Vaders van de gedachte ~ Nanne Tepper

► door: A.IJ. van den Berg

Nanne Tepper heeft nu al zo lang gezwegen na de uitgave van dit boek, dat ik ertoe neig de teleurstelling van de hoofdpersoon aan die van de schrijver gelijk te stellen. Dit was het dus. Meer moeten we van Tepper niet verwachten. Eén veelbelovend debuut gaf hij ons, een later gepubliceerde novelle die eigenlijk eerder geschreven was, en deze tweede roman.

Ik had De vaders van de gedachte meteen toen het uitkwam al eens gelezen, en vond het toen een interessante mislukking.

Dat oordeel blijft ongewijzigd staan, ook een kleine tien jaar later weer, na herlezing.

Er staat me te veel dialoog in dit boek die enkel dient als vulling. En de hoofdpersoon is een pijnlijk ongrappige cabaretier; een uitgangspunt dat zelfs op metaniveau niet voor mij werkt. Ik kan begrijpen waarom iemand een boek zou schrijven tegen de wat al te makkelijke lol in het Nederlandse cabaret. Kritiek heb zelfs ik genoeg op het niveau van al wat hier doorgaans de volle zalen trekt. Maar daar tegen ageren, dwingt daarmee ook om iets te zeggen over onze cultuur. En zo’n boek is dit niet.

En dan is er nog dat makkelijke trucje van die zieke dochter, die met pappa op reis mag. Voor het laatst. Waarbij in het midden gelaten wordt of dit om haar ziekte is, of om zijn walging over zijn beroep.

Begrijp me niet verkeerd. Tepper kan schrijven. Althans, dat kon hij toen. Op zinsniveau is er niets met dit boek mis. Ook staan er zeer geslaagde scènes in, zeker als het broeierig wordt. Maar een boek is dit geen moment. Daarvoor mist er te veel. Daarvoor is bijvoorbeeld het verschil te groot tussen de soms wat aanmatigende toon van de schrijver zelf in zijn beschrijvingen, en die van de dialogen.

Nanne Tepper, De vaders van de gedachte
143 pagina’s
Uitgeverij Contact, 1998

[x]