Barracks Thief ~ Tobias Wolff

Verzamelbundels kopen is snel verkeerde economie. De vreugde bij de aanschaf om lekker veel te hebben gekregen verwatert namelijk snel. Dikke boeken lezen in praktijk minder lekker dan dunne. En in een teveel aan inhoud sneeuwt het bijzondere makkelijk onder door het minder goede.

Ofwel, ooit kocht ik een Britse uitgave met The Stories van Tobias Wolff. Mede om het omslag trouwens. Maar sindsdien heb ik ook de boeken los aangeschaft die in dat totaalboek zijn opgenomen. Die inhoud van de losse uitgaven is rijker.

Dit kan weliswaar niet, maar toch is het zo.

Voor de novelle The Barracks Thief betekende dit bovendien dat het verhaal even helemaal op zich mocht staan, en niet slechts een wat langere tekst was in een hele verzameling aan teksten.

Als losse uitgave telt het boek ook ineens meer dan honderd pagina’s. Opgenomen in die verzamelbundel waren dat er 58. Maak de letters wat groter. Begin elk hoofdstuk op een nieuwe pagina, en dan is zo’n verschil blijkbaar snel gemaakt.

The Barracks Thief las alleen wel als de aanzet tot een dikke roman waarvan Wolff uiteindelijk alleen de scène heeft uitgewerkt waar dat lange boek dan om had moeten draaien.

Hij schetst daarbij de jeugd van Philip Bishop, die een vader had die wegliep; om een ontslag bij Boeing op het moment dat die fabriek meer vliegtuigen dan ooit maakte, omdat het oorlog was.

Philip’s broer Keith ontspoort eveneens, tot hij zich min of meer stabiliseert, al is dat in de novelle een ramp waarvan slechts wat geluiden uit de verte doordringen.

Echt tekende details krijgt het boek pas tijdens boot camp, als Philip opgeleid wordt om een soldaat te worden die in Vietnam gaat vechten. Buiten de poort is daar weleens protest tegen. De soldaten weten niet goed om te gaan met zulke confrontaties.

Maar zulke ontmoetingen helpen ook om esprit de corps te kweken.

Tussen lotgenoten lijkt Philip het beste contact te hebben met Lewis en Hubbard — zonder dat dit betekent dat er een band is.

Wolff verandert dan opnieuw van vertelperspectief in de novelle om nogal sec te beschrijven wat éen van hen ertoe aanzet om geld te jatten van de andere soldaten in hun bataljon. Deze diefstallen komen uiteindelijk uit. De dader wordt met oneervol ontslag weggestuurd, nadat hij door zijn maten ook nog even te grazen is genomen.

Einde eigenlijke boek. Al voegde Wolff een soort epiloog toe om Philip van een afstand te laten terugkijken naar vroeger. Toen oneervol ontslag het ergste lot denkbaar was dat iemand treffen kon. En toen deserteren naar Canada ook een oplossing was om onder de eisen uit te komen die het leger stelde.

En die epiloog stond me wat tegen: die benadrukte voor mij te zeer het schetsmatige van het hele boek, op die ene uitvergroting na dan.

Maar bijna honderd pagina’s las ik geconcentreerd.

Tegelijk zijn er nogal wat verhalen van Wolff die beter geslaagd zijn.

Tobias Wolff, The Barracks Thief
112 pages
Ecco, 1990

In Pharaoh’s Army ~ Tobias Wolff

Eén roman heeft Tobias Wolff tot nu toe geschreven, en twee boeken die nogal op romans lijken, maar volkomen autobiografisch zijn. Er gebeurt namelijk nogal wat in deze beide boeken. En door al die pijnlijke gebeurtenissen keek ik er niet meteen naar uit éen van beide autobiografieën nogmaals te lezen.

Maar Wolff vind ik wel erg goed schrijven…

Dus herlas ik In Pharaoh’s Army — of beter, ik las dit boek voor het eerst in het Engels. En toen viel het met de pijnlijkheid nogal mee. Al blijft dit een boek over de zinloze oorlog van de Amerikanen in Vietnam.

Ditmaal viel me alleen op hoe ver Wolff het goor van zich weghoudt in dit boek. In plaats daarvan is dit veel meer een boek over verveling, en over de bevreemding die elk overvallen zal op een plek waarvan die niet weet wat er eigenlijk te doen.

