Portrait of the Artist as a Young Dog ~ Dylan Thomas

► door: A.IJ. van den Berg

Dylan Thomas leende verschillende elementen van Joyce voor deze verzameling van tien kortverhalen. De titel van het boek, vanzelfsprekend, maar ook het idee om de autobiografie tot zijn jeugd te beperken, en grote delen daarvan te fictionaliseren.

Maar daarmee houdt de overeenkomst op.

Na het lezen vroeg ik me ook af waarom ik deze Thomas bij vlagen zo hoog kon waarderen — terwijl een even fragmentarisch boek met jeugdherinneringen als dat van Walter Benjamin me vrijwel koud liet.

Er zit zo veel leven in A Portrait of the Artist as a Young Dog. En humor. Om nog maar te zwijgen van liefde; die in het begin vooral bestaat uit kameraadschap. Bij Walter Benjamin heeft al het beschrevene een veel zwaardere lading, ook al in de wetenschap hoeveel de Oorlog zou vernietigen. Als er Thomas al iets stuk gaat, is hij dat hoogstens zelf. En dan niet uit kwade wil, maar eerder door ondeugendheid.

Dit boek eindigt met verhalen uit de tijd dat Thomas al journalist was — een beroep dat hij aanving op zijn zestiende. Toen hij nog wel zo jong was om hoog op te kijken tegen oudere collega’s, maar er ook al iets van berekening zichtbaar werd in het gedrag van de hoofdpersoon. Met de liefde wordt het dan ineens ook serieuzer, want met meisjes, en daarmee aanmerkelijk ingewikkelder.

Als prozaschrijver vind ik Thomas wel interessanter in een later werk, het stemmenspel Under Milk Wood. Dat stuk is consistenter van niveau. De verhalen in Portrait of the Artist moeten het meestal hebben van hun sfeer, en daarmee ook de persoonlijke herinneringen die de sfeerbeschrijvingen bij de lezer kunnen oproepen. Het geklier van tijdens de tekenles. Op bezoek bij een oud familielid. Een uitje naar zee. En soms werkt dat roezige prachtig. Soms werkt het ook helemaal niet — dan is vormloos wel erg vormloos.

Dylan Thomas, Portrait of the Artist
as a Young Dog
120 pagina’s
A New Directions Paperback, zonder jaar
oorspronkelijk 1940

[x]