Mag ik Orpheus zijn? ~ Esther Jansma

► door: A.IJ. van den Berg

Dat Esther Jansma een grote bewondering heeft voor Eduardo Galeano wist ik. Bovendien legt ze in dit boek uit wat haar zo bevalt aan zijn taal.

Maar nog meer valt op hoezeer de vorm die Galeano kiest, door liever scherven te geven van een fragment dan alles uit te leggen, opnieuw door Jansma is overgenomen. Zelfs al publiceert ze ditmaal essays – en hebben deze teksten nog weer een eerder leven gehad als lezing.

Esther Jansma was onder meer gastschrijver, op de Rijksuniversiteit Groningen, en bewerkte haar openbare lessen daar voor dit boek.

In Mag ik Orpheus zijn? gaat het over schrijven, en de macht van het woord.

Al behandelt het titelessay nog een ander gegeven; dat er anderen zijn die een schrijver het recht kunnen ontzeggen te doen wat hij of zij doet. Esther Jansma is een vrouw, en beroepslezers vinden dat ze daarom geen ander perspectief mag kiezen. Net als dat gegevens uit Jansma’s persoonlijke leven, zoals de dood van een zoontje, vervolgens altijd weer gebruikt worden om haar poëzie te interpreteren.

Ook in het essay ‘Dagboek of kunstwerk’ legt ze alleen uit dat de vorm van haar poëzie weliswaar persoonlijk lijkt — het zijn meestal monologen — maar dat er daarbij telkens wel iemand aan het woord komt die zij niet is.

Toch is het zo bezien raar dat het eerste van de vier essays in deze bundel — ‘J is voor Janus, v is voor vis’ — alfabetisch op trefwoord behandelt wat haar beïnvloed heeft. Omdat het daarbij toch niet alleen om zaken als vorm gaat.

Esther Jansma, Mag ik Orpheus zijn
Essays
90 pagina’s
De Arbeiderspers, 2011

[x]

nauw gerelateerd op boeklog:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden

een reactie

MI  op 22 september 2011 @ 20:09:55

Misschien interessant in combinatie met dit essay:

http://www.decontrabas.com/de_contrabas/2011/09/studio-oudebildtzijl-19-een-sluier-over-het-verdriet.html