Lezer is niet dood ~ Alex Boogers

► door: A.IJ. van den Berg

Waarom ik een lezer werd, is een vraag waarop geen antwoord bestaat. Tenzij we het heel simpel houden. En dan zien dat er niet veel anders was dan dat lezen tijdens mijn jeugd in de provincie, om mij als introvert jongetje prettig bezig te houden.

Cruciaal daarbij was het bestaan van de openbare bibliotheek. Al had ik de jeugdafdeling daarvan echt wel uit op mijn dertiende, en was het een straf dat ik pas op mijn veertiende uit de hele collectie mocht kiezen daar.

En ik besef nu mijzelf daarmee al jong enkele nogal nuttige ‘competenties’ te hebben aangeleerd.

Lezen is niet eenvoudig, zeker als het om literatuur gaat, en moet daarom worden geleerd. Ik voltooide de daartoe benodigde uren al jong.

En de bieb leerde me dat er van alles ongedacht veel bestaat, maar dat het desondanks moeilijk kan zijn te vinden waar je naar zoekt. Ook al omdat je zo vaak pas weet wat je zocht, als het eenmaal is gevonden. Er blijft daarom een openheid van geest nodig om de hoop levend te houden dat elk nieuw boek iets kan bevatten wat je raakt. En toch moet je als lezer kritisch genoeg durven zijn om zo’n uitgave meteen weg te leggen, zelfs voor altijd, als de tekst niets meer oproept dan verveling.

Alex Boogers raakte misschien wel aan het lezen door éen boek. Uit de bibliotheek. Een biografie van Muhammed Ali die hem zo greep, dat hij dat boek uiteindelijk stal, om het te kunnen hebben, en omdat Ali’s levensverhaal hem zo toebehoorde dat hij liever niet had dat anderen het lezen konden.

Ook Boogers leerde dat alles betekenende lezen dus niet op school, en uit zichzelf. Toch doet hij in het schotschrift De lezer is niet dood een oproep aan docenten om te helpen het verschil te maken.

Al is dit pamflet ook te lezen als een oproep aan andere schrijvers om de promotie van het boek in het algemeen serieus te nemen. En toch wel die schijnbaar verveelde VMBO-klas te bezoeken, die lezen niet stoer vindt, omdat juist daar net die ene leerling in kan zitten die juist door meer te gaan lezen de beperkingen kan overwinnen die de samenleving voor hem of haar al lijkt te hebben ingesteld.

De lezer is niet dood biedt niet bepaald een strak opgezet betoog, wat de tekst weliswaar iets authentieks geeft, maar de kracht alleen nogal ondermijnt. De schrijver geeft onder meer wat autobiografische details, legt daarmee uit waarom dat lezen er voor hem van huis niet in zat, er onderwijl telkens op hamerend dat lezen belangrijk is, en dat er nu kinderen zijn die zonder onze inspanningen deze rijkdom nooit zullen mee krijgen.

En waarschijnlijk ligt het aan het genre dat dit soort betogen zowel zeer sympathiek overkomen, als ook gauw eens iets onbeholpens krijgen. Zelfs de hooggeschoolde Martha Nussbaum stamelde enkel vage algemeenheden in haar pamflet over de betekenis die het lezen kan hebben voor een mens.

Bovendien lijkt me een boek niet meteen het juiste vehikel om het idee te promoten dat lezen groot nut heeft. Iemand die nog niet leest, of lezen als een inspanning ziet, zal zo’n tekst als deze zeker niet oppakken. En met preken voor eigen parochie kan niemand het oneens zijn.

Hoe het dan wel moest? Ik denk in elk geval dat er veel meer moet worden voorgelezen, op alle leeftijden — wat misschien dan wel om andere teksten vraagt dan de thans gemiddeld genomen zo verliteratureluurde roman.

Voorlezen vergt alleen tijd, en de rust die menigeen zichzelf ook al niet gunt.

Alex Boogers, De lezer is niet dood
Schotschrift

64 pagina’s
Podium, 2015


[x]opgenomen in het dossier:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden