1914 ~ Margaret MacMillan

► door: A.IJ. van den Berg

Speculeer ik naar waarom de Eerste Wereldoorlog in Nederland zo weinig zegt, dan is mijn vermoeden dat er een grote totem in de weg staat, die het zicht verblindt. De Tweede Wereldoorlog is nu eenmaal onaantastbaar heilig hier. En bij dat ‘ijkpunt’ in de geschiedenis hoort de o zo fijne slachtofferrol, van een arm onschuldig volk dat machteloos was tegenover de wrede Nazi’s.

Dat er ooit anders over Duitsers werd gedacht, wordt dan een probleem. Dat het in naam zo neutrale Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog nog behoorlijk duitsvriendelijk was, past daarmee niet in het simpele wereldbeeld dat de meeste mensen erop na houden. En dat de enige grote krant die indertijd de kant van de geallieerden koos toevallig De Telegraaf heette — nog immer o zo fout voor menigeen — compliceert de zaak al helemaal.

In het Verenigd Koninkrijk en België wordt deze maand wel massaal herdacht dat de Eerste Wereldoorlog begon in augustus 1914. Daardoor merkte ik toch relatief weinig te weten over de directe aanleidingen tot dit conflict. Terwijl me over de afloop dan weer vrijwel alles bekend is — die leidde namelijk indirect tot de Tweede Wereldoorlog ruim twintig jaar later.

Dus had ik Hobsbawm kunnen herlezen over de lange negentiende eeuw, die bij hem eindigt in 1914. Maar Eric Hobsbawm is te veel een historicus als ik; die vind oorlogen te oninteressant om ze uitgebreid te behandelen.

Gewapende conflicten zijn nu eenmaal het topput van menselijk onvermogen. En iedereen die er toe aanzet, of er aan mee doet, lijkt me tot nader order idioot.

Van Margaret MacMillan kende ik het boek Parijs 1919 al. Dus was me bekend hoe zij geschiedenis schrijft. MacMillan zoomt telkens in op de poppetjes die volgens haar de sleutelposities bekleedden. Deze mannen — want mannen zijn het altijd — worden terloops vrij uitgebreid geportretteerd, en daarbij van beweegredenen voorzien.

Dat levert telkens heldere verhalen op. Want ineens lijkt de geschiedenis op een soort schaakpartij, met stukken waarvan bekend is hoe ze zullen bewegen.

Ik vind deze aanpak alleen wel een wat merkwaardige en ouderwetse versimpeling van de werkelijkheid. Vergelijkbaar hoogstens misschien met hoe de nieuwsmedia hier met politici omgaan. Politici lijken in het nieuws namelijk altijd vol ideeën te zitten. Terwijl, in mijn ervaring, die mensen daar doorgaans toch echt niet zitten om hun grote benul, of om hun kennis van zaken. Het is alleen zo veel simpeler om de gevestigde machten en andere krachten achter beleidskeuzes buiten het nieuws te houden.

1914 las vlot, ondanks het enorme aantal pagina’s. Blij verrast was ik bijvoorbeeld om Harry graaf Kessler telkens tegen te komen als bron; vanwege diens relativerende observaties.

En 1914 bleek bovendien een anti-oorlogsboek te zijn. Voor de auteur staat namelijk vast dat de kosten van oorlog veel te hoog zijn — wat het des te vreemder maakt dat er toch altijd weer politici komen die oorlog eisen. Voor Margaret MacMillan staat ook vast dat de Grote Wereldbrand te voorkomen was geweest, als enkele mensen hun verstand hadden weten te bewaren.

De Nederlandse titel van het boek klopt alleen niet helemaal. Want deze monografie behandelt het jaar 1914 pas op het allerlaatst. Als allerlei ontwikkelingen op noodlottige wijze samen komen; ontwikkelingen die vaak al zo veel eerder in de negentiende eeuw waren ingezet.

Margaret MacMillan, 1914
Hoe Europa de vrede liet varen voor de Eerste Wereldoorlog

783 pagina’s
Atlas Contact, 2013
vertaling door Inge Kok en Peter Diderich van The War that Ended Peace, 2013

[x]opgenomen in het dossier:

nauw gerelateerd op boeklog:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden