Kaas ~ Willem Elsschot & Dick Matena

► door: A.IJ. van den Berg

De roman Kaas heeft nut in een langlopend wat nerdig experiment van mij. Omdat het boek uitgegeven is in de vier talen die ik het best lees, meet ik er zo af en toe mee hoe vlot mijn Engels inmiddels loopt vergeleken met m’n Fries of m’n Duits. De oer-versie in het Nederlands biedt daarbij de standaardnorm.

Er blijkt overigens vooral een verband te bestaan tussen intensiteit van gebruik en snelheid van lezen. In perioden met veel Friese contacten gaat die taal vlotter dan bijvoorbeeld het Engels. Schrijf ik juist een tijd veel Engels, dan gaat het lezen ook makkelijker.

In Duits lees ik dan weer de meeste woorden — ofwel, die taal kost de meeste tijd. Puur door een tekort aan oefening, en omdat ik de taal nooit actief hoef te gebruiken..

Kaas is in een paar opzichten ideaal voor deze leesoefening. Zo schreef Elsschot helder, met een onderkoelde humor. En het boek wordt gedragen door de manier van schrijven. Aan verhaal is er niet zo veel. Dus moet het lezen zich wel richten op de taal.

Daarom intrigeerde me toch hoe Dick Matena het boek verstript heeft, in 2008. Zo is het een roman in brieven; en dus had de tekenaar de ingewikkelde plicht om duidelijk te maken een raamvertelling te vertellen.

Matena loste dit op door een lezer in beeld te brengen, in wie ik Jan Greshoff schijn te moeten herkennen. Dat is de Forum-redacteur die Elsschot ertoe aanzette weer eens te schrijven, nadat hij jaren had gezwegen.

Kaas schijnt overigens in een luttele veertien dagen gewrocht te zijn.

In deze stripversie ontbreekt trouwens het gedicht waarmee Elsschot zijn dank aan Greshoff uitdrukte. Eveneens mist de gebruikelijke inleiding, waarin de auteur stelt dat kunst niet iets is om even iets in te proberen.

Maar het verhaal is zo simpel dat alleen daarom al velen er meer in willen zien. Een kritiek van Elsschot op het blinde kapitalisme is het genoemd, een commentaar van hem op het nut van zijn dagelijkse werk in reclame, en wat al niet meer.

De hoofdpersoon van de roman heet Frans Laarmans; een personage dat in meer van Elsschot’s werken voorkomt. Ditmaal is hij een eenvoudige klerk bij een scheepsmaatschappij, die hogerop wil in de wereld. Daartoe aangezet omdat hij weleens in het gezelschap verkeert van poenerige vrienden.

Dan gaat hij in Nederlandse kaas, zonder daar iets mee te hebben, maar kaas ‘marcheert altijd’ — terwijl hij onbetaald verlof krijgt van de scheepsmaatschappij, zogenaamd om zenuwklachten — en dan komt het er vervolgens het hele boek niet van om kaas te verkopen.

Matena heeft een flink deel van de tekst weggelaten, anders dan in bijvoorbeeld de verstrippingen van het werk van Reve. En ook het gebrek aan verhaal biedt hem uitgebreid de mogelijkheid om de hoofdpersoon — die het uiterlijk van Elsschot kreeg — peinzend door de pagina’s te laten stappen.

Opmerkelijk aan deze bewerking vond ik dat de eerste pagina’s gedetailleerder getekend zijn dan de latere. Zeker in de tweede helft van het boek worden de tekeningen gauw eens als schetsen in gewassen inkt. Wat dan kan omdat Matena zo veel nadruk legt op de hoofden van de personages. En dat met die hoofden groot in beeld doen ze ook in soaps, op televisie. Dat werkt namelijk lekker snel en goedkoop.

Subtiel is alleen anders.

Willem Elsschot, Kaas
een beeldroman door Dick Matena

283 pagina’s
Athenaeum-Polak & Van Gennep, 2008

* illustratie uit het besproken boek, uit het begin, toen Matena meer moeite deed dan later (click voor groter) [vergelijk voor die lossere stijl bijvoorbeeld met de illustratie in het boeklogje over Elsschot’s Dwaallicht].


[x]