Buch der Unruhe ~ Fernando Pessoa

► door: A.IJ. van den Berg

Herlezen kan een boek ook stuk maken, voor altijd. Als plots onbegrijpelijk wordt waarom het bij de eerste kennismaking wel goed leek, terwijl de gebreken nu toch overduidelijk zichtbaar zijn.

Bij Pessoa’s Livro do Desassossego geldt dan wel dat ik als lezer niet de enige ben die invloed heeft op hoe er naar het boek gekeken wordt.

Dit boek verscheen pas een kleine veertig jaar na de dood van de auteur. Postuum. Samenstelling vond plaats door anderen bovendien. Uit een verzameling schetsen en uitgewerkte teksten die Fernando Pessoa heeft nagelaten in een kist. Daardoor hebben de Portugese tekstwetenschappers die de losse tekstdelen wogen grote invloed op de inhoud van het boek — er zijn sinds 1982 dan ook verschillende versies verschenen. En dan piesen de vertalers er nog een keer overheen. Elk van de zes versies die ik heb van dit boek verschilt van inhoud, en zelfs in de volgorde waarin de inhoud wordt gepresenteerd.

De Duitse vertaling door Georg Rudolf zal éen van de eerste bewerkingen zijn geweest van dit Boek der rusteloosheid in een andere taal. En dat leverde niet mijn meest favoriete versie op van de zes. Om de inhoud dan.

Had Pessoa zelf nog gelegenheid gehad om zijn Boek der rusteloosheid samen te stellen, dan had de inhoud er nog weer anders uit gezien. Aanzienlijk korter waarschijnlijk. Er waren niet zo veel compleet uitgewerkte teksten waarover hij besloten had dat die er zeker in hoorden te staan.

Mijn persoonlijke versie zou waarschijnlijk ook niet heel dik zijn. Al staan er wonderbaarlijk mooie regels in alle versies van dit boek.

Het gaat alleen zo zeer om het evenwicht in dit fragiele werk. Klopt de balans niet in het totaal van het boek, en de angstige hulpboekhouder Bernardo Soares, die niet dorst te leven, en toch telkens aan het woord is, wordt een psychiatrisch geval. Deugt de samenstelling wel, dan is dit boek een melancholisch meesterwerkje, dat roezig maakt bij het lezen.

Al kan het best zijn dat ik dit boek overschat, omdat ik het op het perfecte moment kennen leerde; op de drempel van de volwassenheid, toen nog zo heel weinig zeker leek.

Mijn favoriete uitgaven samengesteld door iemand anders blijven dat Nederlandse deeltje privé-domein uit 1990, vertaald door Harrie Lemmens, en de Engelse versie van Alfred Mac Adam. Er zit een ritme in deze boeken, van versnellingen en vertragingen.

Deze Duitse interpretatie van het Boek der rusteloosheid leek me samengesteld door iemand die niet bijzonder goed lezen kan. En vanzelfsprekend ligt dit aan de aard van het boek. Met al zijn losse fragmenten.

Want zou een auteur zevenentwintig versies van het cruciale hoofdstuk 16 achter hebben gelaten, van een onvoltooide maar geniale roman, dan zouden tekstwetenschappers niet alle zevenentwintig pogingen achter elkaar hebben gezet in een postume romanuitgave.

Das Buch der Unruhe werd voor mij verpest doordat de vertaler juist veel van de meest verstilde passages achter elkaar plaatste. Dat heeft een nogal deprimerend effect. Tientallen pagina’s lang legt de ongelukkige hulpboekhouder Bernardo Soares daardoor uit dat hij enkel leeft in zijn hoofd. Dat dromen voor hem even werkelijk is als leven; nee werkelijker nog. En daarmee wordt de verteller van het boek een zeur.

Niet dat de overige passages in deze uitgave wel van een enorme dynamiek zijn. Maar juist dit boek verlangt dus ritme, en een subtiele afwisseling van toon.

Hoe nauw dit steekt bleek overigens al eerder, toen ik de uitgebreide Nederlandse vertaling uit 2006 ook al bijna onleesbaar achtte. Omdat die eveneens te veel minieme tekstvarianten achter elkaar had opgenomen; door het onnozele uitgangspunt wellicht dat elk van Pessoa’s woorden even heilig zou zijn.

Toch trof mij deze maal bij het lezen, dat overigens bijna acht maanden in beslag nam:

Weshalb schreibe ich eigentlich, wenn ich nicht besser schreibe? Doch was würde aus mir werden, wenn ich nicht schreibe, was ich zu schreiben vermag, so sehr ich dabei auch hinter mir selber zurückbleibe? Ich bin ein strebsamer Plebejer, weil ich Pläne zu verwirklichen versuche; ich wage es nicht zu schweigen, wie einer, der sich vor einem finsteren Zimmer fürchtet. Ich bin wie diejenigen, die die Ordensverleihung mehr schätzen als die Anstrengung und dem Ruhm im Pelz genießen.

[190]
scheiding

Man bringt mir den Glauben wie ein verschnürtes Bündel auf einem fremden Tablett. Man möchte, dass ich ihn annehmen, aber nicht öffnen soll. Man bringt mir die Wissenschaft wie ein Messer auf einem Teller, mit welchem ich die Blätter eines Buches mit weißen Seiten aufschneiden werde. Man bringt mir den Zweifel wie Staub in einer Schachtel; doch wozu bringt man mir die Schachtel, wenn in ihr nur Staub ist?

[478]
scheiding

Schreiben heißt vergessen. Die Literatur ist die angenehmste Art und Weise, das Leben zo ignorieren. Die Musik wiegt ein, die visuellen Künste belieben, die lebendigen Künste (wie Tanz oder Theaterspielen) unterhalten. Die erste jedoch entfernt sich vom Leben, weil sie aus ihn ein Traum macht; die zweiten hingegen enfernen sie nicht vom Leben — die einen, weil sie sichtbare und mithin vitale Formeln verwenden, andere, weil sie vom menschlichen Leben selber leben.

Das ist nicht der Fall der Literatur. Sie simuliert das Leben. Ein Roman ist die Geschichte dessen, was niemals gewesen ist, und ein Drama ist ein Roman ohne Erzählkunst. Ein Gedicht ist der Ausdruck von Ideen oder GeFühlen in einer Sprache, die niemand verwendet, denn niemand spricht sich in Versen aus.

[505]
scheiding
Fernando Pessoa, Das Buch der Unruhe
des Hilfbuchhalters Bernardo Soares

302 pagina’s
Fischer 1998, oorspronkelijk 1987
vertaling van Livro do Desassossego, 1982

[x]opgenomen in het dossier: