Kort Amerikaans, een beeldverhaal ~ Jan Wolkers & Dick Matena

► door: A.IJ. van den Berg

Ruim zes jaar zat er tussen de publicatie van het eerste deel van Kort Amerikaans in stripvorm en de derde aflevering. Er kwam een hartinfarct tussendoor.

Al blijft ook staan dat tekenaar Dick Matena zich nu eenmaal zelf de eis had opgelegd om alle tekst uit de roman te gebruiken; en dus enorme aantallen pagina’s met beeld te moeten vullen. Mede daarom vind ik zijn verstrippingen voor kinderen stiekem beter, dan odes als deze aan de vaderlandse literatuur. Als Matena een klassiek kinderboek doet voor Donald Duck — een vrolijk weekblad — moet hij wel vrijheden nemen. Anders past het verhaal niet in een redelijk tal bladzijden.



Dan ook kost het hem geen moeite om dezelfde stijl vast te houden van begin tot eind.

Kort Amerikaans is veel losser en schetsmatiger getekend in deel 3, dan in het eerste deel. Daar kan dat infarct en de nasleep de oorzaak van zijn geweest. Matena stond ineens op jaren achterstand in het werk, en had wat in te halen.

Hij bedient zich dan ineens nog vaker van de kunstgreep om snel enkel de hoofden te tekenen; of hoogstens nog een personage in halftotaal te tonen.

Alleen maakte ik deze observatie al eens eerder; zonder dat te weten, van die ziekte. Ook bij Matena’s bewerkingen van Willem Elsschot valt precies hetzelfde verschil op tussen het tekenwerk uit het begin van het project, en al wat hij veel later maakte.

Het lijkt daardoor alsof de tekenaar er op een gegeven geen zin meer in heeft, en gaat raffelen.

Terwijl er dus een logische verklaring zou kunnen zijn.

En ik vind de latere tekenstijl ook niet per se minder, of slechter. De stijlbreuk binnen éen boek, zelfs al komt dit dan in drie banden, valt alleen nogal op.

Kort Amerikaans was Wolkers’ debuutroman, en voor mij altijd het boek dat me het minst zei van dat oeuvre. Dat er nauwelijks werk van Jan Wolkers werd geboeklogd, komt overigens omdat veel van zijn boeken indruk maakten bij eerste lezing; en nu niet meer goed is na te voelen waarom. Wat zijn romans dus nauwelijks te herlezen maakt; ik vernietig daarmee een goede herinnering.

Misschien komt mijn onverschilligheid mede door het einde van Kort Amerikaans. Dat is me domweg wat al te hard. Van schrijvers die de dood nodig hebben om een boek te besluiten, vind ik bovendien dat ze zich van een goedkoop trucje bedienen.

En in die zin kwam deze verstripping dan wel goed uit. Want puur om de tekst alleen had ik deze roman waarschijnlijk nooit opnieuw gelezen.

De waarde van Kort Amerikaans zit hem voor mij in de eerste helft van het boek. Als de lezer de achttienjarige hoofdpersoon leert kennen. En ziet hoe hij met heel wat worstelt.

Het is oorlog. Nederland werd bezet, en de Arbeitseinsatz dreigt voor de jongen. Dat alleen al.

Is er die Gereformeerde opvoeding nog van hem, en de relatieve armoede thuis, waardoor hij niet meer thuis kan wonen. En waar is er dan onderdak?

Dat lullige baantje is er, om lampenkappen te beschilderen.

Zijn vriendin, die niet wil wat hij wil.

En bij al dit voegt het dan in deel 1 van dit verhaal toe dat Matena de stad Leiden afbeeldt zoals die er in de jaren veertig moet hebben uitgezien.

In de loop van het boek ontwikkelt de hoofdpersoon — Eric van Poelgeest — zich alleen te zeer tot de macho die eeuwig de hoofdpersoon is in Jan Wolkers’ boeken, en daarmee tot een hork; wat het moeilijk maakt om de interesse in hem vast te kunnen houden uit het begin.

Jan Wolkers & Dick Matena, Kort Amerikaans 1
een beeldverhaal
86 pagina’s
De Bezige Bij, 2006
 
Jan Wolkers & Dick Matena, Kort Amerikaans 2
een beeldverhaal
86 pagina’s
De Bezige Bij, 2008
 
Jan Wolkers & Dick Matena, Kort Amerikaans 3
een beeldverhaal
65 pagina’s
De Bezige Bij, 2012

[x]