Abe ~ Theo van den Boogaard & Nico Scheepmaker

Vaak genoemd zien worden, nooit eerder gelezen. De voetbalstrip Abe van Theo van den Boogaard en wijlen Nico Scheepmaker was een boek waar ik misschien al dertig jaar nieuwsgierig naar was.

Zelfs al was het verhaal dan eerder als feuilleton verschenen in het weekblad Voetbal International; en is dat geen tijdschrift waar ik mijn lectuur doorgaans betrek.

Dus las ik een in opzet wat schematisch blijvend verhaal — hoewel de voetbalscène’s dan weer opvallend goed getekend zijn. Het frêle Friese meisje Abigail, uit Pingjum, kan zo goed voetballen dat het haar in éen keer lukt een contract bij het grote Ajax te veroveren; begin jaren zeventig. Een probleem daarbij is dat iedereen er vanuit gaat dat ze een man is. Wat dan sommige spelers weer ernstig verwart, omdat die zich tot Abe voelen aangetrokken; en homosualiteit in de voetbalsport nu eenmaal niet voorkomt.

En daarmee zal de aantrekkingskracht van dit verhaal vooral hebben bestaan uit de satire van Scheepmaker, en diens commentaar op actuele zaken en toen bekende Nederlanders. Knipogen kevert dit op die voor een groot deel in 2010 geheel onbegrijpelijk zijn geworden; op de allerplatste grappen na.

Dat H.J.A. Hofland ineens in de douche van de voetballers verscheen, met fotograaf Peter Zonneveld bij zich, snapte ik bijvoorbeeld alleen door een passage uit de biografie over Willem Oltmans. Omdat dezelfde Hofland indertijd bij hem op de stoep stond, met diezelfde fotograaf — en een blonde juffrouw met grote borsten, die H.J.A. had willen versieren — toen er Russische diplomaten bij Oltmans op visite waren. Terwijl die maar dertig kilometer buiten hun ambassade mochten komen, en dus niet naar Amsterdam konden reizen. Daarop ontstond een rel, en een brouille tussen de jeugdvrienden Hofland en Oltmans.

Maar een grap kunnen construeren, is eerder een wat viezige zelffelicitatie dan aanleiding voor lol.

Zo’n boek als dit lezen was uiteindelijk toch als het afstrepen van weer een verplichting. In gedachten was het te groot geworden om ooit nog aan de verwachtingen te kunnen voldoen.

Nico Scheepmaker & Theo van den Boogaard
Abe. Hot story van een voetballerina
47 pagina’s
De bezige Bij, 1973

* illustratie uit het besproken boek [click voor groter]


Sjef van Oekel bijt van zich af ~ Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers

Dit is deel vijf van een boeklogje in zeven afleveringen, dat hier begint

Het vierde deel uit de reeks is het laatste verzamelalbum met losstaande episodes. Verder staan er de meest expliciete sexscènes in uit de hele serie. Waar Sjef van Oekel trouwens alleen schouderophalend aan voorbij gaat. Het zijn telkens anderen die zich met zichtbare lust aan elkaar vergrijpen.

Maar, omdat op éen van de plaatjes een oudere man zich aan een tienerjongen wijdt, roept dit album stom genoeg de ridicule vraag op of ik misschien ineens kinderporno in mijn bezit heb.

Ik kijk even onaangedaan naar blote getekende poppetjes als toen, maar de tijdsgeest is nu radicaal anders. Alles dat naar kinderporno riekt, geldt ineens als verdacht. Zelfs als er helemaal niemand betrokken is bij dergelijke ontucht, maar een tekenaar slechts een vorm gegeven heeft aan zijn fantasie. Zelfs als zo’n scène voorheen gewoon in een familietijdschrift kon worden afgedrukt.

Enfin, velen hebben inmiddels moeite met wat in de jaren tachtig allemaal kon.

Dolf Brouwers kwam trouwens toentertijd in de rechtszaak tegen Schippers en Van den Boogaard al met het verwijt dat men hem door de strip associeerde met pedofilie — helemaal nieuw is zo’n beschuldiging ook weer niet.

