In de bovenkooi ~ J.M.A. Biesheuvel

► door: A.IJ. van den Berg

Niet altijd is het goed om tijdens het lezen al vaste ideeën te krijgen over een boek. Maar bij de verhalenbundel In de bovenkooi van Maarten Biesheuvel was dit effect niet te vermijden. Sommige van de verhalen zijn nogal vol. Het lezen van dit boek nam daardoor weken tijd. Niet altijd was ik in de stemming voor een vervolg.

En ergens tussen éen van die 28 verhalen door bedacht ik: wat zit er eigenlijk een hoop onderhuidse angst in die verhalen van Biesheuvel.

Geen wereldschokkende conclusie is dat natuurlijk. In de bovenkooi begint zelfs met een verhaal over een verblijf van de schrijver in de psychiatrische inrichting Endegeest vanwege diens wanen. Ook daarbuiten heeft hij dagelijks pillen nodig om te kunnen functioneren.

Daardoor is het alsof hij de verhalen mede schreef om zijn angsten te overschreeuwen – en dan liefst door ze belachelijk te maken.

Biesheuvel ziet niets zonder bril, en in nogal wat verhalen in dit boek raakt die bril zoek of stuk.

Telkens komt hij terug op zijn leeftijd. Alsof hij zo het voorbijgaan van de tijd wil bezweren.

Hij idealiseert ook steeds de jaren dat hij gevaren heeft — nadat hij van het Gymnasium moest. En dit doet hij dan in deze bundel door scheepsverhalen te vertellen die te gruwelijk voor worden zijn. Als om aan te geven hoe belachelijk dat verlangen wel niet was.

Biesheuvel is telkens nog niet aan boord, of hij heeft iedereen al tegen zich ingenomen door zijn houding. Waarop de collectieve straf door de bemanning meteen ook begint.

Deze absurde grotesken verklaren me ook waarom ik ooit alles van Biesheuvel gelezen heb, en me dat vervolgens enige decennia niet meer lukte. Meer nog dan dat al zijn boeken toen op elkaar leken — wat niet vreemd is omdat de verhalen daarin vaak over hemzelf gaan – ging het voortdurende overstatement tegenstaan.

Eigenlijk was het een verrassing dat ik In de bovenkooi nu wel goed lezen kon. Dat ik het tijdens de eerste helft zelfs meesterlijk vond, in zijn unieke mengeling van krankzinnige autobiografie, en totaal verzonnen fabels. Tot de gewenning weer toesloeg, en ik die ene fatale constatering deed over alle onderhuidse angst in het boek. En vervolgens niet anders kon dan de bangheid overschreeuwd zien worden.

J.M.A. Biesheuvel, In de bovenkooi
236 pagina’s
Meulenhoff 1974, oorspronkelijk 1972

[x]

nauw gerelateerd op boeklog:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden