Wat me ook niet bevalt! ~ Theo Capel

► door: A.IJ. van den Berg

In mijn herinnering was dit een bundel knorrige columns, maar het boek bleek wat langere stukken te bevatten. Noem het verhalen, noem het satires. Hoofdpersoon is telkens iemand die op de schrijver lijkt; een afgestudeerd psycholoog met allerlei werk binnen grote organisaties. Of misschien beter, de hoofdpersoon is Nederland, in zijn meest trieste benepenheid. Met al zijn overlast, met al zijn regelzucht.

Capel begon deze reeks ooit na een opdracht van het weekblad Haagse Post, om een verhaal te schrijven over ‘alledaagse waanzin’. Dat leverde een verslag op over de geneugten van het bezit van een volkstuintje, voor een stadsbewoner. Al bleek het bezit vooral een last, niet in het minst door het pietluttige volkstuinbestuur.

De andere verhalen hebben een zelfde patroon. Er wordt optimistisch ingezet, het valt dan tegen, er volgt een crisis, en dan een catharsis. En ach, dan zijn er Nederlandse auteurs die zich iets meer op dit genre hebben toegelegd. Maar Capel schreef het allemaal wel vaardig op, dus was het niet vervelend om te lezen.

Opmerkelijk zijn vooral de kantoorverhalen van Capel. Omdat ik het zo merkwaardig vind dat er vrijwel nooit normaal over het kantoorleven geschreven wordt [Voskuil’s Bureau is de uitzondering die de regel bevestigt]. Of dit decor levert komedie op, al is dit vooral in TV-programma’s zo, of kantoren zijn meteen de bedreigende bureaucratieën uit 1984, Het Slot, of andere dystopieën.

Theo Capel’s benadering van het kantoorleven neigt naar de humoristische kant, maar dat neemt niet weg dat er ook nog genoeg realisme uit spreekt.

Theo Capel, Wat me ook niet bevalt!
120 pagina’s
Uitgeverij Luitingh, 1988

[x]

nauw gerelateerd op boeklog:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden