Shop Class as Soulcraft ~ Matthew B. Crawford

► door: A.IJ. van den Berg

De kern van Crawford’s boek vertoont parallellen met die van De Ambachtsman van Richard Sennett, dat ik eind vorig jaar las. Behalve dan dat Sennett een sociologische verhandeling over handwerk schreef, en Crawford een persoonlijk verhaal bracht.

Beide auteurs vragen zich hardop af wat er normaal is aan werk op dit moment. Zo samengevat lijken beide boeken daarmee niet heel zo boeiend — terwijl dat niet waar is. Omdat de auteurs het nu juist aandurven om te wegen wat zo makkelijk volkomen vanzelfsprekend lijkt.

Daarbij valt hen op dat de sociale waardering voor het ambacht en het bijbehorende handwerk sterk is afgenomen sinds de Tweede Wereldoorlog. Terwijl er grote vragen zijn te stellen bij de status die kantoorbanen hebben. Want, wat kunnen mensen op kantoor nu eigenlijk? En wat maakt zo veel werk daar zo onpersoonlijk?

Wie met zijn handen werkt, is er tenminste zelf voor verantwoordelijk als iets lukt of misgaat. Op kantoor heeft vrijwel niemand zo veel controle over zijn werk.

Matthew B. Crawford is een filosoof die uiteindelijk motorfietsen ging repareren als beroep; nadat hij ook nog een tijd elektricien is geweest.

Shop Class as Soulcraft bevat onder meer een vijf pagina durende beschrijving van zijn speurtocht naar waar het olielek zit in een motorblok.

Ik vond dat prachtig. Al kwam dat ook vanwege de relativering van Crawford over die taak. Hij was niet bezig om een onvervangbare klassieker op te knappen. Nee, iemand had nog een standaard Honda productiemotor uit de jaren tachtig staan, en wilde daar weer wat mee gaan toeren. Terwijl de kosten van de reparatie niet in verhouding stonden tot de geringe waarde van die motorfiets.

Toch was er bevrediging te halen uit die taak, en vloog de tijd voorbij.

Voor een deel zit mijn waardering in de herkenning. Zelf heb ik wat oude fietsjes opgeknapt het afgelopen jaar — technisch aanzienkijk simpeler mechaniekjes dan motoren — en de voldoening geproefd dat iets waarvan de waarde tot nul was gedaald beter kon worden dan op de dag van productie, decennia daarvoor.

Waarbij gold dat de investering in nieuwe onderdelen tot de voltooiing van het karwei eigenlijk niet uit kon.

Deels speelt daarbij vanzelfsprekend het IKEA-effect mee, maar tegelijkertijd is een zelf gespaakt fietswiel wel degelijk beter dan een fabriekswiel; omdat de spaken in fabriekswielen meestal nagespannen moeten worden – wat ik na mijn werk niet hoefde.

Shop Class as Soulcraft is evenwel in éen aspect misschien wat te absoluut. Wat waarschijnlijk komt omdat de auteur Amerikaans is; en in de VS parttime werk als idee al nauwelijks bestaat. Maar Crawford vond op een gegeven moment dat hij voor het repareren van motoren moest kiezen als werk. Terwijl hij bijvoorbeeld als elektricien twee keer zo veel verdiende, met enkel het trekken van stroomdraad.

Motoren vond hij leuker.

Mij lijkt het dat we in West-Europa meer mogelijkheden hebben dan Crawford had om met aandacht ambachtelijk werk te verrichten. Omdat dit hier ook als bijverdienste kan gebeuren; vanwege ons sociale stelsel. Zodat wij niet de keuze hoeven te maken om wat we liefhadden te smoren in routinewerk; omdat daarmee tenminste de rekeningen kunnen worden betaald.

Verder gaan de meeste klachten van Crawford’s klachten onverkort op voor de Nederlandse situatie. Zelfs de vroegere ambachtsschool hier doet niets meer aan handenarbeid. Iedereen moet zich allereerst algemeen ontwikkelen, en diploma’s halen.

Waarbij politici en pedagoochelaars niet beseffen dat als iedereen algemeen onderwijs doet, en daarvoor diploma’s haalt, die getuigschriften vervolgens niets meer waard zijn. En dat aan de onuitgesproken onvrede over werk bijdraagt in de samenleving.

Matthew B. Crawford, Shop Class as Soulcraft
An Inquiry into the Value of Work

246 pagina’s
Penguin Books 2010, oorspronkelijk 2009

[x]