Fjoerbidders ~ Albertina Soepboer

► door: A.IJ. van den Berg

Gedichten doen me meer dan bundels. Zelden bevalt me een cyclus zo goed dat de som meer is dan de delen alleen. Maar voor De fjoerbidders [vuurbidders] moet ik een uitzondering maken.

In dit nogal nadrukkelijk vormgegeven boek staan dertig achtregelige gedichten, verdeeld over vijf songs. Elk van die songs heeft een motto, ontleend aan een tekst uit de popmuziek. En, afzonderlijk kan ik de gedichten eigenlijk nauwelijks lezen. Daarvoor is Soepboer’s taal te karig; brengt ze niet genoeg informatie over. Het ene gedicht moet het andere wel aanvullen.

Dan blijkt de cyclus over de liefde te gaan, dat oud verhaal. Er is een ongelukkige driehoeksverhouding. Met de vertellende ik-persoon als verliezende partij, in dat flatje bij die stinkende suikerfabriek [bij iedereen wel zo ongeveer bekend die de weg in Groningen weet].

Ook de taal versterkt dat gevoel van onmacht. Er staan ongrammaticale zinnen in de verzen, en Engelse woordjes; blijkbaar omdat de eigen taal niet genoeg over heeft. Mij noodzaakte dit wel om de gedichten hardop voor te lezen, om ze beter te kunnen begrijpen.

En dan moet me van het hart: door de compactheid van de gedichten,en de grote letter waarin ze zijn afgedrukt, heeft deze uitgave ook wel iets van een voorleesboek.

** zie ook Soepboer’s website over dit boek.

Albertina Soepboer, De fjoerbidders
43 paginas
Utjouwerij Bornmeer © 2003


[x]opgenomen in het dossier:

nauw gerelateerd op boeklog:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden