Vis in bad ~ Tijs Goldschmidt

► door: A.IJ. van den Berg

Elke nieuwe essaybundel van Tijs Goldschmidt leest als iedere essaybundel van Tijs Goldschmidt eerder. Zijn onderwerpkeuze kan de lezer al na éen boek kennen. Zijn toon daarmee is ook onmiddellijk weer vertrouwd.

Alleen blijft het toevallig vervolgens wel goed wat hij doet. Zelfs al moet de verrassing bij het lezen van een boek als Vis in bad dan uit het gemanoeuvreer op de vierkante centimeter komen. Dat nogal wat beeldende kunst langs komt is zeker, net als biologie – en dan in het bijzonder de vraag wat er zoal tot evolutie dwingt. De verrassing is alleen nog hoe deze onderwerpen behandeld gaan worden. Welke invalshoek nu weer gevonden werd.

Of, misschien had ik enkel mijzelf vooraf aan het lezen deze verzamelbundel. En stonden in dit boek nogal wat teksten die mij al eens onder ogen waren gekomen. Al dan niet in een krant. Al dan niet met nog meer illustraties daarbij.

Deze bundel biedt overigens apart een katern met kleurenfoto’s.

En zelfs al leest een boek anders dan een krantenkolom, helemaal vergeten dat ik een tekst al eens zag relatief kort geleden, is dan onmogelijk. Als de tweede confrontatie te kort op de eerste volgt, lees ik te makkelijk hele stukken slecht, of niet; vanwege de misvatting al te weten wat er staat.

Slim beleid zou het dan zijn om een boek als Vis in bad te kopen, en eerst vijf jaar in de kast te zetten, voor ik aan lezen toe kom. Want boeken als deze verdwijnen zo makkelijk zonder enig geruis van de markt; ondanks hun rijkdom. Alleen botst dat dan weer met mijn aankoopbeleid in het algemeen om alleen nog de boeken aan te schaffen waarvan zeker is dat ik ze meermaals herlezen wil. Want de kasten puilen al uit.

Sommige essays van Goldschmidt lenen zich overigens absoluut voor talloze malen herlezing. Zo bevat Vis in bad een roerend in memoriam van de psychiater Louis Tas, met wie Goldschmidt’s vader een kampverleden deelde. Tas’ werk, bijvoorbeeld dat over tweede-generatie slachtoffers van de oorlog, is dan weer voor Tijs Goldschmidt van betekenis geweest.

Verder zou ik graag eens een boek lezen waarin al Goldschmidt’s stukken over Nieuw-Guinea verzameld staan. Elk essay van hem over zijn tijd in dat land intrigeert; omdat die teksten, in de beschrijvingen van de papoea’s, om éen of andere reden doorkijkjes lijken te bieden naar een oertijd van alle mensen. Zulk een gedrag als dat van hen is dus ook mogelijk geweest. Of misschien projecteer enkel ik dat aspect erin, vanwege Goldschmidt’s vele woorden over evolutie altijd; vanwege zijn achtergrond als bioloog

Gedachten over evolutie staan er zeker in essays als die over Homo Ludens, dat Goldschmidt prees om de vele gebieden met spelelementen die Huizinga had weten aan te wijzen in totaal verschillende menselijke activiteiten. Toch zou de spelende mens in al die bezigheden een voordeel hebben; al was het enkel om de indruk die hun gedrag kan maken.

Vroeg ik me alleen wel af waarom deze bundel ook het essay bevat met de titel ‘Ademgaten’, dat gaat over Dick Hillenius, terwijl Goldschmidt dat al publiceerde in de gelijknamige bloemlezing die hij samenstelde van diens werk. Moest de auteur nu echt zo sprokkelen om weer een boek vol te krijgen? En waarom staat de verwijzing naar dat andere boek nog net alleen in een eindnoot, als deze tekst er zo nodig in moest?

Tijs Goldschmidt, Vis in bad
229 pagina’s
Athenaeum–Polak & Van Gennep, 2014

[x]