Album 4 bevat maar twee langere verhalen, waarvan het eerste het van de sex en van de enorme overzichtsplaat moet hebben. Het is verder gevuld met losse grappen, waarvan bij vele opvalt dat die nogal talig zijn. Wim T. Schippers vond het altijd leuk onregelmatigheden aan te wijzen in het Nederlands. Maar zulks levert dan woordspelingen op die maar niet meer leuk willen worden als ze eenmaal begrepen zijn.

wordt vervolgd.

Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers, Sjef van Oekel bijt van zich af
deel 4

48 pagina’s
Big Balloon 1992, oorspronkelijk 1987

Sjef van Oekel breekt door ~ Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers

Dit is deel zes van een boeklogje in zeven afleveringen, dat hier begint

Sjef van Oekel breekt door heeft met de andere albums vooral de wat lullige titel gemeen. Maar het is een ander boek dan alle voorafgaande delen. Voor het eerst vertellen Schippers en Van den Boogaard namelijk éen verhaal. Al eindigt dat verhaal niet in dit boek, en is dat er wat vervelend aan.

Nu goed. Zo heel veel gebeurt er ook weer niet. Van Oekel slentert door de stad, zoals zo vaak, komt toevallig bij een signeersessie terecht in een boekhandel. Bezoekt daarop een uitgever, en krijgt vervolgens het plan zelf te gaan schrijven.

Maar om memoires te kunnen schrijven, moet een mens wat hebben meegemaakt. Dat heeft Van Oekel niet, naar eigen idee. Dus gaat hij erop uit om avonturen te beleven. Maar het boek is dan al op pagina 31. De meeste aandacht ging al die tijd dan ook uit naar zaken die misgingen, of leuke knaleffecten gaven.

Punt is dat dit album vooral nieuwsgierig maakt naar meer. Het zal alleen altijd onduidelijk blijven of Van Oekel stevig genoeg is om als personage om een heel verhaal te kunnen dragen. Hij is altijd meer anti-held dan held gebleven; meer iemand die ontregelt dan initiatieven neemt. Maar juist omdat hij zo afwijkt van de gekende stramienen voor stripfiguren, was het heel interessant geweest om te zien waar de makers hem allemaal nog hadden gebracht.

Alleen werd de strip vrij abrupt stopgezet.

wordt donderdag vervolgd.

Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers, Sjef van Oekel breekt door
deel 5

52 pagina’s
Big Balloon, 1990

Sjef van Oekel draaft door ~ Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers

Dit is deel twee van een boeklogje in zeven afleveringen, dat hier begint

Iets dat me wel benieuwd, maar ik zo gauw geen duidelijkheid over krijg, is de publicatiegeschiedenis van deze stripreeks. Zo bestaan er namelijk twee eerste delen: het hiervoor geboeklogde Sjef van Oekel in de bocht, en dit deel Sjef Oekel draaft door. Later is alles hernummerd. Ook bestaan er duidelijke verschillen in tekenstijl tussen beide boeken. En omdat Theo van den Boogaard in Sjef van Oekel draaft door zijn uiteindelijke tekenstijl heeft gevonden, die veel realistischer oogt, lijkt dit boek op een soort herstart.

Opvallend aan dit deel, en de hierop volgende, is de vreemde mengeling aan opgenomen strips. Gags van éen strook, met verbale grappen — Wim T. Schippers heeft de neiging de Nederlandse taal nogal letterlijk te nemen — worden afgewisseld met verhalen van een paar pagina’s die veel meer visuele humor laten zien.

De gags die een hele pagina beslaan, volgen in dit eerste deel telkens een stramien van vier stroken. Maar daar weer voor staat dan steeds een inleidende tekening die de hele pagina beslaat — waarmee de éen-pagina-grappen dus altijd twee pagina’s innemen.

Indertijd was ik nogal gevoelig voor de tekenkracht van de inleidende pagina’s. Nu kijk ik daar toch anders naar. Van den Boogaard besteedde die tekeningen trouwens vaak uit, vanwege het zo tijdsintensieve perspectief. Toen ook moest iemand nog echt moeite doen met de hand zo’n ruimte of zo’n straat vorm te geven. Tegenwoordig, nu iedereen een computer ter beschikking heeft voor zulke klussen, maakt zulk tekenwerk lang zo veel indruk niet.

Ineens lijkt daarom veel in de boeken op vulling.

wordt maandag vervolgd

Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers, Sjef van Oekel draaft door
deel 1

48 pagina’s
Big Balloon 1990, oorspronkelijk 1980

Sjef van Oekel in de bocht ~ Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers

De geschiedenis van de strip Sjef van Oekel is een merkwaardige geschiedenis. Dit komt omdat het verhaal al jaren eerder begint dan de stripboeken verschenen. Bovendien eindigt het raar. Met rechtszaken, en een vervolgstrip die midden in het verhaal ophoudt, en wel nooit zal worden afgemaakt.

Het personage Van Oekel werd in 1972 bedacht voor het legendarische TV-programma de Fred Haché-show, van Wim T. Schippers, Gied Jaspers, en Wim van der Linden. De acteur die hem gestalte zou geven, was de toen 60-jarige Dolf Brouwers — een Haagse charmezanger, die als kapper de kost verdiende. Sjefke van Oekel, zoals hij nog heette, was bij zijn eerste optreden een Vlaams sprekende frietbakker, wiens kot in Reet net was afgebrand.

Dat seizoen keerde hij vaker terug als Vlaams personage, maar dit veranderde de jaren erop. Sjef van Oekel trad voortaan op in de smoking die hem zou gaan kenmerken, en werd een steeds belangrijker personage voor Schippers en Jaspers. Mede omdat hij zo prettig voor chaos zorgde. Daarbij werd Van Oekel zeer geholpen door het taalgevoel van Wim T. Schippers, die hem een uiterst kenmerkende woordenschat toebedeelde; dat prompt door alle kindjes op de schoolpleinen in Nederland werd gepapegaaid.

Er verschenen succesvolle singles en elpees, waarop Van Oekel zong. En het succes werd nog groter toen roddeljournalist Henk van der Meyden een actie tegen hem startte, wegens het stuitende gebrek aan niveau van de TV-programma’s, waarin Van Oekel inmiddels hoofdpersoon was geworden.

In 1976 werd een begin gemaakt met een strip over Sjef van Oekel, die in het weekblad Nieuwe Revu zou verschijnen. De tekeningen waren daarbij van Theo van den Boogaard, die eerder stickers ontwierp bij de zo populaire TV-programma’s.

Van den Boogaard was in die tijd nogal geïnspireerd door Franquin, waar hij later in zijn tekentechniek meer richting klare lijn zou gaan. In die eerste strips heeft Sjef van Oekel, die in diens uiterlijk enigszins gemodelleerd werd naar Dolf Brouwers, dan ook een opvallend grote en dikke kop, vergeleken met later.

In dit merkwaardige nulde album zijn wat van die vroege strips verzameld, voorafgegaan door een interview met Schippers en Van den Boogaard.

wordt vervolgd

Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers, Sjef van Oekel in de bocht
deel 0

48 pagina’s
Big Balloon 1993, oorspronkelijk 1986

Sjef van Oekel raakt op drift ~ Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers

Dit is deel vier van een boeklogje in zeven afleveringen, dat hier begint

Aan deel 3 van de reeks over Sjef van Oekel valt op dat de inhoud nog weer magerder is geworden dan de voorafgaande afleveringen. Slechts éen pagina telt nog vier stroken. De verhalen van meer dan éen pagina moeten het voortaan doen met drie. Alleen staan er nauwelijks verhalen in. De korte gagstrip is namelijk terug. Soms in afleveringen van slechts éen strook, soms in afleveringen van twee stroken.

De magere inhoud wordt dan weer gecompenseerd met visuele krachtpatserij. De grote overzichtsplaat van twee pagina’s breed doet zijn intrede — terwijl ik eerder al opmerkte dat juist die overzichtstekeningen ruim twintig jaar later het minst interessant aan de strip zijn geworden.

Daarbij speelt trouwens meer mee dan dat de computer het tekenen in perspectief zo veel makkelijker heeft gemaakt. Diezelfde computer heeft de inkleuring van strips radicaal veranderd. De hele Sjef van Oekel-reeks is nog met de hand ingekleurd, met ecoline. Uit eigen ervaring weet ik dat dit een rotkarwei is, omdat elke keer als een laagje verf een eerder laagje zelfs maar raakte dit duidelijk zichtbaar werd. Van den Boogaard en Schippers hadden weliswaar de beste kracht uit de stripwereld voor dit monikenwerk ingehuurd — France Ferrari, die ook Kuifje had gedaan. Maar vergeleken met wat nu mogelijk is, om met kleur vorm en diepte te geven aan het beeld, doet de strip ouderwets en nogal vlak aan.

wordt woensdag vervolgd.

Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers, Sjef van Oekel raakt op drift
deel 3

48 pagina’s
Oberon 1985

Sjef van Oekel slaat terug ~ Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers

Dit is het slot van een boeklogje in zeven afleveringen, dat hier begint

In 1991 vonniste een rechter dat Sjef van Oekel niet langer mocht worden afgebeeld in ‘obscene of pornografische scènes’. Dolf Brouwers wilde vervolgens in hoger beroep een schadevergoeding afdwingen, maar die zaak werd een jaar later in den minne geschikt.

Wie dit weet, kijkt toch wat anders naar dit album. Sjef van Oekel slaat terug — misschien geeft die titel een commentaar op alles wat gebeurde — is het slot aan een reeks, en ook weer niet.

Het album gaat verder met het verhaal waar Sjef van Oekel breekt door ophield. En er komen de eerste pagina’s nog wel degelijk seksueel getinte scènes voor, maar het personage Van Oekel ontbreekt daarbij in beeld. Die komt pas op pagina 10 weer in het verhaal voor, ziet zich daarna ogenschijnlijk geconfronteerd met een jongetje dat zich aanbiedt — wat dat niet zo is — en wordt op pagina 17 getaart. Op bladzijde 19 breekt het verhaal midden in een scène op een grote luchthaven af.

De rest van het boek is gevuld met de meest geslaagde grappen uit eerdere delen. In Frankrijk werd dit album misschien daarom uitgegeven als een best of…

Dolf Brouwers overleed in 1997. Volgens verschillende bronnen op internet — die daarmee niet de oerbronnen zijn — hebben Schippers en Van den Boogaard daarom besloten geen strips meer te maken met Sjef van Oekel als hoofdpersoon. Een tijdperk was afgesloten.

Ik vind dit alleen al jammer, omdat ik de belofte die een personage als Van Oekel in zich bergde niet helemaal vind waargemaakt. Ontregeling en chaos blijft nodig. Altijd. Maar waar Van Oekel tot een moderne Quichote of Uilenspiegel had kunnen uitgroeien, bleven zijn wederwaardigheden uiteindelijk klein. Ik denk dat vooral Schippers nooit helemaal is losgekomen van de ideeën die hij over Van Oekel als TV-personage had — terwijl er op televisie niet zo veel nodig is om afschuw en onbegrip op te roepen bij het publiek.

Maar het stripverhaal is een ander medium.

Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers, Sjef van Oekel slaat terug
deel 6

48 pagina’s
Big Balloon, 1994

* illustratie uit het besproken werk


Sjef van Oekel zoekt het hogerop ~ Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers

Dit is deel drie van een boeklogje in zeven afleveringen, dat hier begint

Deel 2 van de avonturen van Sjef van Oekel bevat steeds verhalen van meerdere pagina’s. Van den Boogaard hanteerde daarbij nog steeds een stramien van vier getekende stroken per pagina.

Bij herlezing valt op dat dit deel een veel lagere grapdichtheid heeft als deel 1, of deel 0.

Veel lag ook al vast. Van Oekel loopt wat rond, en ontregelt, volgens zijn eigen opvallende logica. En daarop was te variëren, maar grenzen bestonden er inmiddels ook.

Dit boek eindigt met een verhaal waarin Sjef prettig door de natuur wandelt, en waarneemt hoe andere zich daar vermaken. Seksueel. Daarmee werd ineens expliciet gemaakt wat eerder ook wel aanwezig was, maar dan verhulder. Dolf Brouwers, die het personage Sjef van Oekel met veel succes gespeeld had op TV, en bij optredens in het land, ging zich op den duur daaraan storen.

Hierbij speelden verschillende zaken een rol.

Waar Brouwers aanvankelijk enthousiast was over de strip, ging het hem steken dat hij geen vergoeding kreeg voor het gebruik van zijn portret in de albums. De strip was al vrij snel ook succesvol in Duitsland en Frankrijk; waar de TV-Van Oekel onbekend was.

Verder vond hij de inhoud van de sommige strips veel te ver ging. Van den Boogaard begon ineens wel erg veel bloot aan zijn plaatjes toe te voegen, en sex. En Brouwers stoorde het dat hij daarop werd aangesproken — door mensen die blijkbaar dachten dat die totaal krankzinnige strips strikt realistische verbeeldingen waren van wat hij allemaal meemaakte.

In 1989 kwam het tot een rechtszaak.

Vooral Wim T. Schippers zou, naar verluid, eerst niet veel van Brouwers’ bezwaren hebben begrepen. Ten eerste had Brouwers als acteur slechts een personage ingevuld dat onder meer door Schippers bedacht was. En later had Brouwers er een leuke schnabbel aan gehad door overal als Sjef van Oekel op te treden — daarbij teksten van Schippers gebruikend, zonder daar ooit voor betaald te hebben.

Als het geen bekende truc uit het absurdistische toneel zou zijn, was het een prachtige vondst van Schippers geweest. Acteur vereenzelvigd zich zo met zijn personage dat die tegen zijn maker in opstand komt.

wordt vervolgd.

Theo van den Boogaard & Wim T. Schippers, Sjef van Oekel zoekt het hogerop
deel 2

48 pagina’s
Oberon 1983

Theo van den Boogaard in vogelvlucht ~ Theo van den Boogaard & Martijn Daalder e.a.

Geïllustreerd overzichtboek uit 1989 over het werk van de tekenaar Theo van den Boogaard tot dan. Waarbij de nadruk vooral lag op de strip Sjef van Oekel. En dus nogal wat pagina’s gevuld zijn met een bloemlezinkje uit die verhalen.

Daarmee werd interessanter wat Van den Boogaard voordien had gedaan, en naast die stripverhalen deed. En hierbij viel me op dat wel wat aandacht aan zijn reclametekeningen is gegeven, maar ook weer niet overdadig veel. Alleen het van werk voor de Nederlandse Spoorwegen lijkt me een representatief beeld gegeven. Terwijl ik het handschrift van Van den Boogaard toch in zo veel meer dacht te hebben gezien, indertijd.

Ook al dat oude stripwerk boeide wel — meer dan Sjef van Oekel, omdat me daar het meeste wel over bekend was.

Zo werd het werk van Theo van den Boogaard doorgaans binnen korte tijd verramsjt. Waardoor hij lang toch een soort cult-status zal hebben gehad.

Mooi zichtbaar in het boek is de stijlbreuk tussen de vroege en de late Van den Boogaard. In het begin tekende hij losser, vooral geïnspireerd door de dynamische lijnvoering van tekenaars als Franquin. Daarna gaat hij ineens veel strakker werken, en in die tijd, eind jaren zeventig, kwam ook het succes.

En goed, dan gaat het in dit boek telkens over ‘vrijheid’ als constante, in het werk van Theo van den Boogaard. Maar wie leest er zo’n boek nu, als er zo veel illustraties in staan? Daaraan voegen de woorden misschien nog net wat nuttige feitelijk informatie toe.

Martijn Daalder e.a., Theo van den Boogaard in vogelvlucht
48 pagina’s
Oberon, 1989

* illustratie uit het besproken werk