Pedaalridder ~ Peter Winnen

► door: A.IJ. van den Berg

Winnen is doorgaans een goede columnist. In NRC Handelsblad weet hij eenmaal in de week vaak iets over de wielersport te schrijven dat net een andere draai geeft aan een actualiteit. Niet zelden gebeurt dit door daar slechts indirect naar te verwijzen.

Vraag blijft dan wel of die columns houdbaar blijven buiten de krant. En of ze op zichzelf staand even leesbaar zijn gebleven. Want, vergeleken met de doorsnee sportjournalistiek in een krant lijkt iemand die iets meer moeite heeft gedaan al gauw een schrijver. Context maakt dan de koning.

Enfin, een uitgever vindt de columns goed genoeg om geregeld te bundelen. En Pedaalridder is dan weer een bloemlezing van het beste uit drie verschillende bundels. Waarbij de columns tegelijk ineens tot verhalen zijn gepromoveerd.

Dat zal. En goed, er staat ook dagboeken in van toen Winnen als veteraan meedeed aan de Ronde van Senegal, en van een fietstocht door Tibet.

Mij viel op dat ik me vrijwel alle stukken nog uit de krant herinnerde. Dus hebben ze al indruk gemaakt. En kwam het herlezen te vroeg.

Ook begon ik me tijdens het lezen af te vragen of een topsportcarrière wel langer dan éen decennium uit een mensenleven duurt. En hoe lang het iemand vervolgens gepermitteerd blijft om toch met enig verlangen naar toen te blijven schrijven.

Zolang gemijmer maar boeiende stukken oplevert, mag alles natuurlijk.

En er is dat ene grote verlies; dat afsterven van lichamelijke mogelijkheden; het verval dat in alle volheid wordt meegemaakt, omdat het leven gewoon verder gaat. En de melancholie die daaraan kleeft, en toch vaak indrukwekkender uitpakt dan de pure vakkennis die de oud-renner heeft over hoe het er is, in dat wielerpeleton.

De tragiek van de ex-topsporter schuilt hem hierin dat hij voor de rest van zijn leven zal moeten blijven bewegen. Hij bezit een lichaam dat tot in den dood wenst te worden afgemat. Het blijft knagen, het blijft de geest dicteren. [16]

scheiding

Wie ooit op professioneel niveau sport heeft bedreven kan niets anders dan met weemoed terugdenken aan een lichaam dat tot op het uiterste randje van het kunnen heeft gefunctioneerd. Hij (of zij) weet dat zo’n lichaam ergens in de tijd is achtergebleven, en dat het onbegonnen werk is een fractie van de oude glorie terug te vinden. [154]

Peter Winnen, Pedaalridder
De beste verhalen

333 pagina’s
Thomas Rap, 2007

[x]opgenomen in het dossier: