Boek van de lach en de vergetelheid ~ Milan Kundera

► door: A.IJ. van den Berg

Wat was het jaar ook weer dat iedereen De ondraaglijke lichtheid van het bestaan las? Van toen wie echt in Kundera was discussieerden over de vraag of die titel niet eigenlijk De ondraaglijke lichtheid van het zijn had moeten luiden?

Ergens midden jaren tachtig.

Een dikke twintig jaar geleden al weer.

Eerlijk gezegd is me vrijwel ontgaan wat Kundera sindsdien heeft gepubliceerd. Hoogstens zijn me de nieuwsberichten opgevallen die gewijd werden aan de vraag of hij in zijn jeugd inlichtingen had verstrekt aan de Tsjecho-Slowaakse geheime dienst, of niet.

Maar ooit was er dus even die interesse voor een auteur, die iets opmerkelijks leek te doen, door zo veel essay en betoog in die ene roman te mengen.

Mijn belangstelling voor Kundera als essayist is zonder meer gebleven. Alleen wist geen van de latere romans mij te boeien. En van de weeromstuit raakte heel het werk uit beeld.

Toen zag ik dat de Times Literary Supplement deze roman tot éen van de honderd meest invloedrijke boeken van na de oorlog had benoemd. Dat was alleen al opmerkelijk, omdat er vrijwel alleen non-fictie op die lijst staat. Bovendien stond mij niets meer bij van Het boek van de lach en de vergetelheid, hoewel het in de kast prijkte, en ik de roman gelezen moest hebben.

En het was ook wel begrijpelijk dat ik er zo weinig van onthouden had. De roman heeft namelijk ‘het vergeten’ als hoofdpersoon; Kundera schreef het boek in ballingschap, en laat zijn personages op heel verschillende manieren reageren op het bewind in Tsjecho-Slowakije; al zit daar telkens een vorm van verdringing in. Door die vormkeuze is het boek eerder zeven boeken, waarbij sommige van die zeven delen ook weer uit korte afzonderlijke verhalen bestaan; en heel soms zelfs uit persoonlijk lijkende ontboezemingen van de auteur.

Dit maakte de vele hoofdstukken wel weer prettig kort.

Viel me verder iets op? Behalve een intelligent schrijver aan het werk te hebben gezien, en dat ik vergeten was hoe vanzelfsprekend het in de jaren zeventig was om nogal wat sex in boeken te stoppen, en hoe al die sex maar nooit erotisch wilde worden?

Nee. Als vormexperiment vond ik het boek interessanter dan als leeservaring. En ik zit nu wel met de vraag opgescheept wat dan Het boek van de lach en de vergetelheid zo invloedrijk maakte, en voor wie dan wel.

Milan Kundera, Het boek van de lach en de vergetelheid
293 pagina’s
Agathon|Ambo 1990, oorspronkelijk 1978
vertaald uit het Tsjechisch door Jana Beranová

[x]opgenomen in het dossier: