Krokodile im Stadtgraben ~ Georg Christoph Lichtenberg

► door: A.IJ. van den Berg

Georg Christoph Lichtenberg [1742 – 1799] heeft me veel geleerd, al was éen ding daarvan onbedoeld. Lichtenberg maakte ruim achtduizend aantekeningen tijdens zijn leven — terloops, zoals een koopman op een handelsdag notities in een kladboek maakt, met de bedoeling die later uit te werken. Want ook waarheden van een cent, kunnen eenmaal verzameld een kapitaal opleveren.

Dus leek mij ooit het boek met alle uitspraken uit de Sudel- en Schmierbücher het meest te bieden. Alleen is mijn exemplaar onleesbaar, vanwege te zwaar, de te dunne bladzijden, en de overmaat aan tekst op de pagina.

Boeken die je niet voor je plezier inkijkt, zijn het hebben niet waard.

Dan is een selectie uit Lichtenberg’s uitspraken beter, om verschillende redenen. Allereerst is dit gewoon een mooi en prettig handzaam boekje. En daarbij komt dat iedereen zijn eigen selectie maken zal uit die verzameling van meer dan 8.000, wat elke bloemlezing ook op een andere manier interessant maakt. Robert Gernhardt heeft een heel ander verzameling aangelegd dan Adriaan Morriën, zonder dat de ene beter is dan de andere. Wat Lichtenberg schreef, bergt zo veel rijkdommen in zich, dat elke selectie weer nieuwe details laat flonkeren.

Bovendien geldt voor zijn uitspraken nu net niet, wat Gerrit Krol ooit als bezwaar tegen aforismen formuleerde:

Een waarheid zonder een weg er naar toe is geen echte waarheid. (Daarom zijn aforismen, hoe waar ook, altijd zo vervelend. Het zijn kiekjes van vergezichten zoals een amateurfotograaf ze neemt: geen voorgrond, geen diepte.)

Gerrit Krol, De schrijver, zijn schaamte en zijn spiegels

Ik vind nu juist die eeuwige verwondering bij Lichtenberg zo prettig, het hardop denken dat hij deed. Wat hem ook zo menselijk maakt. In zijn Sudelbücher is er niet iemand aan het oreren die wel weet hoe het zit. Ik lees juist een wetenschapper die vastlegt dat de werkelijkheid altijd vreemder in elkaar zit dan algemeen wordt gedacht.

Die Metapher is weit klüger als ihr Verfasser und so sind es viele Dinge. Alles hat seine Tiefen. Wer Augen hat der sieht [alles] in allem.

undefined

Ich habe schon lange gedacht, die Philosophie wird sich noch selbst fressen. — Die Metaphysik hat sich zum Teil schon selbst gefressen.

undefined

Wer, wenn er schreibt, um sich Genüge zu tun, alles sagt was er weiß, schreibt gewiß schlecht. Hingegen wer anhalten muß, um nicht zu viel zu sagen, kann sich eher Beifall versprechen.

Georg Christoph Lichtenberg, Krokodile im Stadtgraben
Sudelsprüche und Schmierbuchnotizen
Ausgewahlt von Robert Gernhardt

321 pagina’s
Insel, 1998

[x]