Nestor ~ L.H. Wiener

► door: A.IJ. van den Berg

Vanaf het moment dat L.H. Wiener langere boeken ging publiceren, las ik hem niet meer. Misschien dacht ik dat de verstikkende levensangst uit zijn korte verhalen zich niet leent om groot gebracht te worden.

Ook was ergernis ontstaan over de naam die Wiener gebruikt voor een alter ego in de boeken. Steeds vaker begon de schrijver/leraar Victor van Gigch een belangrijke rol te krijgen in de verhalen.

Nu lees ik snel omdat ik woordbeelden herken, in plaats van woorden te vocaliseren. Waar Victor van Gigch staat, lees ik daarom altijd Vincent van Gogh. En daarop blijven mijn ogen in hun voortgang haken, omdat die overbekende naam in de context van het verhaal daar niet klopt.

Ongetwijfeld was het de bedoeling van de schrijver dat ik die naamsassociatie zou maken. Maar ik vind hem laf. Er bestaan subtielere manieren om aan te geven dat iemand een gekweld kunstenaar is. En dus, met al die miljoenen boeken op de wereld, waarom zou ik dan een schrijver blijven volgen die personages met een irritante naam opzadelt?

Maar Wiener wordt wel ineens voor allerlei prijzen genomineerd met zijn lange werken. In plaats van schaarse enkelingen als ik bereikt hij inmiddels een groter publiek.

En dat is ook wel terecht, bleek me uit dit boek.

Deze roman is ingenieuzer van opzet dan ik me zijn korte verhalen herinner. Beter geschreven, slimmer getimed, en goed geconstrueerd door de keuze om afwisselende reeksen van korte fragmenten — of ook brieven — in te zetten voor de vertelling.

In Nestor spelen drie verhaallijnen door elkaar: over de jongen, de schrijver, en de leraar. Weliswaar gaat het hier om dezelfde persoon, maar Wiener is zo vriendelijk geweest die ter verheldering met drie verschillende namen aan te duiden.

Het verhaal van die jongen interesseerde me het minst. Dat is al in verschillende variaties in Wiener’s boeken voorgekomen. Altijd weer komt dat jong terug met éen of andere schijnbaar tamme vogel. Die voorspelbaarheid boeit mij niet. Dus zijn ook de strubbelingen van een onsuccesvol schrijver me een wat te sleets thema voor een boek, en gelukkig zag Wiener dit zelf in. Daarom heet die schrijver ineens gewoon L.H. Wiener in dit boek en niet Vincent van Gogh/Victor van Gigch.

Voor mij moest het optreden van de leraar deze roman redden. En dat lukte.

Merkwaardig is dat het de vaderlandse politiek pas dit jaar een beetje oog lijkt te hebben voor dat mislukte studiehuis in het middelbaar onderwijs. In deze roman uit 2002 staat al haarfijn beschreven wat het voor de motivatie van een leraar doet als hij ineens niet meer mag waartoe hij ooit was aangesteld. Als kennis overdragen domweg niet meer belangrijk is. Wanneer het lesgeven iets wordt als het bijwonen van een slome worstelpartij waarin de deelnemers pas vlak voor de zoemer panisch de strijd met de leerstof aangaan.

Natuurlijk is het de wisselwerking tussen die drie verhaallijnen, en de vorm waarin die verteld worden, die dit boek maken. Maar het was goed om een personage van Wiener eens wat weerbaar te zien.

L.H. Wiener, Nestor
286 pagina’s
Pandora 2007, oorspronkelijk 2002

[x]