Zittende klasse ~ Kees Schuyt

► door: A.IJ. van den Berg

Zo verzameld, is het allemaal wel verschrikkelijk serieus, schreef Kees Schuyt wat onthutst in het voorwoord van deze bundel. Dit was dan ook zijn eerste verzameling van artikelen die hij leverde aan de opiniepagina van De Volkskrant. Inhoudelijk gaven die stukken hem geen problemen. En inderdaad lukte het hem later nog wat beter om ook met de vorm te spelen. Toch vond ik dit een opvallend tijdloze bundel, voor een boek waarin telkens zijdelings gereageerd werd op ontwikkelingen rond het jaar 1990.

Schuyt is socioloog, een heeft daarbij een juridische achtergrond. En wat deze stukken zo sterk maakt, is dat Schuyt er telkens in slaagt grote, theoretische problemen uit te leggen met praktische voorbeelden — die overal weg kunnen komen.

Wat ik in elk geval moet onthouden van deze bundel, is Schuyt’s dan favoriete definitie van macht; geleend van Marianne Gronemeyer.

Macht is het vermogen om schaarste te creëren.

Al is dat dan wel wat het Westen doet: door goederen schaars te houden, voedsel duur te maken, en van alles tot handelwaar te maken wat ook een ander nut had kunnen hebben.

Of kijk naar alle oorlogen, de laatste decennia gevoerd om olie.

Prettig aan deze bundel is dat Schuyt regelmatig terugkomt op de mechanismen achter ons gedrag, en wat maakt dat maar zo weinigen eigenmachtig durven te handelen. Waarbij opvalt dat veel groepsnormen veronderstelde groepsnormen zijn; ze bestaan niet, maar worden wel zo gevoeld — veel van wat belangrijk lijkt, is dat goedbeschouwd helemaal niet.

Sociologie heeft een belangrijke taak om te wijzen op dergelijke maatschappelijke ficties, zo schreef Schuyt, omdat die soms nuttig zijn, maar vaak ook irrationeel en schadelijk.

Kees Schuyt, De zittende klasse
168 pagina’s
Uitgeverij Balans, 1992

[x]