Apparaat ~ Sikke Doele

► door: A.IJ. van den Berg

Waarom verschijnen er in Nederland toch zo veel boeken waarin de schrijver terugblikt op een jeugd? Ik doe auteur Sikke Doele tekort met deze vraag, omdat hij in deze bundel niet steeds verhalen schrijft over dezelfde jongen. Terwijl zijn personages onderling ook nog duidelijk verschillend van aanleg zijn. Maar toch intrigeert dit mij.

Iedereen heeft een jeugd gehad, maar dat was zelden de meest kenmerkende periode uit iemands leven. Daar komt bovendien bij dat van het toneel waarop zo’n kind zich beweegt bijna automatisch de decorstukken en medespelers bekend zijn. Vader. Moeder. School. Al dan niet aangevuld met vriendjes, en broertjes of zusjes. De mogelijke drama’s binnen zo’n wereldje zijn te voorspellen.

Waarom leggen de schrijvers hier zich steeds die enorme beperkingen in materiaal op? Hoe komt het toch dat zo veel van hun verhalen minieme variaties zijn op alom bekende sjablonen?

Is het misschien, omdat er nog van alles uit zo’n kind kan worden? Valse beloften redden vaak veel. Hoop doet leven.

Goed, niettegenstaande mijn weerzin tegen jongetjesverhaaltjes was dit een mij aangenaam boek. Doele weet in een paar verhalen prettig wat maatschappijkritiek mee te weven. En het Leeuwarden van de jaren vijftig en zestig is geen vervelende locatie om meer over te lezen.

Toch sluit ik niet uit dat mijn sympathie voor een deel ook komt door de taal waarin deze verhalen geschreven zijn. Mijn maatstaven voor in het Fries geschreven proza liggen gewoon lager, omdat iets met een beetje kwaliteit al gauw heel positief opvalt.

Bovendien heb ik Sikke Doele een paar keer ontmoet, toen hij nog leefde. Weleens met hem over beeldende kunst gesproken, en over journalistiek. Dit weegt wellicht allemaal mee, dus meld ik het maar even.

Sikke Doele, It apparaat
140 pagina’s
Friese Pers Boekerij, 2003

[x]


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden