te overvallen.

Tegelijk zegt hij regelmatig over boeken, of films, van anderen dat die veel te voorspelbaar zijn om hem te boeien.

Een bijboek als dit zal oneindig veel aardiger zijn voor iemand die de hoofdboeken van Claus beter kent dan ik dat doe. Ik weet romans van hem te hebben gelezen — dat Verdriet van België natuurlijk — maar die hebben er vooral toe geleid dat ik Claus sindsdien vermijd. Ook een auteur die de katholieke kerk haat, kan uiteindelijk ergens nog te katholiek zijn — te doordesemd zijn van een cultuur waar ik ver vanaf sta. Juist daardoor kan een gemeenschappelijke taal eerder afstand creëeren dan tenietdoen.

Dit boek bracht nu even prettig gezelschap, van een aangenaam causeur, maar zal me vermoedelijk niet vreselijk lang bijblijven.

Hugo Claus, Groepsportret
Een leven in citaten
Bijeengebracht door Mark Schaevers

460 pagina’s
Uitgeverij De Bezige Bij, 2004

Schrijven ~ Jan Brokken

Dertig jaar nadat Jan Brokken de belangrijkste schrijvers in Nederland interviewde — op Reve en Hermans na dan — zijn de meeste van hen dood of uitgeschreven.

Nu goed, Maarten ’t Hart publiceert nog weleens wat. Guus Kuijer ook. Mensje van Keulen. K. Schippers. En Remco Campert zelfs.

Toch maakte deze interviewbundel om een andere oorzaak een merkwaardig gedateerde indruk. Brokken was om éen of andere reden nogal gefascineerd door het materiaal waarmee de schrijvers hun ambacht uitoefenden. En eind jaren zeventig gebruikten auteurs hier nog geen computers.

Dus mocht Harry Mulisch zagen ‘het echte HB potlood’ te gebruiken voor de passages waar hij onzeker over is.

Wolkers legde uit vellen van zestig centimeter lengte in zijn typmachine te draaien.

Biesheuvel heeft zelfs een typmachine waarmee het schrijven eigenlijk te makkelijk gaat.

En Maarten ’t Hart kon maar met éen speciale pen schrijven, omdat hij van de andere kramp kreeg, ook als het werk per se nog door moest.

Zelden zal er zo veel aandacht besteed zijn aan zoiets onzinnigs. Ik bedoel, al zou een auteur elke ochtend een ader openrijten om het eigen bloed als inkt te kunnen gebruiken, dan nog is dat van secundair belang; en hoogstens interessantdoenerij.

Gelukkig had Brokken nog wel oog voor nuttiger informatie, zoals hoe vaak er herschreven werd; of hoe de auteurs de redactie inpasten in hun normale schrijfpatroon.

Ik herlas dit boek om het interview met Bob den Uyl, en knikte maar weer eens bij diens uitspraak:

Een verhalenbundel is een roman waaruit de vervelende stukken zijn weggelaten […]

Toen moest het gesprek met de zo zelden geïnterviewde F.B. Hotz ook maar. En voor ik het wist had ik tien van de negentien interviews gelezen, en moest het boek ook maar uit.

Maar waarom eigenlijk toch?

Jan Brokken, Schrijven
Interviews
230 pagina’s
De Arbeiderspers, 1980

* in het boek staan interviews met:

  • J.M.A. Biesheuvel
  • Willem Brakman
  • Remco Campert
  • S. Carmiggelt
  • Hugo Claus
  • Hella S. Haasse
  • Maarten ’t Hart
  • F.B. Hotz
  • Mensje van Keulen
  • Anton Koolhaas
  • Gerrit Krol
  • Guus Kuijer
  • Marga Minco
  • Harry Mulisch
  • Bert Schierbeek
  • K. Schippers
  • Bob den Uyl
  • Theun de Vries
  • Jan Wolkers