Turkse vlinders ~ Stine Jensen

► door: A.IJ. van den Berg

Wat had ik dit graag een goed boek gevonden, en wat is het dat niet. Van Stine Jensen had ik nog nooit een letter gelezen toen ze me al intrigeerde. Ze kwam weleens op de radio bij Theodor Holman, in het programma dat tegenwoordig 747live heet. En haar heldere, bijna ouderwets beschaafde stem alleen al maakte dat ik wat ze maar zei als waarheid aannam, ook al klopte het helemaal niet.

De sirene waar ik blind op afvaar, is blijkbaar een intelligent formulerende vrouw.

Grappig ook was dat ik me Stine Jensen een hele tijd voorstelde als een lange en elegante, wat oudere dame met donker haar. Terwijl ik inmiddels weet dat het een niet zo heel groot blond Deens meisje is. De radiouitzending van 747live kan via een webcam bekeken worden.

Eerder dit jaar besprak ik hier al Jensen’s dissertatie, en die viel me toen niet mee. Maar bij dissertaties gaat het nog om het onderzoek vooral, niet om de formulering. Of of de tekst logisch is opgebouwd.

Toch waren al die kleine desillusies bij elkaar niet zo groot als de teleurstelling over dit boek nu. Dat is te lang, want er staat te veel in wat er niet toe doet.

Nu heeft Jensen de neiging om als een ekster bewijsjes van elders weg te halen veel vaker, en soms werkt dat ook. In de essays die ze, meestal over boeken, schrijft voor NRC-Handelsblad maken de voorbeelden die ze hanteert haar bijna erudiet.

Zo, in een boek bijeen, maken die talloze verwijzingen naar boeken, films en TV-series ineens een willekeurige indruk. Alsof Jensen uit een overvloed even kiest wat toevallig wel voor haar betoog van pas komt. Terwijl ze als filosofe toch zou moeten weten dat duizend bewijzen voor iets nooit overtuigender kunnen zijn dan éen bewijs tegen.

Maar ook daar valt nog wel mee te leven. Veel erger vind ik dat in een uitermate persoonlijk boek, over wat tijdens een vakantie opbloeide tussen haar en een Turkse kapper, zij zichzelf toch onzichtbaar probeert te maken. Het is alsof ze het al dapper genoeg vond om dit onderwerp te behandelen. Die liefde tussen zo verschillende culturen. Want, wat vindt een hoogopgeleide westerse vrouw in een halfgeschoolde, eigenlijk alleen Turks pratende moslimman?

Ze vertelt dat allemaal wel, maar laat mij niet genoeg zien. Zonder dat ik daarmee nu bedoel sappige details te missen. Maar er gaat volgens mij iets mis bij de synthese van de wetenschapper en de vrouw in haar; er wordt mij te veel gepoogd te objectiveren wat soms toch niet meer dan een hoogst particuliere emotie kan zijn. En het pantser dat daardoor ontstond, stoorde me.

Stine Jensen, Turkse vlinders
Liefde tussen twee culturen

277 pagina’s
Uitgeverij Promotheus, 2005


[x]