dit is het dossier:

Sam Harris

© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden

 

Free Will ~ Sam Harris

Dat ik deze woorden hier plaatste, was een bewuste daad. Voortkomend uit mijn vrije wil — zo u wilt. Wat daarmee bewijzen zou dat er zoiets als ‘vrije wil’ bestaat.

Alleen had ik toch betrekkelijk weinig controle over welke woorden hier precies kwamen te staan. Of over de tijd die het duurde om dit boeklogje te schrijven; al is dat hoogstens tot op zekere hoogte waar; want binnen twintig minuten moest dit toch wel klaar zijn. En het gebrek aan controle dat er was na mijn beslissing om dit tekstje te schrijven, zou juist bewijzen dat ‘vrije wil’ een illusie is.

Als ik Sam Harris tenminste geloven mag.

Zijn Free Will is een relatief kort pamflet waarin de auteur twee dingen doet. Hij vat millennia aan discussie samen over het onderwerp ‘vrije wil’ door de argumenten onder te verdelen in verschillende denkrichtingen; die vanzelfsprekend elk een eigen blindheid hebben. En Harris betoogt vervolgens dat vrije wil niet kan bestaan.

It is not that free will is simply an illusion–our experience is not merely delivering a distorted view of reality. Rather, we are mistaken about our experience. Not only are we not as free as we think we are–we do not feel as free as we think we do. Our sense of our own freedom results from our not paying close attention to what it is like to be us. The moment we pay attention, it is possible to see that free will is nowhere to be found, and our experience is perfectly compatible with this truth. Thoughts and intentions simply arise in the mind. What else could they do? The truth about us is stranger than many suppose: The illusion of free will itself is an illusion. [64]

Nu denk ik misschien iets te makkelijk over dit onderwerp, om ook Harris’ pamflet heel grondig te willen analyseren. Ik meen nog altijd dat ‘vrije wil’ niet zozeer een illusie is, als wel een vruchteloos begrip bedacht in duisterder tijden, dat toen misschien nut had om houvast te hebben. Wat het begrip eigenlijk tot zoiets onhandigs als ‘flogiston’ maakt, of welk willekeurig inmiddels achterhaald wetenschappelijk inzicht ook.

Want ideeën kunnen ook zo makkelijk het denken verduisteren.

Vasthouden aan de idee ‘vrije wil’ in tijden van hersenscans — die aantonen dat we al besluiten voordat we ons bewust zijn te hebben besloten — lijkt me daarmee niet heel handig.

Alleen mag ik van Sam Harris niet zo denken. Ik zou daarmee namelijk net doen wat hij aan zijn vriend Daniel Dennett verwijt — over ‘vrije wil’ redeneren door de hele idee buiten de discussie te stellen.

En wellicht heeft Harris daarin gelijk.

Niet omdat ik zijn betoog nu per se geloof. Nee, eerder om een gegeven dat hij nog buiten het boek heeft gehouden ook. Want voor mij is nadenken over ‘vrije wil’ iets academisch; dat verder geen gevolgen heeft. Maar niet te ontkennen is dat de discussie over dit begrip onderhuids wel woekert in juridische zaken, en zeker ook in de politiek.

We bewegen zo langzamerhand toch naar een samenleving toe die hardvochtig stelt: als je arm bent, is dat geheel jouw eigen keuze. Politici pretenderen dus dat vrije wil bestaat.

En alle religies bewijzen: iets hoeft helemaal niet te bestaan om toch geloofd te worden.

[ is vervolgd ]

Sam Harris, Free Will
85 pagina’s
Free Press, 2012

Morele landschap ~ Sam Harris

Er werd me eens gevraagd welke origineel Nederlandstalige publicaties ik het meest vond ontbreken in de huidige boekhandel. Waarop mijn antwoord na enig beraad luidde: echt goede non-fictie. Zoals bijvoorbeeld goed geschreven populair-wetenschappelijke boeken over maatschappelijke onderwerpen. Want veel van wat hier in dat genre verschijnt, is vertaald. Niet zelden uit het Amerikaans bovendien.

En in de VS liggen de gevoeligheden anders. Het land is bijvoorbeeld absurd religieus, naar onze begrippen. Net als dat het bizar gewelddadig is. En dan niet eens alleen binnenslands. De VS als land begon meer dan 180 gewapende conflicten en oorlogen na 1945.

Daardoor heeft de boekhandel er ook andere niches; en voelen auteurs zich tot andere onderwerpen aangetrokken dan ons hier bezighouden.

Sam Harris [1967] bijvoorbeeld is éen van de Amerikaanse auteurs die zich op de lucratieve markt beweegt van boeken die de waarheden van religies relativeren. En heel interessant kan ik die uitgaven niet vinden, wie ze ook schrijven, omdat het hierbij telkens om pamfletten gaat in een oorlog die hier niet zo gevoerd wordt.

Toch zijn al deze boeken naar het Nederlands vertaald.

Het morele landschap is éen van deze uitgaven. En hierin bestrijdt Harris de merkwaardige idee dat alleen gelovigen een moraal zouden kennen.

De auteur vind daarbij vooral dat de wetenschap zich er meer aan gelegen moet laten liggen om normen en waarden te stellen.

Vervolgens negeert Harris in dit boek merkwaardig genoeg totaal wat er aan wetenschap is over zijn onderwerp. Want als de belangrijkste morele kwestie het algemene menselijke welzijn is, dan hebben nogal wat auteurs nagedacht over wat mensen gelukkig maakt. Sam Harris negeert al deze literatuur.

Ontbreekt bij hem ook al het besef dat wetenschappelijke inzichten voor alles gebruikt kunnen worden. Zowel goede als kwade zaken. Iedereen die nadenkt over hoe wetenschappelijk onderzoek bijvoorbeeld gefinancierd wordt hier, ziet meteen al dat er tal van gebieden zijn waar onderzoekers juist beter niet hun waarheden kunnen opdringen aan iedereen.

De problemen die Big Pharma oplevert voor de medische wetenschap zijn al uitgebreid aan bod gekomen op boeklog.

Had ik ook nog van alles over voedsel kunnen schrijven. Want in Nederland is bijvoorbeeld een Voedingscentrum actief, dat claimt onafhankelijke informatie te bieden, terwijl het daarbij met regelmaat onzin verspreid — nogal vaak worden producten geprezen die een grote sponsor van dit centrum als Unilever maakt.

Terwijl aan eten nogal wat moraal kleeft — en zelfs politici ineens deze moraal willen prediken, met al hun ideeën over een vettax of een suikerheffing.

Zoals de Joden hun spijswetten hebben, kennen Moslims een ramadan, en vraten katholieken geen vlees op vrijdag. Christenen eten bovendien telkens hun God op in de kerk. Dat er een bepaalde moraal bestaat, heeft zo vaak allereerst rituele betekenis; het doel staat los van het middel. Leef tezamen dezelfde voedselrichtlijnen na en er ontstaat een band onderling. En wat zijn religies sociologisch gezien anders dan allereerst mechanismen om groepsverbanden vast te leggen?

Eén van de wezenlijke problemen van religie is alleen dat georganiseerde vormen van geloof altijd misbruikt zijn door machthebbers, die het bindende element daarin zo makkelijk konden benutten om mensen te kleineren of te knechten.

Harris stelt op zich een belangrijk probleem aan de orde. Want niemand komt met een perfect gevormd moraal ter wereld. Maar, de mens is een sociaal dier, dat bovendien tot in grote perfectie communiceren kan. Veel normen en waarden zit er daarom al heel snel in; onze ideeën over wat rechtvaardig is, en wat niet, uiten zich doorgaans ook al heel jong.

Wordt vervolgens de zaak of wij daarop eerst ons eigenste eigenbelang leren na te streven — of zelfs leren om te denken dat een maatschappij die zo is ingericht de beste maatschappij zou zijn. Of dat we leren dat er groepsbelangen zijn die gaan boven dat eigenbelang.

En dan komt Harris uit een land met een ‘American Dream’, waar zelfs de meest kansloze dakloze nog in gelooft. En dan kom ik als lezer uit een land met een lange traditie van samenwerken; want gebeurde dat niet, dan stroomde al ons land telkens weer onder water.

Dus dan lees ik zo’n boek als dit helaas al gauw om te zien wat er niet aan deugt.

Sam Harris, Het morele landschap
Hoe de wetenschap ons de weg kan wijzen

301 pagina’s
De Arbeiderspers, 2011
vertaling door Frans van Zetten van The Moral Landscape, 2010