Heilige monsters ~ Bas Heijne

► door: A.IJ. van den Berg

De enkele keer dat ik nog eens een dagblad lees, valt me telkens op hoeveel columnisten daarin tegenwoordig de pagina’s vullen. Kranten brengen dus inmiddels niet meer het nieuws. Kranten vertellen allereerst wat je van het dagelijkse nieuws moet vinden.

En dat is toch iets anders.

Alleen lees ik, maakt bijna niet uit wat, vooral om nieuwe feiten te leren kennen. Want meningen had ik zelf al. Volop. Die hoeven anderen mij niet nog eens aan te dragen. En als media het hun taak niet meer achten om nieuwe feiten te brengen — want dat schijnt nogal duur te zijn, of anders machthebbers te verontrusten die je liever te vriend houdt — dan zijn zulke media uiteindelijk opvallend makkelijk te negeren; zonder daarmee iets te missen.

Blijft alleen staan dat me nog weleens om een mening gevraagd wordt over een column van iemand. ‘Heb je Bas Heijne nog gelezen?’ klinkt het dan bijvoorbeeld. En dat heb ik dan nooit. Omdat Heijne me te zelden nieuws vertelt. Wat ik van hem las, vond ik wat veilig. Zo niet braaf. Wereldbevestigend. En daarmee voorspelbaar. Niets bijzonders. In elk geval niets om een mening over paraat te moeten hebben.

Vandaar dat ik toch eens een bundel columns las van Bas Heijne [1960] — zij het dan éen van vijfentwintig jaar terug. Omdat zulk oud werk in elk geval duidelijk maakt of zijn teksten met een houdbaarheidsdatum komen — wat de waarde meteen drastisch vermindert.

En dat doen ze. De columns in Heilige monsters prijkten eerder in de literatuurbijlage van het weekblad Vrij Nederland, en gaan daarmee allereerst over boeken die toen in de actualiteit stonden. Zo vertelt Heijne ergens de inhoud na van de inmiddels vergeten roman Utz om zo een mening te illustreren.

Twee opinies vielen me op aan deze bundel. De eerste is dat men in 1988/1989 ook al stevig klaagde dat niemand meer las. En toen waren er nog niet eens internet, DVD-sets, e-boeken, failliete boekhandelketens, of ADHD.

Dat niemand meer leest, lijkt me daarmee een idée reçue — een opvatting dus die eerder om ontkrachting vraagt, dan dat deze nog eens bevestigd zou moeten worden.

Bovendien, wat zou iedereen dan moeten lezen? Romannetjes? Het vele dat wat hier doorgaat voor literatuur, en toch zo slaapverwekkend is geschreven?

Boeken hebben voor mij een grote waarde. Ik zou alleen wel idioot zijn om iedereen het lezen van boeken op te willen leggen.

Aardigst in Heilige monsters was evenwel Bas Heijne’s aanval op de column als genre.

Ooit sprak Karel van het Reve namelijk de gedachte uit dat het in Nederland weliswaar ontbreekt aan grote schrijvers. Maar dat onze columnisten van een klasse zijn die ongeëvenaard is in de wereld.

Van het Reve zei dit toen er nog een hele trits schrijvers was die inderdaad niveau had, en in staat bleek ook op de korte baan telkens te verrassen. Noem Simon Carmiggelt, Renate Rubinstein, Hugo Brandt Corstius, of Gerrit Komrij. Of Van het Reve zelf. Allemaal zijn ze inmiddels overleden. En hun evenknieën zie ik niet.

En merkwaardig genoeg heeft dat meninkje van toen zich losgezongen van de werkelijkheid van dat moment. Nog steeds wordt Karel van het Reve’s opinie instemmend geciteerd. Terwijl die allang niet meer geldig is — zo de man zijn uitspraak oorspronkelijk al niet enigszins sarcastisch bedoeld heeft.

Bas Heijne woog in éen column in deze bundel heel aardig wat de waarde van een column is. Een halve pagina van de 179 die het boek telt, bevat dus een constatering die de moeite waard lijkt om door te geven. Om de zelfhaat die Bas Heijne hier verwoordde over wat uiteindelijk zijn métier zou blijken te zijn:

scheiding

Een column is op z’n hoogst een poor man’s essay. {Het bestaardgenre van de persoonlijke column, de wereldbeschouwing van achter het aanrecht, is een geval apart.) Hij wordt geschreven door schrijvers die wat willen verdienen en gelezen door lezers die er een hekel aan hebben zich geestelijk in te spannen. Een essayist die een half jaar zwoegt op een doorwrocht betoog, krijgt van een literair tijdschrift net genoeg geld om zijn kat een maand te eten te geven en wordt gelezen door vijfhonderd mensen; wanneer hij iedere week een pittig stukje schrijft, krijgt hij echte boze brieven uit alle uithoeken van het land en kan hij de champagnefles laten knallen. Volgens Lolle Nauta zijn alle spraakmakende intellectuelen columnisten; inderdaad, spraakmakend, er wordt soms wel een dag lang over nagekletst.

Heel erg is dat niet. Er steekt niets kwaads in het genre. […]

[‘Column’, 111]
scheiding
Bas Heijne, Heilige monsters
179 pagina’s
Bert Bakker, 1989

[x]

nauw gerelateerd op boeklog:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden