Talking Cock ~ Richard Herring

► door: A.IJ. van den Berg

De verleiding is groot om Animal van Sara Pascoe rechtstreeks met te vergelijken met het boek Talking Cock van Richard Herring. Om dan bijvoorbeeld te concluderen dat wat vrouwen missen, aan zelfvertrouwen, mannen juist weer te veel hebben.

Talking Cock is volgens de ondertitel van het boek een viering van de man en zijn mannelijkheid. En de schrijver lijkt zeker in het begin soms ook net een kleuter die blij rondloopt om iedereen over zijn leuter te kunnen vertellen.

Tegelijk lukt het een derde van de mannen niet eens om te plassen in een publiek urinoir als er een andere man naast hen staat. Dat is een cijfer dat Herring tenminste optekende uit een enquête die hij hield online.

De onzekerheden van mannen zijn kortom andere dan die van vrouwen.

Herring kwam tot zijn onderwerpkeuze nadat hij een paar keer met zijn stand-up show had opgetreden in theaters waar op hetzelfde moment de Vagina Monologues werden opgevoerd. Hij stond dan in de kleine zaal, de monologen bezetten de grote.

Las hij vervolgens wat boeken over het onderwerp, bedacht hij een enquête — die door een groot en niet heel representatief publiek werd ingevuld — en bezocht hij het Penismuseum in IJsland. Alwaar Herring in de uitbater eindelijk iemand trof met dezelfde soms wat kinderlijke fascinatie over dit onderwerp.

Die inspanningen leverden hem een humoristische theatervoorstelling op, en dit boek.

En deze uitgave was mij dan weer aan de lange kant. Niet omdat de mannenpiemel mij als onderwerp te klein en onaanzienlijk is. Maar, de historische component bijvoorbeeld mistte voor mij te zeer. Want de penis werd nogal aanbeden in vroegere culturen. Alleen is dat een aspect dat het Christendom vervolgens uit de geschiedenis heeft proberen weg te maken.

Zo’n hoofdstuk als dat over het besnijden moet domweg meer bieden dan wat meninkjes — zoals dat degenen die als baby verminkt werden daar geen enkele klacht over hebben, terwijl de mannen met voorhuid er niet aan denken moeten dat stukje vel nu nog kwijt te raken.

Vertelde Herring me overigens wel als nieuwtjes dat tijdens heksenprocessen de vrouwen na marteling gauw eens bekenden de penis van de duivel te kennen.

En verder kende ik de theorie niet die opperde dat de codpiece — ookwel kullezak — als kledingstuk indertijd misschien niet eens alleen diende om de mannelijkheid van de drager te benadrukken; hoewel sommige exemplaren wel degelijk met extra vulling kwamen. Deze vorm aan piemelverpakking zou ook hebben gediend om te zorgen dat de rest van de kleding van de vele mannen met geslachtsziekten niet besmeurd kon worden met de primitieve geneesmiddelen die daar tegen werden ingezet.

Wat dit boek uiteindelijk redt, is Herring’s grote relativering aan het eind. Zoveel harde antwoorden heeft zijn zoektocht uiteindelijk niet opgeleverd. En de wereld is te boeiend om in simpele schema’s te kunnen vangen. Geldt ondertussen ook dat die Vagina Monologues indertijd tamelijke extreme reacties hadden opgeroepen van andere mannelijke theatermakers. Zoals Defending the Caveman van ene Rob Becker. En die voorstelling schetste een zo stereotype beeld van mannelijkheid dat het ook Richard Herring te gortig werd.

Richard Herring, Talking Cock
A Celebration of Man and Manhood

296 pagina’s
Ebury Press, 2003

[x]opgenomen in het dossier:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden