Innerlijk oog ~ Oliver Sacks

► door: A.IJ. van den Berg

In zijn schier oneindige vervolgreeks over mensen met interessante hersenkwalen ruimde Oliver Sacks in dit boek ook eens plaats in voor zichzelf.

Zo bevat Het innerlijk oog een dagboek over hoe Sacks in fasen het zicht in zijn rechteroog verloor. Eerst zorgde een tumor voor merkwaardige effecten. Later raakte de boel nog meer ontregeld door de behandelingen.

Kwam daar nog iets bij. Oliver Sacks was namelijk al sinds zijn jeugd verzot op stereofotografie, waarvoor iemand twee ogen nodig heeft. Dus, behalve het verlies van dat ene oog, was er ook het ontstellend nare bij-effect dat hij ineens geen diepte meer zag. De platheid van alles ontstelde hem.

Dit boek bevat overigens ook getuigenissen van hoe een vrouw het beleefde om na decennia ruimte te leren zien.

Toch vond ik dat andere persoonlijke verhaal van Oliver Sacks heel wat vreemder — zelfs al was me die ziektegeschiedenis bekend. Sacks herkent namelijk geen gezichten. Hij moet altijd afgaan op andere kenmerken van mensen, zoals haarkleur, opvallende wenkbrauwen, of kleding. Hij herkent zichzelf niet eens, in een onverwachte spiegeling.

Voor mij maakt dit met terugwerkende kracht al zijn verhalen wat vreemd. Al kan het goed zijn dat Sacks juist om deze handicap de ziektegeschiedenissen van zijn patiënten altijd goed bijhield. Misschien werden die mensen wel vooral hun afwijkingen voor hem.

Het verhaal over deze gezichtblindheid bij Sacks is alleen al eens indrukwekkender en grappiger verteld dan in dit boek gebeurt. In van podcast van Radiolab vorige zomer, getiteld ‘Strangers in the mirror’. Waarin terloops bijvoorbeeld ook gesteld wordt dat misschien 10% van de bevolking aan éen of andere vorm van gezichtsblindheid lijdt.

Ook de andere ziektegeschiedenissen in Het innerlijk oog hebben met het zicht te maken. Waarbij vooral de neurologische aandoeningen mij schrik aanjaagden dat het mogelijk is dat ook letters ineens onleesbaar kunnen worden.

Ik ben altijd het meest geïnteresseerd in hoe plastisch het brein vervolgens is. Welke hersenfuncties versterkt worden, door het uitvallen van andere. En hoe mensen worden, als ze niet langer hun vertrouwde gedrag kunnen vertonen.

Toch blijft er iets vervelend voyeuristisch kleven aan boeken als deze. Het blijft nu eenmaal altijd zieke aapjes kijken bij Sacks, waarbij het eeuwige excuus is dat zij ook heel wat vertellen over hoe wij in elkaar zitten.

Soms is de wetenschap werkelijk nog niet verder gekomen dan het aloude griezelkabinet.

Oliver Sacks, Het innerlijk oog
253 pagina’s
Meulenhoff, 2010
Vertaling door Han Visserman van The Mind’s Eye, 2010

[x]