Waar zijn de intellectuelen? ~ Frank Furedi

► door: A.IJ. van den Berg

Ongepland las ik in vertaling twee boeken vol cultuurpessimisme vlak na elkaar. Het ene was van Roger Scruton, een erkend conservatief filosoof. Daar boeklogde ik gisteren over. Dit is van de socioloog Furedi, die een links tot zelfs extreem-links verleden heeft.

En terwijl beide boeken een zelfde pessimistische kern hebben, vond ik Waar zijn de intellectuelen? het interessantst van de twee — al herhaalt de auteur zich naar het einde toe wat vaak. Verder is dit misschien het meest Britse boek, en werd het niet geschreven om ook buiten Groot-Brittannië geldigheid te hebben.

Dit boek vond ik om twee zaken boeiend, die ik niet eerder zo helder met elkaar in verband zag gebracht.

Wat me als eerste trof, is Furedi’s antwoord op de vraag wat of wie nu zich precies intellectueel kan noemen. En dat komt uiteindelijk op de conclusie neer dat van oudsher in Groot-Brittannië intellectuelen die mensen waren die zonder enig eigenbelang hun opinies gaven, uit sociale betrokkenheid.

Maar, die vrijheid is verdwenen.

Op alle terreinen heeft een professionaliseringslag gewoed. Bijna niemand is nog ongebonden. Bovendien heeft vrijwel iedereen zich moeten specialiseren. Politieke besluiten leiden er dan weer toe dat alles bureaucratiseert, of zelfs juridiseert. Binnen al zulke gesloten stelsels, met hun al dan niet geschreven regels, heeft de mening van éen buitenstaander niets meer te betekenen. Hoe waar die mening misschien ook is.

En terwijl die processen tot elitevorming leiden, omdat de uitsluiting van buitenstaanders geïnstitutionaliseerd is, ontwikkelt zich tegelijk de trend om traditioneel elitaire sectoren, als de kunsten, of het hogere onderwijs, voor zo veel mogelijk mensen toegankelijk te maken. Dit kan alleen door aan hen geen enkele eis meer te stellen.

De beste bibiliotheek is een bibliotheek die er niet uitziet of er boeken worden uitgeleend, maar als een gezellig trefpunt voor onderling contact. Want het idee van lezen schrikt maar af.

Musea moeten leuker.

Onderwijsinstellingen worden betaald voor het aantal cursisten dat slaagt — waardoor het automatisch loont zo veel mogelijk studenten te laten slagen.

Dat het verwerven van kennis een doel op zich kan zijn, past niet in dit wereldbeeld. En Furedi’s wrevel daarover is duidelijk; en misschien niet geheel los te zien van diens linkse achtergrond; en de tradities daarin van volksverheffing.

Ook de politici in Nederland willen nooit iets anders dan het onderwijs verbeteren. Maar opvallend genoeg heeft al die bemoeienis alleen maar tot een verlaging geleid van de uiteindelijke kwaliteit. Helaas zijn het alleen de cultuurpessimisten die durven op te schrijven waarom dit is. Helaas ook heeft Furedi in dit boek zelf al geconstateerd dat zijn conclusies er waarschijnlijk niet toe zullen doen.

En goed, in Nederland heeft Lolle Nauta ook al eens beschreven dat intellectuelen er hier traditioneel niet toe doen, in het publieke debat.

Maar waarom worden zij die zo vaak de opiniepagina’s bevolken dan toch als intellectuelen gezien? Terwijl vrijwel geeneen van hen ongebonden zijn visie geeft?

Frank Furedi, Waar zijn de intellectuelen?
224 pagina’s
Meulenhoff, 2006
vertaling door Guus Houtzager van Where Have all Intellectuals Gone?, 2004

[x]