Wolff werd op zijn achttiende soldaat, zonder te weten waarom. Hij maakte zelfs carrière in het leger en eindigde als luitenant, zonder ooit een goede militair te zijn, of te worden. Bij de groene baretten kwam hij, parachutist werd hij, maar dit boek speelt zich dan weer grotendeels af in een uithoek van Vietnam waar hij de leiding heeft over een batterij artillerie.

Een hoofdstuk gaat merkwaardig zijdelings over het Tet-offensief, waar hij middenin zat.

De meeste hoofdstukken gaan over de stuitende verveling van het soldatenbestaan. Het eten. De handeltjes. Waarbij het een spannende gebeurtenis kan zijn om ergens een kleuren-TV te stelen uit een officiersmess, zodat Bonanza tenminste bekeken kan worden zoals die serie bedoeld was. De afstomping.

Merkwaardig is ook het slot aan dit boek, dat bij Wolff zoals vaker wat overbodig aandoet. Nu wijdde hij het aan zijn terugkeer in het burgerbestaan, na zes jaar soldaat te zijn geweest. Waarbij de ergste schok nog wel was dat hij ineens zelf moest gaan nadenken. Wat maakte dat die hele legertijd op een merkwaardige manier ook als een ontsnapping aanvoelde — een ontsnapping aan zichzelf.

Tobias Wolff, In Pharaoh’s Army
Memories of a Lost War

240 pagina’s
Bloomsbury, 1994

In the Garden of the North American Martyrs ~ Tobias Wolff

Waren er maar meer boeken als deze verhalenbundel van Tobias Wolff, dacht ik. Om me meteen daarop al te realiseren dat mijn boekenconsumptie daarmee nogal sterk zou dalen.

Meer dan éen verhaal per dag kan ik niet lezen van Wolff — het volgende wordt dan te sterk beïnvloed door de sfeer van het verhaal daar voor.

Beter is het zelfs nog om een dag of wat te wachten tot het volgende verhaal. Zodat dit helemaal op zichzelf komt te staan.

In the Garden of the North American Martyrs bracht niet meer dan een hernieuwde kennismaking met wat me al bekend was. Sommige van deze vroege verhalen moet ik nu al vier zo niet vijf keer gelezen hebben. Maar er was altijd wel iets dat ze weer onverwacht vers maakte.

Bij Wolff gaat het ook zelden om de plot, zijn verhalen moeten het hebben van hun zorgvuldig opgebouwde sfeer; en dit maakt ook dat een volgend verhaal ineens onleesbaar kan zijn, omdat het in een andere stemming lijkt te staan.

Het titelverhaal had zelfs onverwacht actuele elementen. De hoofdpersoon daarin gaf les aan een college dat plotseling failliet gaat — omdat de boekhouder het geld verkeerd had geïnvesteerd; en waar hebben we dat eerder over foute investeringen gehoord dit jaar.

Bovendien wordt zij schertsend de presidente genoemd van een vereniging die de rehabilitatie van Richard III [1452 – 1485] nastreeft — en sinds diens lijk gevonden werd onder een parkeerplaats in Leicester werd ineens bekend dat daar nog onverwacht veel mensen mee in de weer zijn.

Maar het titelverhaal lijkt me niet helemaal maatgevend voor de rest van de bundel.

Het zijn gewone mensen die de verhalen bevolken. En met allemaal is er wel iets mis. Vreemd genoeg maakt hun gekrabbel mij bijna altijd licht weemoedig.

De hoofdpersoon in het titelverhaal maakt alleen even van de omstandigheden gebruik om voor zichzelf te triomferen tegen de omstandigheden in, ook al is zij de enige die dat dan weet.

Veel triomf biedt dit boek verder niet.

Mijn favoriete verhaal blijft waarschijnlijk ‘Hunters in the Snow’ — de titel trouwens ook waaronder deze bundel elders werd uitgegeven. Deze vertelling over drie onhandige jagers leest altijd weer anders. Soms overheerst namelijk de stille slapstick van het verhaal bij het lezen. Op een ander moment is er enkel mededogen met de mannen, omdat ze zo weinig gemeen hebben, en toch kameraden zijn van elkaar; omdat het leven soms nu eenmaal zo loopt.

Tobias Wolff, In the Garden of the North American Martyrs
175 pagina’s
The Ecco Press, z.j. [oorspronkelijk 1981]

Night In Question ~ Tobias Wolff

Het is onmogelijk om meer dan éen verhaal van Tobias Wolff te lezen per dag. En meestal komt dit omdat éen verhaal ook wel volstaat. Ik weet dan iets kleins en moois geschonken gekregen te hebben. Doorlezen kan alleen maar afbreuk doen aan die goede ervaring.

Tegelijk zijn niet alle verhalen in deze bundel van dat hoge niveau. En dan keert wat normaal voor Wolff spreekt, zich ineens met rente tegen hem.

Er gebeurt doorgaans niet heel veel in zijn verhalen. De meeste zijn tamelijk rechttoe rechtaan, en hebben ook maar éen echte hoofdpersoon — doorgaans een jonge man. Dit personage wordt voor een moreel dilemma gesteld, en de lezer gaat vervolgens mee in diens worsteling met dat probleem.

Mooi is wel dat het einde van de verhalen meestal niet te voorspellen is.

Het gaat voor mij weleens mis, als Wolff niet genoeg in het verhaal lijkt te investeren. Als de substantie van zijn vertelstof wat te los blijft. Of als het lijkt of hij een al te bekend sjabloontje heeft gebruikt voor de ontwikkeling van het verhaal.

Ook dan moet ik er niet meteen een nieuw verhaal na gaan lezen, omdat mijn ergernis dan de beleving kleurt. En dat kan Wolff lang niet altijd hebben. Wat ik niet alleen opvallend vind, maar ook merkwaardig.

Dus, zoals op boeklog waarschijnlijk al tot vervelens toe gemeld, Wolff op zijn best hoort tot mijn lievelingsauteurs. Waarbij het grootste mirakel wel is dat zijn verhalen bijzonder worden door de beleving tijdens het lezen. Soms heeft hij dan nog wel een aardig plotje, soms een bijzondere verwikkeling, maar zijn verhalen kunnen heel goed zonder.

Maar als hij dat hoge niveau niet haalt, is het meteen ook heel matig. Ik wil me er niet aan wagen, maar ik kan me voorstellen dat van zijn boeken in een Nederlandse vertaling nauwelijks iets overblijft. Op het laatste verhaal in deze bundel na misschien. Omdat Wolff in ‘Bullet in the Head’ zo veel meer dan anders experimenteert met de narratie, en ineens gruwelijk geweld brengt, die dan merkwaardig goed te verdragen is, door de haast extatische humor.

Tobias Wolff, The Night in Question
206 pagina’s
Bloomsbury 1997, oorspronkelijk 1996

Old School ~ Tobias Wolff

Gelukkig, dit was er weer eens éen. Zo’n ouderwets goed geschreven roman die me vergeten deed dat ik aan het lezen was. Zo’n boek waarover ik alleen maar verzuchten kan hoe jammer het is dat er nauwelijks schrijvers zijn die over zo veel vertelkracht beschikken.

Wat zonde toch dat Tobias Wolff slechts zo’n klein aantal boeken heeft uitgebracht. Dit is zijn eerste roman — nu ja, na het debuut Ugly Rumours dat hij inmiddels verwerpt — maar, omdat dit boek grotendeels over het laatste studiejaar op een particuliere school gaat, wordt het heel verleidelijk deze titel toch als een aanvulling te zien op twee eerder verschenen autobiografische boeken. This Boy’s Life eindigt namelijk als Wolff met een beurs naar zo’n rijkeluisschool gaat. En de schrijver is in het boek In Pharao’s Army juist al een tijd van school af als hij naar Vietnam moet, als soldaat.

Die twee titels deze zomer te gaan herlezen, wordt ineens heel verleidelijk. Al komt er nogal wat leed voor in beide.

Old School heeft zeker ook pijnlijke momenten, al zijn die vooral psychologisch. De school kent een heel strenge erecode, waardoor bijvoorbeeld pupillen die betrapt zijn op roken onmiddellijk weggestuurd worden. Voor altijd. Maar wat als je al aan roken verslaafd was voor je op school kwam?

En, hoe handhaaf jij je op een eliteschool, als jouw medeleerlingen een overdosis zelfvertrouwen mee hebben gekregen van thuis, en jij niet?

Het boeiendst vond ik evenwel hoe deze roman de leerjaren van een schrijver behandelt. Dat dit boek de literatuur heilig verklaart, en op elementen toch ook weer helemaal onderuit haalt.

De school heeft een programma met gastschrijvers, waarvoor achtereenvolgens Robert Frost, Ayn Rand, en Ernest Hemingway gestrikt zijn om langs te komen. De laatstejaars pupillen kunnen een privégesprek met zo’n auteur winnen, in een schrijfwedstrijd. Dit geeft Wolff onder meer een prachtige aanleiding om literatuurkritiek te bedrijven door de ogen van zijn personages.

En misschien zegt hij ook wel iets over literaire prijzen, want schrijven is geen wedstrijd. Competities gaan snel voorbij aan waarachtigheid.

Goed, dan sluit Wolff deze roman af met twee hoofdstukken die duidelijk afwijken van de rest van het boek. Het een-na-laatste gaat er deels over hoe het verder ging met de hoofdpersoon, eenmaal van school af. Het laatste vertelt een parallelle geschiedenis van het verhaal in dit boek, maar dan gezien door de ogen van een schoolmeester. Tijdens het lezen was het heel prettig deze informatie ook nog te krijgen. Maar achteraf is dit deel van het goede misschien toch te veel geweest.

Net als er achteraf wel meer te zeggen valt over hoe opvallend dit boek geconstrueerd is. Maar eerlijk gezegd vind ik het veel belangrijker dat die vragen niet al tijdens het lezen opkwamen, door Wolff’s magie.

Tobias Wolff, Old School
198 pagina’s
Bloomsbury 2004, oorspronkelijk 2003

Our Story Begins ~ Tobias Wolff

Tobias Wolff schrijft soms weergaloos goede verhalen, maar met de manier waarop die worden uitgegeven heb ik wel wat moeite. Dezelfde bundel heet soms geheel anders als die in een ander land is uitgekomen, en ook verschenen er al verschillende verzamelbundels die dan nooit helemaal compleet waren.

Bij Our Story Begins stond weliswaar meteen vast dat het weer eens een verzamelbundel was, maar ook dat er tien nieuwe verhalen in staan afgedrukt. Dus heb ik een tijdje gewacht met de aanschaf van dit boek, tot de goedkope paperback uitkwam. De eenentwintig gebloemleesde verhalen uit het bestaande oeuvre stonden al in de kast. Die nieuwe erbij krijgen, had daarmee geen haast.

Kostte het toch nog tien dagen om die tien verhalen te lezen. Eentje per dag is genoeg. Omdat Wolff niet even tussendoor kan, ter ontspanning, met de gedachten nog half ergens anders. Daarvoor zijn diens verhalen op een bepaalde manier te fragiel. De gebeurtenis die erin beschreven wordt — en meestal ging het ditmaal om telkens maar éen gebeurtenis — is zelden wereldschokkend. Maar knap van Wolff is telkens dat hij die toch zo weet te verhevigen in de gedachten van de lezer, als die de tijd tenminste neemt, dat deze denkt dat er heel wat plaatsvindt.

Onder de tien nieuwe verhalen was geen nieuwe topfavoriet. Maar dat maakt niet uit, omdat zo weinig schrijvers zo’n hoog gemiddeld niveau halen als Wolff. De meeste indruk maakte het slotverhaal, ‘Deep Kiss’, om al wat daarin verzwegen werd. En misschien ook wel gewoon omdat ik de leeftijd van de hoofdpersoon heb; met nog genoeg leven voor me om vooruit te kijken, en toch ook al zo veel verleden dat het soms wringt — wat het verleidelijk maakt om terug te kijken, en even te mijmeren over de vraag: wat als ik dit nu anders had gedaan?

Tegelijk gebeurt in ‘Deep Kiss’ nauwelijks iets dat zich niet slechts in de gedachten van de hoofdpersoon afspeelt. En toch ben ik binnen een paar regels met hem mee aan het leven over een prille liefde die ooit even was, en nooit mocht worden. Al dit in de wetenschap dat er gebeurtenissen zijn die het voor altijd onmogelijk maken nog iets te veranderen.

Tobias Wolff, Our Story Begins
New and Selected Stories

381 pagina’s
Vintage 2009, oorspronkelijk 2008

Stories of Tobias Wolff ~ Tobias Wolff

Meerdere redenen waren er, om boeklog even een pauze te gunnen in december. Eén daarvan was dit boek, dat ik per se van verhaal tot verhaal wilde lezen. Elke dag mocht er maar eentje, zodat het geheel op zichzelf kon staan.

Al moet ik ook eerlijk zeggen dat de verhalen uit het eerste deel van deze bundel me beter bevielen dan die uit het tweede. Hunters in the Snow lijkt me een nog volmaakter verzameling dan het ook in dit boek opgenomen Back in the World.

Maar nu dringt zich het probleem op om te omschrijven waarom ik dan wel zo lang als maar kon over dit boek wilde doen. Want, de verhalen lijken zo simpel. Nogal rechttoe rechtaan geschreven vertellingen zijn het, met meestal amper een plot. En dan gaan ze vaak nog over gewone mensen ook; Amerikanen met doorgaans amper scholing, onder schijnbaar normale omstandigheden.

Alleen wil ik ook weer niet onderzoeken wat de magie van Wolff’s verhalen bepaalt. De kans is groot dat zijn woorden sterven, terwijl ik aan het ontleden ga. Maar het lijkt me dat zijn kracht in de suggestie zit.

Verhalen geven hoogstens een bepalend moment weer uit iemands leven, of desnoods dat van een paar mensen. Maar Wolff slaagt erin toch meer over zijn personages te vertellen, zonder dit met woorden te doen.

Een probleem bij het omschrijven van wat zijn verhalen mij doen, blijkt ook te zijn dat mijn waardering de rede ontstijgt. De herkenning van wat goed schrijven is, verloopt volgens mij niet bewust. Gevoel speelt ook heel erg mee. Tijdens het lezen al weten iets bijzonders mee te maken, gebeurt mij niet zo vaak.

Bij dit boek was dit wel zo. En misschien is dat dan het geheim.

Tobias Wolff, The Stories of Tobias Wolff
381 pagina’s
Bloomsbury © 1997, oorspronkelijk 1981, 1984, en 1985

This Boy’s Life ~ Tobias Wolff

In lijstjes en overzichten wordt dit gauw Tobias Wolff’s beste boek genoemd. Ik deel die mening niet. Wat misschien komt, omdat This Boy’s Life zo op een roman lijkt, maar toch niet is. Terwijl ik het boek waarschijnlijk wel beoordeel met de criteria die voor fictie gelden.

Vergeleken met andere memoires, of herinneringen, gebruikt Wolff namelijk nogal wat verteltrucs uit het arsenaal van de romanschrijver. En het is die zo hybride aanpak, waardoor ik afstand houd tot het boek.

Niemands leven reikt vanzelf een spannende verhaalboog aan. Dus is het onnozel dat gebrek aan deze memoires te verwijten. En toch voelt het boek bijvoorbeeld aan als honderd pagina’s te lang.

Op zijn best schreef Wolff in This Boy’s Life prachtig schrijnende fragmenten, over de eerste jaren van zijn tienertijd, met zijn thuis zo afwezige moeder, en zijn domme sadist van een stiefvader.

Tegelijk spaarde hij ook zichzelf niet. Wolff vertelt met vrij veel nadruk hoe leugenachtig en onbetrouwbaar hij was in die tijd. Een bekentenis die hem overigens nog steeds wordt nagedragen, in vele besprekingen van zijn latere werk. Alsof hierdoor al zijn personages in al zijn boeken voor eeuwig onbetrouwbaar werden.

De jonge Tobias Wolff, die zichzelf liever Jack noemde, deed verschillende pogingen te ontsnappen aan de situatie thuis. Hij maakte telkens plannen om weg te lopen, schreef familieleden aan om hulp, en benaderde ook zijn broer en biologische vader. En uiteindelijk wist hij een plaats af te dwingen op een internaat.

Vervolgens mislukte hij daar. Zoals te verwachten viel. Al mislukte hij er toch op een andere manier dan ik verwachtte. Dat hoofdstuk verliep opmerkelijk anders dan het verhaal dat Wolff beschreef in Old School — dat wel een roman werd. Niet alleen voor het evenwicht in dit boek was het jammer dat zijn ontsnapping aan thuis er zo rap werd doorgejast.

Tobias Wolff, This Boy’s Life
A Memoir

288 pagina’s
Perennial Library 1990, oorspronkelijk 1989