Godin, held ~ Gustaaf Peek

► door: A.IJ. van den Berg

Er was even rumoer om deze roman op de sociale media, vlak nadat het boek uit kwam. Wat er precies voor opwinding zorgde, is me niet bijgebleven. Enkel het idee bleef daardoor kleven om de uitgave bij gelegenheid toch eens te lezen.

En dat had ik beter niet kunnen doen. Godin, held van Gustaaf Peek bleek een nogal klein boek te zijn, zowel in scope als in ambitie.

Als ik per se een roman met overspel als centrale thema had willen lezen, waren er ook wel geschiktere voorbeelden direct voorhanden geweest. Pairs van John Updike, bijvoorbeeld, wacht nog altijd op een herlezing. En Updike schreef interessanter over sex, en een stuk geiler ook, dan Peek is gelukt.

Maakte de Amerikaan bovendien een timmerman van zijn hoofdpersoon. Waartoe hij ter research een kleine bibliotheek las over het timmeren als beroep, en huizenbouw. Wat dan weer nuttige kennis opleverde die zijn roman terloops verrijkte.

Peek, daarentegen, gaf de twee belangrijkste personages in zijn boek dagelijkse bezigheden mee als krekt de zijne. De vrouw, Tessa, is zelfs schrijver. De man, Marius, een krantencolumnist. En goed, dan speelt dat werkzame leven amper een rol in de roman. Maar schrijvers die in fictie over andere schrijvers gaan schrijven, doen me al gauw te weinig moeite om nog eens iets verrassends te bedenken; bijvoorbeeld door een heel andere manier van leven te onderzoeken. En ja, zo’n gebrek aan verbeeldingskracht constateer ik liever niet.

Zadelde hij hen bovendien op met een liefde waarin geen enkele ontwikkeling zit. Want ooit, in het prille begin, hadden die twee weliswaar echt wat. Alleen verwaterde dit; al bleef er een verliefdheid hangen. Waarop ze relaties kregen met anderen, waardoor de omgang toen, om de partners niet te kwetsen, ineens illegaal werd. Dus moest correspondentie wel in het geheim en vonden de ontmoetingen in hotelkamers plaats. Waarbij sex dan het eerste doel werd.

De voornaamste gimmick van Godin, held is dat het boek omgekeerd chronologisch verteld wordt. Zelfs de hoofdstuknummering telt af van 50 naar 0. Bovendien begint de roman ver in de toekomst, als beide hoofdpersonen dood zijn. Waarmee de roman een melancholische start krijgt. Mede omdat Tessa dan Marius al een tijd heeft overleefd, en ze dus terug kan kijken op wat er ooit was.

Maar uniek is het zeker niet om een verhaal in omgekeerde volgorde te vertellen. Bovendien heb ik deze kunstgreep weleens effectiever zien worden toegepast. In Het jongensuur van Andreas Burnier bijvoorbeeld betekent het nogal wat dat dit boek ná de oorlog begint. Godin, held ontbeert een dergelijke lading, waarmee de keuze om de geschiedenis zo te brengen wat willekeurigs krijgt.

En dan weet ik niet of mijn probleem met deze roman enkel het probleem van de veellezer is, die alles al eens gezien heeft. Of dat ik domweg niet begrijp waarom dit boek op deze manier geschreven is.

Auteur brengt twee personages telkens samen, onder vergelijkbare omstandigheden, om ze sex te laten hebben. Hun eigenlijke leven valt buiten het bestek van het boek. Ook al krijgen de personages wel degelijk persoonlijke rampen te verwerken — zo gaat er een kind dood door zelfmoord.

Dus moet dát, van die twee mensen samen, wel heel bijzonder zijn. Want daar is het de schrijver blijkbaar om te doen. Alleen viel mij daar nu net niets bijzonders bij op, aan taal, of aan inzichten in de menselijke aard. Peek beschrijft alles van buitenaf.

Gustaaf Peek, Godin, held
304 pagina’s
Em. Querido’s Uitgeverij, 2014

[x]


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden